OPGEHEVEN : Besluit van de Vlaamse Regering tot vaststelling van de
methodologie en de criteria van de voortgangstoets voor de academisch gerichte
opleidingen van de hogescholen in Vlaanderen
goedkeuringsdatum
07 MAART 2008
publicatiedatum
B.S.14/04/2008
datum laatste wijziging
13/02/2017
COORDINATIE
Opgeheven door Decr. 23-12-2016 - B.S. 13-2-2017
De Vlaamse Regering,
Gelet op het decreet van 4 april 2003 betreffende de
herstructurering van het hoger onderwijs in Vlaanderen, inzonderheid op artikel
124, gewijzigd bij de decreten van 19 maart 2004 en 30 april
2004;
Gelet op het akkoord van de Vlaamse
minister, bevoegd voor de begroting, gegeven op 17 januari
2008;
Gelet op het advies nr. 44.040/1 van de Raad
van State, gegeven op 7 februari 2008, met toepassing van artikel 84, § 1,
eerste lid, 1°, van de gecoördineerde wetten op de Raad van
State;
Op voorstel van de Vlaamse minister van
Werk, Onderwijs en Vorming;
Na
beraadslaging,
Besluit :
Artikel 1.
Voor de toepassing van dit besluit wordt
verstaan onder :
1° Erkenningscommissie : de commissie
bedoeld in artikel 9
van het decreet van 4 april 2003 betreffende de herstructurering van het hoger
onderwijs in Vlaanderen;
2° associatie : een vereniging
zonder winstoogmerk bedoeld in artikel 97 van het decreet van 4 april 2003
betreffende de herstructurering van het hoger onderwijs in
Vlaanderen.
Art. 2.
§ 1. Onder de verantwoordelijkheid van de
Erkenningscommissie wordt door de associaties een indicatieve voortgangstoets
uitgevoerd op de opleidingen opgesomd in de bijlage 1 bij dit besluit, maar met
uitzondering van de opleidingen die georganiseerd worden met toepassing van
artikel 24bis van het
decreet van 4 april 2003 betreffende de herstructurering van het hoger
onderwijs in Vlaanderen.
§ 2. Deze voortgangstoets heeft als doel de
sinds de omvorming gerealiseerde voortgang te evalueren inzake de versterking
van de wetenschappelijke ondersteuning en de verwevenheid van het onderwijs met
onderzoek, hierna academisering te noemen.
§ 3. De Erkenningscommissie kan nadere
operationele afspraken maken met de associaties over de opbouw van de
voortgangs- en evaluatierapporten.
Art. 3.
De indicatieve voortgangstoets wordt
uitgevoerd aan de hand van de volgende elementen :
1° de
verwevenheid van het onderzoek met het onderwijs in het curriculum
:
a) de ontwikkeling van onderzoeksvaardigheden en -attitudes
bij de studenten : training in het gebruik van onderzoekstechnieken en methoden
van verzameling van gegevens, aanleren van interpretatie en verwerking van
gegevens, aanleren van reflectie over en oriëntering van creatieve
onderzoeksprocessen ...;
b) het bieden van mogelijkheden aan
studenten om zelf projecten en onderzoeken uit te voeren met het oog op
kennisontwikkeling en -creatie, analyse en synthese, reflectie, interpretatie
en toepassing;
c) de ontwikkeling van de masterproef als
instrument om onderzoeksvaardigheden bij de studenten aan te leren en te
toetsen;
2° de intensiteit van de onderzoeksactiviteiten
van het personeel :
a) het aandeel onderzoeksactieve
personeelsleden ten opzichte van het totale personeelsbestand;
b) het aandeel van het personeel met een diploma van doctor
ten opzichte van het totale personeelsbestand binnen de
opleiding;
c) inkomsten uit
contractonderzoek;
d) onderzoeksmatige reputatie en externe
waardering van de personeelsleden;
3° de onderzoeks- en
valorisatieoutput van het personeel, opgesplitst in de gangbare
categorieën die gelden binnen het studiegebied;
4° de
inzet van financiële middelen :
a) een overzicht van de
lopende onderzoeksprojecten met een personeelslid van de hogeschool als
promotor of copromotor, en de wijze en omvang van de financiering ervan;
b) ingezette middelen voor onderzoek ten opzichte van de
totale middelen vanuit de verschillende geldstromen, gemeenschappelijke
investeringen van hogeschool en universiteit;
5° de
onderzoeksinfrastructuur en -faciliteiten.
Art. 4.
Ter uitvoering van de voortgangstoets stelt
elke betrokken hogeschool voor de in artikel 2 bedoelde opleidingen een
voortgangsrapport samen waarin de nodige gegevens worden aangeleverd om de
toets uit te voeren. Dat rapport omvat minimaal de volgende rubrieken :
1° de gegevens, vermeld in artikel 3 van dit
besluit;
2° een toelichting bij die gegevens, waarbij ook
de evolutie die al heeft plaatsgevonden met betrekking tot deze gegevens en de
te verwachten ontwikkeling worden toegelicht;
3° een eigen
evaluatie van de gerealiseerde voortgang en van de nog te realiseren voortgang
tot het ogenblik dat de voldoende generieke kwaliteitswaarborgen, vermeld in
artikel 58 van het
decreet van 4 april 2003 betreffende de herstructurering van het hoger
onderwijs in Vlaanderen, aanwezig moeten zijn.
