Besluit van de Vlaamse Regering [1B.Vl.R. van 06/09/2013
B.S. 04/10/2013
van 1 oktober 2010 betreffende de organisatie van examencommissies door een Centrum voor Volwassenenonderwijs1B.Vl.R. van 06/09/2013
B.S. 04/10/2013
]

  • goedkeuringsdatum
    01 OKTOBER 2010
  • publicatiedatum
    B.S.30/11/2010
  • zie ook
  • datum laatste wijziging
    08/10/2015

COORDINATIE

(1) B.Vl.R. van 06/09/2013 (B.S. 04/10/2013)

(2) B.Vl.R. van 03/07/2015 (B.S. 04/08/2015)

(3) B.Vl.R. van 04/09/2015 (B.S. 08/10/2015)

De Vlaamse Regering,

Gelet op het decreet van 27 maart 1991 betreffende de rechtspositie van bepaalde personeelsleden van het Gemeenschapsonderwijs, artikel 17sexies, § 1, 3°, ingevoegd bij het decreet van 8 mei 2009 en gewijzigd bij het decreet van 9 juli 2010;

Gelet op het decreet van 27 maart 1991 betreffende de rechtspositie van bepaalde personeelsleden van het gesubsidieerd onderwijs en de gesubsidieerde centra voor leerlingenbegeleiding, artikel 19sexies, § 1, 3°, ingevoegd bij het decreet van 8 mei 2009 en gewijzigd bij het decreet van 9 juli 2010;

Gelet op het decreet van 15 juni 2007 betreffende het volwassenenonderwijs, artikel 63, § 3bis, ingevoegd bij het decreet van 9 juli 2010, en artikel 128sexies, § 1, 3°, ingevoegd bij het decreet van 8 mei 2009 en gewijzigd bij het decreet van 9 juli 2010;

Gelet op het decreet van 8 mei 2009 betreffende de kwaliteit van onderwijs, artikel 32, 3°, en artikel 50, § 3, 3°, gewijzigd bij het decreet van 9 juli 2010;

Gelet op het advies van de Inspectie van Financiën, gegeven op 28 juni 2010;

Gelet op protocol nr. 732 van 16 juli 2010 houdende de conclusies van de onderhandelingen die gevoerd werden in de gemeenschappelijke vergadering van Sectorcomité X en van onderafdeling "Vlaamse Gemeenschap" van afdeling 2 van het comité voor de provinciale en plaatselijke overheidsdiensten op 6 juli 2010;

Gelet op protocol nr. 499 van 16 juli 2010 houdende de conclusies van de onderhandelingen die gevoerd werden in de vergadering van het overkoepelend onderhandelingscomité vrij gesubsidieerd onderwijs op 6 juli 2010;

Gelet op advies 48588/1/V van de Raad van State, gegeven op 7 september 2010, met toepassing van artikel 84, § 1, eerste lid, 1°, van de wetten op de Raad van State, gecoördineerd op 12 januari 1973;

Op voorstel van de Vlaamse minister van Onderwijs, Jeugd, Gelijke Kansen en Brussel;

Na beraadslaging,

Besluit :

HOOFDSTUK 1. - Definities en toepassingsgebied

Artikel 1.

Voor de toepassing van dit besluit wordt verstaan onder :

1° centrum : een Centrum voor Volwassenenonderwijs;

2° decreet van 15 juni 2007 : het decreet van 15 juni 2007 betreffende het volwassenenonderwijs;

3° examencommissie : de examencommissie, vermeld in artikel 2, 14°bis, van het decreet van 15 juni 2007 betreffende het volwassenenonderwijs.

[1B.Vl.R. van 06/09/2013
B.S. 04/10/2013
...1B.Vl.R. van 06/09/2013
B.S. 04/10/2013
]

Art. 2.

Dit besluit is van toepassing op de Centra voor Volwassenenonderwijs.

HOOFDSTUK 2. - De bevoegdheid voor het organiseren van examencommissies

Afdeling 1. - Algemene bepalingen

Art. 3.

[1B.Vl.R. van 06/09/2013
B.S. 04/10/2013
...1B.Vl.R. van 06/09/2013
B.S. 04/10/2013
] Om de vijf schooljaren wordt volgens de procedure, vermeld in afdeling 2, één centrum aangewezen dat een examencommissie organiseert gedurende een periode van vijf schooljaren.

