OPGEHEVEN : Koninklijk besluit tot aanpassing aan de evolutie van de
bouwkosten van de bedragen der leningen toegestaan aan de universitaire
inrichtingen bij artikel 8bis, 1ste alinea, van de wet van 2 augustus
1960.
goedkeuringsdatum
12 FEBRUARI 1975
publicatiedatum
B.S.09/07/1975
datum laatste wijziging
13/02/2017
COORDINATIE
Opgeheven door Decr. 23-12-2016 - B.S. 13-2-2017
BOUDEWIJN,
Koning der Belgen,
Aan allen die nu zijn en
hierna wezen zullen, Onze Groet.
Gelet op de wet
van 2 augustus 1960 betreffende de tussenkomst van de Staat in de financiering
van de vrije universiteiten en van diverse inrichtingen voor hoger onderwijs en
voor wetenschappelijk onderzoek, inzonderheid op artikel 8bis, ingelast bij de
wet van 16 juli 1970 en gewijzigd bij de wet van 27 juli 1971;
Gelet op de dringende noodzakelijkheid;
Gelet op het akkoord dd. 13 december 1974 van Onze
Staatssecretaris voor Begroting;
Op de voordracht
van Onze Ministers van Nationale Opvoeding,
Hebben Wij besloten en besluiten Wij :
Artikel 1.
Een vermenigvuldiger, berekend
overeenkomstig artikel 2 van onderhavig besluit, wordt toegepast op de leningen
voorzien bij artikel 8bis, 1ste alinea, van de wet van 2 augustus 1960.
Art. 2.
§ 1. De
vermenigvuldiger wordt bekomen door als basis te nemen de integrale
vergoedingscoëfficiënt inzake oorlogsschade aan woongebouwen
vastgesteld krachtens artikel 9, § 1, A, 2° , van de wetten
betreffende de herstelling van oorlogsschade aan private goederen
gecoördineerd op 30 januari 1954, hierna aangeduid met de uitdrukking
"integrale vergoedingscoëfficiënt".
§ 2. De cijfers van
de integrale vergoedingscoëfficiënten worden tot een fictieve waarde
herleid op basis van de integrale vergoedingscoëfficiënt van
toepassing voor het eerste semester 1970 = 1.
Het
cijfer van de fictieve waarde van de integrale vergoedingscoëfficiënt
houdt op bij de 4° decimaal; het laatste cijfer wordt afgerond naar de
onmiddellijk hogere of lagere eenheid al naargelang de vijfde decimaal ten
minste gelijk is aan 5 of lager is dan dit cijfer.
§ 3. De
vermenigvuldiger van toepassing op de leningen van een bepaald begrotingsjaar
is gelijk aan de fictieve waarde van de integrale
vergoedingscoëfficiënt, toegepast voor het eerste semester 1970 en
deze van het eerste semester van het jaar der toekenning van de
lening.
Art. 3.
Dit besluit heeft uitwerking met
ingang van 1 januari 1970.
Art. 4.
Onze Ministers van Nationale
Opvoeding zijn belast met de uitvoering van dit besluit.