Besluit van de Vlaamse regering tot vaststelling van de
[vakgebonden eindtermen]
van het derde leerjaar van de derde graad van het gewoon
beroepssecundair onderwijs.
goedkeuringsdatum
20 SEPTEMBER 2002
publicatiedatum
B.S.28/11/2002
datum laatste wijziging
13/01/2010
COORDINATIE
(1)
Decr. van 10/07/2008 (B.S. 03/10/2008)
(2)
B.Vl.R. van 16/10/2009 (B.S. 13/01/2010)
De Vlaamse regering,
Gelet op het decreet
van 18 januari 2002 betreffende de eindtermen, de ontwikkelingsdoelen en de
specifieke eindtermen in het voltijds gewoon en buitengewoon secundair
onderwijs, inzonderheid artikel 3, § 1, eerste lid;
Gelet
op het advies van de Vlaamse Onderwijsraad, gegeven op 27 april
2001;
Gelet op het advies van de Inspectie van Financiën,
gegeven op 6 juli 2001;
Gelet op de beraadslaging van de
Vlaamse regering op 31 augustus 2001, betreffende de aanvraag om advies bij de
Raad van State binnen een maand;
Gelet op het advies 32.221/1
van de Raad van State, gegeven op 22 november 2001, met toepassing van artikel
84, eerste lid, 1°, van de gecoördineerde wetten op de Raad van
State;
Op voorstel van de Vlaamse minister van Onderwijs en
Vorming;
Na beraadslaging,
Besluit :
Artikel 1.
§ 1. De
[vakgebonden
eindtermen]
van het derde leerjaar van de derde graad van het
gewoon beroepssecundair onderwijs, al dan niet ingericht onder de vorm van een
specialisatiejaar, worden vastgesteld in de bijlage, gevoegd bij dit
besluit.
§ 2. De in § 1 bedoelde
[vakgebonden
eindtermen]
worden afzonderlijk
vastgesteld voor de vakken :
1° lichamelijke
opvoeding;
2° project algemene vakken of Nederlands +
maatschappelijke vorming of geschiedenis en
aardrijkskunde;
[3° Frans of
Engels.]
Art. 2.
De bij dit besluit vastgestelde
[vakgebonden
eindtermen]
worden in acht
genomen vanaf het schooljaar 2006-2007.
[
Art. 2bis.
Om het studiepeil te waarborgen, en
uitsluitend met het oog op de uitreiking in het deeltijds beroepssecundair
onderwijs of in de leertijd van graad- of leerjaargebonden eindstudiebewijzen,
identiek aan die van het voltijds gewoon secundair onderwijs, zijn de
bepalingen van dit besluit met uitzondering van het vak lichamelijke opvoeding,
met ingang van het schooljaar 2008-2009 ook van toepassing op de algemene
vorming van het deeltijds beroepssecundair onderwijs en van de
leertijd.
]
Art. 3.
De Vlaamse minister, bevoegd voor het
Onderwijs, is belast met de uitvoering van dit
besluit.
Bijlage
Bijlage bij het besluit van de Vlaamse
regering tot vaststelling van de eindtermen van het derde leerjaar van de derde
graad van het gewoon beroepssecundair onderwijs (met het oog op controle door
inspectie zijn de attitudes met een *
aangeduid)
Lichamelijke opvoeding
1° Motorische competenties
Verbreden en/of verdiepen van motorische competenties : keuze
uit verantwoorde activiteiten uit meerdere bewegingsgebieden zoals atletiek,
gymnastiek, dans en expressie, zwemmen, spel en sportspel, zelfverdediging,
natuurgebonden activiteiten, of andere verantwoorde bewegingsgebieden.
De leerlingen
1. kunnen een verantwoorde
keuze maken van voor hen gepaste bewegingsactiviteiten met het oog op een
fysiek actieve levensstijl.
2. hebben inzicht in de diverse
aspecten van een verantwoorde sport- en fitnessbegeleiding.
3.
* leven afspraken en regels na en nemen verantwoordelijkheid op in
bewegingssituaties.
4. * ervaren bewegingsvreugde door
competente deelname aan een gevarieerd aanbod van bewegingsactiviteiten.
5. * tonen bereidheid tot en hebben voldoening aan
prestatieverbetering.
2° Gezonde en veilige levensstijl
De leerlingen
6. kunnen onder begeleiding een
conditieprogramma uitvoeren, evalueren en bijsturen.
7. kennen
gepaste bewegingen en correcte houdingen en kunnen ze in werk- en dagelijkse
leefomstandigheden integreren.
