OPGEHEVEN : Decreet houdende de uitbetaling van eenmalige
werkingsbudgetten in het basisonderwijs en van eenmalige werkingsbudgetten in
het secundair onderwijs voor het begrotingsjaar 2008
goedkeuringsdatum
20 JUNI 2008
publicatiedatum
B.S.17/07/2008
datum laatste wijziging
02/01/2009
COORDINATIE
impliciet
opgeheven door Art. 3 van ditzelfde decreet
Het Vlaams Parlement heeft aangenomen en Wij,
Regering, bekrachtigen hetgeen volgt : decreet houdende de uitbetaling van
eenmalige werkingsbudgetten in het basisonderwijs en van eenmalige
werkingsbudgetten in het secundair onderwijs voor het begrotingsjaar
2008.
HOOFDSTUK I. - Inleidende bepalingen
Artikel 1.
Dit decreet regelt een
gemeenschapsaangelegenheid.
HOOFDSTUK II. - Basisonderwijs
Art. 2.
De bepalingen van dit hoofdstuk zijn van
toepassing op het gewoon en buitengewoon basisonderwijs, gefinancierd of
gesubsidieerd door de Vlaamse Gemeenschap.
Art. 3.
Voor het begrotingsjaar 2008 worden de
werkingsbudgetten voor het basisonderwijs verhoogd met 21.309.000
euro.
Art. 4.
Van het budget van 21.309.000 euro wordt
een budget van 3 % voorafgenomen voor scholen waarvan het schoolbestuur
neutraal onderwijs aanbiedt, conform artikel 24, § 1, tweede lid, van de
gecoördineerde Grondwet.
De voorafname wordt berekend
volgens de volgende formule : V1 = 21.309.000 x lln_Neu x 3 % / (lln_tot +
lln_Neu x 3 % + lln_LB x 4,5 % ) waarbij :
1° V1 =
voorafname 1;
2° lln_Neu = leerlingen in het basisonderwijs
van het Gemeenschapsonderwijs;
3° lln_tot = het totale
aantal leerlingen in het basisonderwijs;
4° lln_LB =
leerlingen van het officieel lager onderwijs.
Art. 5.
Van het budget van 21.309.000 euro wordt
een budget van 4,5 % voorafgenomen voor scholen waarvan het schoolbestuur de
keuze aanbiedt tussen onderricht in één van de erkende
godsdiensten en de niet-confessionele zedenleer, conform artikel 24, § 1,
vierde lid, van de gecoördineerde Grondwet.
De voorafname
wordt berekend volgens de volgende formule : V2 = 21.309.000 x lln_LB x 4,5 % /
(lln_tot + lln_Neu x 3 % + lln_LB x 4,5 % ), waarbij :
1°
V2 = voorafname 2;
2° lln_Neu = leerlingen in het
basisonderwijs van het Gemeenschapsonderwijs;
3° lln_tot =
het totaal aantal leerlingen in het basisonderwijs;
4°
lln_LB = leerlingen van het officieel lager
onderwijs.
Art. 6.
Het budget van 21.309.000 euro, verminderd
met V1 en V2, vermeld in artikelen 4 en 5, wordt lineair verdeeld op basis van
het aantal regelmatige leerlingen op de eerste schooldag van februari
2007.
Art. 7.
Het budget, verkregen na de toepassing van
artikelen 4, 5 en 6, wordt voor het Gemeenschapsonderwijs aan de raden van
bestuur van de scholengroepen toegekend overeenkomstig de bepalingen van
artikel 36, 2°, van het bijzonder decreet van 14 juli 1998 betreffende het
Gemeenschapsonderwijs.
Het budget, verkregen na de toepassing
van artikelen 4, 5 en 6, wordt voor het gesubsidieerd onderwijs toegekend aan
de schoolbesturen van het gesubsidieerd onderwijs.
HOOFDSTUK III. - Secundair onderwijs
Art. 8.
De bepalingen van dit hoofdstuk zijn van
toepassing op het gewoon en buitengewoon secundair onderwijs, gefinancierd of
gesubsidieerd door de Vlaamse Gemeenschap.
Art. 9.
Voor het begrotingsjaar 2008 wordt het
werkingsbudget van het secundair onderwijs verhoogd met 5.000.000
euro.
Art. 10.
Van het budget van 5.000.000 euro wordt
een budget van 3 % voorafgenomen voor scholen waarvan het schoolbestuur
neutraal onderwijs aanbiedt, conform artikel 24, § 1, tweede lid, van de
gecoördineerde Grondwet.
De voorafname wordt berekend
volgens de volgende formule : V1 = 5.000.000 x lln_Neu x 3 % / (lln_tot +
lln_Neu x 3 % + lln_LB x 4,5 % ), waarbij :
1° V1 =
voorafname 1;
2° lln_Neu = leerlingen in het secundair
onderwijs van het Gemeenschapsonderwijs;
3° lln_tot = het
totale aantal leerlingen in het secundair onderwijs;
4°
lln_LB = leerlingen van het officieel secundair
onderwijs.
Art. 11.
Van het budget van 5.000.000 euro wordt
een budget van 4,5 % voorafgenomen voor scholen waarvan het schoolbestuur, de
keuze aanbiedt tussen onderricht in één der erkende godsdiensten
en de niet-confessionele zedenleer, conform artikel 24, § 1, vierde lid,
van de gecoördineerde Grondwet.
De voorafname wordt
berekend volgens de volgende formule : V2 = 5.000.000 x lln_LB x 4,5 % /
(lln_tot + lln_Neu x 3 % + lln_LB x 4,5 % ), waarbij :
1°
V2 = voorafname 2;
2° lln_Neu = leerlingen in het secundair
onderwijs van het Gemeenschapsonderwijs;
3° lln_tot = het
totale aantal leerlingen in het secundair onderwijs;
4°
lln_LB = leerlingen van het officieel secundair
onderwijs.
Art. 12.
Het budget van 5.000.000 euro, verminderd
met V1 en V2, vermeld in artikelen 10 en 11, wordt lineair verdeeld over de
regelmatige leerlingen, geteld op de teldatum vermeld in artikel 3 van de wet
van 29 mei 1959 tot wijziging van sommige bepalingen van de onderwijswetgeving,
en in artikel 74vicies van het decreet van 31 juli 1990 betreffende het
Onderwijs II.
Art. 13.
Het budget verkregen na de toepassing van
artikelen 10, 11 en 12, wordt voor het Gemeenschapsonderwijs aan de raden van
bestuur van de scholengroepen toegekend overeenkomstig de bepalingen van
artikel 36, 2°, van het bijzonder decreet van 14 juli 1998 betreffende het
Gemeenschapsonderwijs.
Het budget, verkregen na de toepassing
van artikelen 10, 11 en 12, wordt voor het gesubsidieerd onderwijs toegekend
aan de schoolbesturen van het gesubsidieerd
onderwijs.
HOOFDSTUK IV. - Inwerkingtreding
Art. 14.
Dit decreet treedt in werking op 1 juni
2008.