Als er [1B.Vl.R. van 06/09/2013
B.S. 04/10/2013
...1B.Vl.R. van 06/09/2013
B.S. 04/10/2013
] tijdens de periode van vijf schooljaren, vermeld in het eerste lid, geen examencommissie wordt georganiseerd, dan kan volgens dezelfde procedure tussentijds één centrum aangewezen worden dat een examencommissie organiseert [1B.Vl.R. van 06/09/2013
B.S. 04/10/2013
...1B.Vl.R. van 06/09/2013
B.S. 04/10/2013
] tot het einde van de periode van vijf schooljaren.

Afdeling 2. - Procedure voor het verkrijgen van bevoegdheid om examencommissies te organiseren

Art. 4.

§ 1. Het centrumbestuur dat in aanmerking wil komen om een examencommissie te organiseren, dient daartoe uiterlijk op 31 januari van het schooljaar dat voorafgaat aan de periode van vijf schooljaren, vermeld in artikel 3, een aanvraag voor in bij de bevoegde administratie.

Om ontvankelijk te zijn, bevat die aanvraag ten minste :

1° een verklaring, ondertekend door een gemandateerde van het centrumbestuur, waarin is opgenomen dat :

a) het centrumbestuur personeelsleden zal [aanstellen] voor de ontwikkeling van toetsmateriaal;

b) het centrumbestuur de personeelsleden die aangewezen worden als examinator, vorming laat volgen over de afneming en beoordeling van examens;

c) [1B.Vl.R. van 06/09/2013
B.S. 04/10/2013
...1B.Vl.R. van 06/09/2013
B.S. 04/10/2013
]

d) het centrumbestuur verplicht is een absolute geheimhouding te hanteren inzake het toetsmateriaal;

e) het centrumbestuur de examencommisie zal organiseren conform de bepalingen van dit besluit;

2° de datum waarop het centrum het laatst werd doorgelicht door de inspectie, als vermeld in titel IV, hoofdstuk II, afdeling III, van het decreet van 8 mei 2009 betreffende de kwaliteit van onderwijs;

3° het protocol van de onderhandeling in het lokaal comité over de aanvraag van het centrumbestuur voor de organisatie van een examencommissie.

§ 2. Het centrumbestuur kan de aanvraag aanvullen met informatie over zijn expertise en ervaring op het vlak van het opleidingsaanbod Frans en Nederlands tweede taal aan de hand van :

1° visieteksten over het talenonderwijs en specifiek over de opleidingen Frans en Nederlands tweede taal;

2° documenten over het evaluatiebeleid van het centrum voor cursisten;

3° documenten waarin het nascholingsbeleid van het centrum voor het personeel wordt geschetst, in het bijzonder voor de opleidingen Frans en Nederlands tweede taal;

4° documenten waaruit blijkt dat het centrum ervaring heeft met de afneming van taaltoetsen voor externe organisaties;

5° documenten waaruit blijkt dat het centrum beschikt over een vakgroepwerking en -coördinatie voor de opleidingen Frans en Nederlands tweede taal;

6° documenten waaruit blijkt dat de personeelsleden van het centrum over voldoende leservaring en expertise beschikken op het vlak van de opleidingen Frans en Nederlands tweede taal;

7° een overzicht van de technische infrastructuur waarover het centrum beschikt om mondelinge vaardigheden te toetsen;

8° alle documenten die van nut kunnen zijn in het kader van de aanvraag.

§ 3. [1B.Vl.R. van 06/09/2013
B.S. 04/10/2013
In afwijking van paragraaf 1 wordt [3B.Vl.R. van 04/09/2015
B.S. 08/10/2015
voor de schooljaren 2013-2014 tot en met 2015-20163B.Vl.R. van 04/09/2015
B.S. 08/10/2015
] een aanvraag uiterlijk op 15 september 2013 ingediend bij de bevoegde administratie.1B.Vl.R. van 06/09/2013
B.S. 04/10/2013
]

Art. 5.