8. kennen de risico's van een
sedentair leven en kunnen remediëren.
9. * leven
veiligheidsafspraken na en vertonen spontaan veilig gedrag.
3° Ontwikkeling van het zelfconcept en het sociaal
functioneren
De leerlingen
10. kunnen in
bewegingssituaties omgaan met fairplay, winst, verlies, succes, faalangst en
spanning en integreren deze in andere contexten.
11. * werken
spontaan samen in planning, taakverdeling en het vervullen van verschillende
rollen.
12. * dragen zorg voor kledij en materiaal, hebben
aandacht voor hygiëne en milieu en tonen respect voor anderen.
13. * kunnen kritisch met de nevenverschijnselen van de sport
omgaan.
Project algemene vakken OF Nederlands +
maatschappelijke vorming of geschiedenis en aardrijkskunde
1° Functionele tekstgeletterdheid
De leerlingen kunnen
1. uit diverse
tekstsoorten relevante informatie selecteren.
2. voor een
specifieke opdracht uit verschillende soorten teksten informatie vergelijken en
integreren.
3. beknopt en duidelijk schriftelijk rapporteren.
4. maatschappelijk relevante tekstinformatie praktisch
aanwenden.
5. maatschappelijk relevante tekstinformatie
kritisch beoordelen.
6. * over maatschappelijk relevante
tekstinformatie een eigen standpunt innemen, rekening houdend met ethische
principes.
2° Functionele kwantitatieve geletterdheid
De leerlingen kunnen
7. uit tabellen,
grafieken, diagrammen of kaarten, relevante informatie selecteren.
8. voor een specifieke opdracht kwantitatieve gegevens
selecteren en bewerken.
9. voor twee variabelen, informatie in
een aangepaste grafische vorm weergeven.
10. maatschappelijk
relevante kwantitatieve informatie praktisch aanwenden.
11.
maatschappelijk relevante kwantitatieve informatie kritisch beoordelen.
12. * over maatschappelijk relevante kwantitatieve informatie
een eigen standpunt innemen, rekening houdend met ethische principes.
3° Functionele ICT-geletterdheid
De
leerlingen kunnen
13. bij algemeen gebruik van de computer
structurerend en efficiënt werken.
14. voor een
specifieke opdracht twee of meer programma's selecteren en gebruiken en de
resultaten ervan integreren tot één product.
15.
informatie selecteren uit twee verschillende of gelijke ICT-bronnen en deze
informatie integreren.
16. maatschappelijk relevante
ICT-toepassingen gebruiken.
17. maatschappelijk relevante
informatie, met behulp van ICT ingewonnen, kritisch beoordelen.
18. * over maatschappelijk relevante informatie ingewonnen met
behulp van ICT, een eigen standpunt innemen rekening houdend met enerzijds
ethische principes en anderzijds deontologische principes met betrekking tot
auteursrecht, privacy, beveiliging.
4° Problemen oplossen
De leerlingen kunnen
19. zelfstandig de
essentie van een probleem vatten en omschrijven.
20. bij een
probleem beïnvloedende factoren achterhalen, ze vervolgens volgens
belangrijkheid rangschikken en de relaties ertussen aangeven.
21. voor een probleemstelling de meest geschikte
oplossingsstrategie kiezen.
22. een planning opmaken en ze
uitvoeren.
23. bij elke stap de gevolgde strategie evalueren
en eventueel bijsturen.
24. het resultaat van
het proces evalueren en de gevolgde strategie optimaliseren.
25. bij het oplossen van problemen rekening houden met
comfort, veiligheid en hygiëne.
5° Werken in
teamverband
De leerlingen kunnen
26. met het
oog op een te bereiken doel over de aanpak, de taakverdeling en de
verantwoordelijkheden van een groepsopdracht overleggen en onderhandelen.
27. zich bij een groepsopdracht constructief aansluiten bij
een in team genomen beslissing.
28. de eigen taken van een
groepsopdracht volgens afspraken uitvoeren.
29. de eigen
bijdrage, zowel qua proces als qua product, tussentijds evalueren en eventueel
bijsturen.
30. over de eigen bijdrage aan een groepsopdracht
beknopt verslag uitbrengen en erover communiceren.
31. het
groepsresultaat en de teamwerking bespreken met het oog op conclusies over de
eigen interactievaardigheden.
32. * empathie, loyauteit en
wederzijds respect tonen.
[
Eindtermen "moderne vreemde talen : Frans of Engels" van de derde graad bso (derde graad)
link
]