Besluit van de Vlaamse Regering betreffende de verdeling van personeelsleden die ten behoeve van het buitengewoon onderwijs, het volwassenenonderwijs, het deeltijds kunstonderwijs en de centra voor leerlingenbegeleiding met verlof zijn voor de ondersteuning van de lokale comités

  • goedkeuringsdatum
    03 FEBRUARI 2006
  • publicatiedatum
    B.S.13/04/2006
  • zie ook
  • datum laatste wijziging
    13/04/2006

De Vlaamse Regering,

Gelet op artikel X.2, § 3 van het decreet van 15 juli 2005 betreffende het onderwijs XV;

Gelet op het akkoord van de Vlaamse minister, bevoegd voor de begroting, gegeven op 25 oktober 2005;

Gelet op het protocol nr. 582 van 9 december 2005 houdende de conclusies van de onderhandelingen die werden gevoerd in de gemeenschappelijke vergadering van Sectorcomité X en van onderafdeling "Vlaamse Gemeenschap" van afdeling 2 van het Comité voor de provinciale en plaatselijke overheidsdiensten;

Gelet op het protocol nr. 347 van 9 december 2005 houdende de conclusies van de onderhandelingen die werden gevoerd in het overkoepelend onderhandelingscomité bedoeld in het decreet van 5 april 1995 tot oprichting van onderhandelingscomités in het vrij gesubsidieerd onderwijs;

Gelet op het advies van de Raad van State nr. 39.632/1, gegeven op 12 januari 2006, met toepassing van artikel 84, § 1, eerste lid, 1° van de gecoördineerde wetten op de Raad van State;

Op voorstel van de Vlaamse minister van Werk, Onderwijs en Vorming;

Na beraadslaging,

Besluit :

Artikel 1.

Om onderwijsvernieuwingen te begeleiden voor wat betreft de gevolgen ervan voor de personeelsleden en om de lokale comités van het buitengewoon onderwijs, het volwassenenonderwijs, het deeltijds kunstonderwijs en de centra voor leerlingenbegeleiding te begeleiden en ondersteunen, kunnen de vakorganisaties die zijn aangesloten bij een syndicale organisatie die in de Sociale Economische Raad van Vlaanderen is vertegenwoordigd, samen beschikken over zes personeelsleden met verlof wegens bijzondere opdracht.

Art. 2.

De personeelsleden, vermeld in artikel 1 komen uit de volgende instellingen :

1° de Federatie van de Christelijke Syndicaten der Openbare Dienst : drie personeelsleden;

2° de Algemene Centrale de Openbare Diensten : twee personeelsleden;

3° het Vrij Syndicaat voor het Openbaar Ambt : één personeelslid.

Art. 3.

Dit besluit heeft uitwerking met ingang van 1 september 2005.

Art. 4.

De Vlaamse minister, bevoegd voor het onderwijs, is belast met de uitvoering van dit besluit.