§ 1. De ingediende aanvragen worden beoordeeld door een selectiecommissie die bestaat uit :

1° een vertegenwoordiger van elke pedagogische begeleidingsdienst;

2° een vertegenwoordiger van het Vlaams Ondersteuningscentrum voor het Volwassenenonderwijs;

3° een vertegenwoordiger van [2B.Vl.R. van 03/07/2015
B.S. 04/08/2015
het Agentschap voor Hoger Onderwijs, Volwassenenonderwijs, Kwalificaties en Studietoelagen2B.Vl.R. van 03/07/2015
B.S. 04/08/2015
] van het Vlaams Ministerie van Onderwijs en Vorming;

4° [2B.Vl.R. van 03/07/2015
B.S. 04/08/2015
...2B.Vl.R. van 03/07/2015
B.S. 04/08/2015
]

5° een vertegenwoordiger van het Departement Onderwijs en Vorming van het Vlaams Ministerie van Onderwijs en Vorming.

Het voorzitterschap en het secretariaat van de selectiecommissie worden waargenomen door de vertegenwoordigers van het Vlaams Ministerie van Onderwijs en Vorming.

§ 2. Bij de beoordeling van de ingediende aanvragen zal de selectiecommissie rekening houden met de volgende criteria :

1° het centrum heeft de onderwijsbevoegdheid voor de opleidingen Nederlands tweede taal richtgraad 1 tot en met richtgraad 4 en Frans richtgraad 1 tot en met richtgraad 4 effectief uitgeoefend ten minste tijdens het schooljaar waarin de aanvraag wordt ingediend of tijdens het voorafgaande schooljaar;

2° het centrum heeft tijdens de meest recente doorlichting geen voorbehoud gekregen voor zijn evaluatiepraktijk of -beleid voor de opleidingen Frans of Nederlands tweede taal;

3° de mate waarin het centrum beschikt over een uitgeschreven visie op zijn talenonderwijs en specifiek op de opleidingen Frans en Nederlands tweede taal;

4° de mate waarin het centrum een evaluatiebeleid voor cursisten heeft uitgebouwd;

5° de mate waarin het centrum een nascholingsbeleid heeft uitgebouwd voor zijn personeel, in het bijzonder voor de opleidingen Frans en Nederlands tweede taal;

6° de mate waarin het centrum ervaring heeft met de afneming van taaltoetsen voor externe organisaties;

7° het centrum beschikt voor de opleidingen Frans en Nederlands tweede taal over een vakgroepwerking en -coördinatie;

8° de mate waarin het centrum beschikt over personeelsleden die voldoende leservaring en expertise op het vlak van Frans en Nederlands tweede taal kunnen aantonen;

9° de mate waarin het centrum beschikt over technische infrastructuur om mondelinge vaardigheden te toetsen;

10° de standpunten opgenomen in het protocol van de onderhandeling in het lokaal comité;

[1B.Vl.R. van 06/09/2013
B.S. 04/10/2013
11° de mate waarin het centrum vlot bereikbaar is voor kandidaten uit Vlaanderen en Brussel.1B.Vl.R. van 06/09/2013
B.S. 04/10/2013
]

Art. 6.

[1B.Vl.R. van 06/09/2013
B.S. 04/10/2013
De selectiecommissie draagt de aanvraag voor die op basis van de criteria, vermeld in artikel 5, § 2 het meest gunstig is beoordeeld. De Vlaamse minister bevoegd voor het onderwijs, wijst het centrum aan die examencommissies mag organiseren.1B.Vl.R. van 06/09/2013
B.S. 04/10/2013
]

Afdeling 3. - Verlies van bevoegdheid om examencommissies te organiseren

Art. 7.

Het bestuur van het centrum dat een examencommissie organiseert, verliest die bevoegdheid in elk van de volgende gevallen :

1° ambtshalve bij het verlies van onderwijsbevoegdheid voor de opleidingen Frans richtgraad 1 tot en met richtgraad 4 of voor de opleidingen Nederlands tweede taal richtgraad 1 tot en met richtgraad 4, conform artikel 64, § 5, van het decreet van 15 juni 2007;

2° bij beslissing van de Vlaamse minister, bevoegd voor het onderwijs, wanneer :

a) wordt vastgesteld dat niet aan de richtlijnen voor de organisatie van de examencommissie, vermeld in hoofdstuk 3, wordt voldaan;

b) de inspectie een ongunstig advies heeft geformuleerd, in uitvoering van artikel 15;

c) een inbreuk op de naleving van de geheimhouding inzake het toetsmateriaal wordt vastgesteld;

d) [1B.Vl.R. van 06/09/2013
B.S. 04/10/2013
een inbreuk op de naleving van de verplichting om een beroep te doen op externe expertise om de kwaliteit van de toetsen te garanderen wordt vastgesteld;1B.Vl.R. van 06/09/2013
B.S. 04/10/2013
]

e) een verklaring of handeling die de resultaten van de examens beïnvloeden, wordt vastgesteld.