Art. 5.
De associatie waarvan de betrokken
hogeschoolbesturen partner zijn, maakt op basis van de in artikel 4 vermelde
voortgangsrapporten en per cluster van opleidingen een eigen evaluatierapport
dat de volgende rubrieken omvat :
1° een evaluatie van de
voortgang van het academiseringsproces van de betrokken opleidingen;
2° een evaluatie van de nog te realiseren voortgang tot
het ogenblik dat de voldoende generieke kwaliteitswaarborgen, vermeld in
artikel 58 van het decreet van 4 april 2003 betreffende de herstructurering van
het hoger onderwijs in Vlaanderen, aanwezig moeten zijn;
3°
een evaluatie van het lopende onderzoeksbeleid en de onderzoeksorganisatie van
elke betrokken hogeschool;
4° een toelichting bij het
onderzoeksbeleid voor de komende jaren, alsook een toelichting bij het
meerjarenplan voor onderzoek, het gezamenlijk opgezette systeem van
kwaliteitszorg voor het onderzoek en het algemene onderzoeks- en
samenwerkingsreglement van de associatie, en een evaluatie van de inmiddels
bereikte resultaten.
De associatie moet haar oordeel afdoende
motiveren.
Uiterlijk op 30 april 2008 bezorgen de associaties
hun evaluatierapport en de voortgangsrapporten van de individuele opleidingen
aan de Erkenningscommissie.
Art. 6.
§ 1. De Erkenningscommissie maakt een
meta-evaluatie van de voortgang van de academisering door middel van een
analyse en een beoordeling van de ingediende evaluatierapporten van de
associaties en van een plaatsbezoek aan elke associatie. De Erkenningscommissie
wordt voor de uitvoering van deze meta-evaluatie uitgebreid met twee
leden-experts.
§ 2. De Erkenningscommissie bezorgt haar
ontwerprapport aan de associaties, die binnen een termijn van dertig
kalenderdagen te rekenen vanaf de dag na de ontvangst ervan, commentaar op het
ontwerprapport aan de Erkenningscommissie kunnen bezorgen. De
Erkenningscommissie moet haar oordeel afdoende motiveren.
§ 3. De Erkenningscommissie brengt haar
eindrapport uiterlijk op 31 juli 2008
uit.
Art. 7.
De Vlaamse minister, bevoegd voor het
onderwijs, is belast met de uitvoering van dit
besluit.
Bijlage 1 : de opleidingen die onderworpen zullen worden
aan de voortgangstoets
STUDIEGEBIED | Omgevormde opleiding : graad -
kwalificatie | SOORT |
Architectuur | Bachelor in de architectuur | ABA |
| Bachelor in de interieurarchitectuur | ABA |
| Master in de architectuur | MA |
| Master in de interieurarchitectuur | MA |
| Master of Architecture | MA |
Audiovisuele en beeldende kunst | Bachelor in het productdesign | ABA |
| Master in het productdesign | MA |
Gecombineerde studiegebieden : Architectuur, of
Industriële wetenschappen en technologie | Master in de monumenten- en landschapszorg
| MA |
| Master in de stedenbouw en de ruimtelijke planning
| MA |
Gezondheidszorg | Bachelor in de kinesitherapie | ABA |
| Master in de kinesitherapie | MA |
| Bachelor in de revalidatiewetenschappen en de
kinesitherapie | ABA |
| Master in de revalidatiewetenschappen en de
kinesitherapie | MA |
| Bachelor in het milieu- en preventiemanagement
| ABA |
| Master in het milieu- en preventiemanagement
| MA |
Handelswetenschappen en bedrijfskunde | Bachelor handelsingenieur | ABA |
| Bachelor in de bestuurskunde en het publiek
management | ABA |
| Bachelor in de handelswetenschappen | ABA |
| Bachelor of Business Administration | ABA |
| Master handelsingenieur | MA |
| Master in de bedrijfscommunicatie | MA |
| Master in de bedrijfseconomie en het -beleid
| MA |
| Master in de bestuurlijke informatiesystemen
| MA |
| Master in de bestuurskunde en het publiek management
| MA |
| Master in de handelswetenschappen | MA |
| Master in de politieke en sociale economie
| MA |
| Master in het bedrijfsbeleid | MA |
| Master of Business Administration | MA |
| Master of Business Economics and Management
| MA |
| Master of Business Information Systems | MA |
Industriële wetenschappen en
technologie | Bachelor in de industriële wetenschappen :
bouwkunde | ABA |
| Master in de industriële wetenschappen :
bouwkunde | MA |
| Master in de industriële wetenschappen :
landmeten | MA |
| Master in de stedenbouw | MA |
| Master in de stedenbouw en de ruimtelijke planning
| MA |
Muziek en podiumkunsten | Bachelor in de muziek | ABA |
| Master in de muziek | MA |
Toegepaste taalkunde | Bachelor in de toegepaste taalkunde | ABA |
| Master in de journalistiek | MA |
| Master in de meertalige communicatie | MA |
| Master in het tolken | MA |
| Master in het vertalen | MA |