Vooraleer de Vlaamse minister, bevoegd voor het onderwijs, een beslissing neemt als vermeld in punt 2°, heeft het centrumbestuur het recht om, binnen dertig kalenderdagen na de betekening van de vaststelling, bij de minister een verweerschrift tegen het verlies van de bevoegdheid om een examencommissie te organiseren, in te dienen. De minister kan het centrumbestuur uitnodigen voor een gesprek.

De minister neemt een definitieve beslissing over het verlies van bevoegdheid voor de organisatie van een examencommissie binnen 45 kalenderdagen na de betekening van de vaststelling. Als na het verstrijken van die datum geen beslissing werd betekend aan het centrumbestuur, behoudt het centrumbestuur de bevoegdheid om een examencommissie te organiseren.

HOOFDSTUK 3. - Richtlijnen voor de organisatie van de examencommissie

Afdeling 1. - De examenperiode

Art. 8.

§ 1. Het centrum organiseert elk schooljaar twee examenperiodes, één in de maand november en één in de maand mei, waarbij er telkens voor elke taal en voor elke richtgraad één examen wordt georganiseerd.

Elk schooljaar deelt het centrum uiterlijk op 15 september en 15 februari aan de bevoegde administratie de exacte data mee waarop de examens plaatsvinden, respectievelijk in november en in mei.

§ 2. [3B.Vl.R. van 04/09/2015
B.S. 08/10/2015
In afwijking van paragraaf 1 organiseert het centrum in schooljaar 2015-2016 1 examenperiode in de maand november.3B.Vl.R. van 04/09/2015
B.S. 08/10/2015
]

Art. 9.

De inschrijvingsperiode voor de examens eindigt uiterlijk een week voor de aanvang van de examenperiode.

In elke examenperiode kan een kandidaat zich slechts eenmaal voor een taal en voor een richtgraad inschrijven.

Afdeling 2. - De examenregeling en onverenigbaarheden.

Art. 10.

[1B.Vl.R. van 06/09/2013
B.S. 04/10/2013

§ 1. Het centrumbestuur heeft de keuze om ofwel de toetsontwikkeling zelf op te nemen, ofwel het leveren van bestaande toetsen of de ontwikkeling van nieuwe toetsen geheel of gedeeltelijk uit te besteden.

§ 2. Het centrumbestuur is voor de organisatie van de examencommissies ertoe gehouden taaltoetsen te gebruiken die [2B.Vl.R. van 03/07/2015
B.S. 04/08/2015
het Agentschap voor Hoger Onderwijs, Volwassenenonderwijs, Kwalificaties en Studietoelagen2B.Vl.R. van 03/07/2015
B.S. 04/08/2015
] van het Vlaams ministerie van Onderwijs en Vorming heeft gevalideerd.

1B.Vl.R. van 06/09/2013
B.S. 04/10/2013
]

Art. 11.

Het centrumbestuur neemt in zijn centrumreglement, vermeld in artikel 2, 6°, van het decreet van 15 juni 2007, alle bepalingen op met betrekking tot de organisatie van de examencommissie.

Art. 12.

[1B.Vl.R. van 06/09/2013
B.S. 04/10/2013
...1B.Vl.R. van 06/09/2013
B.S. 04/10/2013
]

Afdeling 3. - De samenstelling van de examencommissies

Art. 13.

Elke examencommissie wordt samengesteld uit ten minste drie personeelsleden van het centrum die over voldoende expertise beschikken op het vlak van respectievelijk Frans of Nederlands tweede taal en die vorming hebben gevolgd over de beoordeling van examens.

De samenstelling van de examencommissie wordt aan de kandidaten bekendgemaakt bij inschrijving.

Afdeling 4. - De bekendmaking van de resultaten en de uitreiking van het getuigschrift

Art. 14.

§ 1. Het centrum maakt voor de examenperiode in november uiterlijk op 15 december en voor de examenperiode in mei uiterlijk op 15 juni de resultaten van de examens bekend en reikt de getuigschriften uit aan de kandidaten die zijn geslaagd.

De modellen van het getuigschrift zijn opgenomen in bijlagen 1 en 2, die bij dit besluit zijn gevoegd.

§ 2. Het centrum bewaart het proces-verbaal van de examencommissie, waarin een lijst van de geslaagde en niet-geslaagde kandidaten en de vermelding van de uitgereikte getuigschriften is opgenomen, gedurende dertig jaar.

HOOFDSTUK 4. - Slotbepalingen

Art. 15.

De inspectie is bevoegd voor het kwaliteitstoezicht op de organisatie van de examencommissie.

Art. 16.

In 2015, en vanaf dan om de vijf jaar, wordt de organisatie van de examencommissies geëvalueerd.

[1B.Vl.R. van 06/09/2013
B.S. 04/10/2013
...1B.Vl.R. van 06/09/2013
B.S. 04/10/2013
]

Art. 17.

Dit besluit uitwerking heeft met ingang van 1 september 2010.

Art. 18.

De Vlaamse minister, bevoegd voor het onderwijs, is belast met de uitvoering van dit besluit.

Bijlage 1

MODEL GETUIGSCHRIFT EXAMENCOMMISSIE

(formaat A4 = 210 x 297)

VLAAMSE GEMEENSCHAP - KONINKRIJK BELGIE

DEPARTEMENT ONDERWIJS EN VORMING

GETUIGSCHRIFT VAN DE EXAMENCOMMISSIE

...................................................................... (1)

Naam en adres van het Centrum voor Volwassenenonderwijs : ...............................................................................................

Ondergetekende,............................................................................................................................................................., (2)

directeur van het bovenvermelde centrum, bevestigt dat

..............................................................................................................., (3)

geboren in ...................................................., in . . . . . op......................., (4)

geslaagd is voor de examencommissie in het bovenvermelde centrum.

Hij/Zij behaalde niveau B1 van het Europees Referentiekader voor Talen voor de vaardigheden lezen en schrijven, en niveau B2 van het Europees Referentiekader voor Talen voor de vaardigheden luisteren en spreken.

Al de wettelijke, decretale en reglementaire voorschriften werden nageleefd.

Uitgereikt in .............................................................., op........................ (5)

De houder,

De directeur, (6)

(1) Nederlands tweede taal of Frans

(2) eerste voornaam en achternaam van de directeur

(3) eerste voornaam en achternaam van de cursist volgens identiteitskaart of geboorteakte

(4) geboortestad, -land en -datum (maand voluit in letters)

(5) plaats en datum

(6) Naast de handtekening wordt de droogstempel van het centrum aangebracht.

Bijlage 2

MODEL GETUIGSCHRIFT EXAMENCOMMISSIE

(formaat A4 = 210 x 297)

VLAAMSE GEMEENSCHAP - KONINKRIJK BELGIE

DEPARTEMENT ONDERWIJS EN VORMING

GETUIGSCHRIFT VAN DE EXAMENCOMMISSIE

....................................................................... (1)

Naam en adres van het Centrum voor Volwassenenonderwijs : .............................................................................................

Ondergetekende, ........................................................................................................................................................., (2)

directeur van het bovenvermelde centrum, bevestigt dat

............................................................................................................., (3)

geboren in ...................................................., in . . . . ., op...................., (4)

geslaagd is voor de examencommissie in het bovenvermelde centrum.

Hij/Zij behaalde niveau ............................................................................(5) van het Europees Referentiekader voor Talen voor de vaardigheden luisteren, lezen, spreken en schrijven.

Al de wettelijke, decretale en reglementaire voorschriften werden nageleefd.

Uitgereikt in .............................................................., op....................... (6)

De houder,

De directeur, (7)

(1) Nederlands tweede taal of Frans

(2) eerste voornaam en achternaam van de directeur

(3) eerste voornaam en achternaam van de cursist volgens identiteitskaart of geboorteakte

(4) geboortestad, -land en -datum (maand voluit in letters)

(5) A2, B1, B2 of C1

(6) plaats en datum

(7) Naast de handtekening wordt de droogstempel van het centrum aangebracht.