Besluit van de Vlaamse regering betreffende de mededeling van de vaste benoeming aan het departement Onderwijs.

  • goedkeuringsdatum
    25 JANUARI 1995
  • publicatiedatum
    B.S.16/06/1995
  • zie ook
  • datum laatste wijziging
    14/05/2018

COORDINATIE

(1) B.Vl.R. van 01/06/1999 (B.S. 11/09/1999) detail
Besluit van de Vlaamse Regering tot wijziging van het besluit van de Vlaamse regering van 25 januari 1995 betreffende de mededeling van de vaste benoeming aan het departement Onderwijs
;

(2) B.Vl.R. van 06/10/2000 (B.S. 19/12/2000) detail
Besluit van de Vlaamse Regering tot wijziging van het besluit van de Vlaamse regering van 25 januari 1995 betreffende de mededeling van de vaste benoeming aan het departement Onderwijs
;

(3) B.Vl.R. van 10/03/2006 (B.S. 19/04/2006) detail
Besluit van de Vlaamse Regering tot wijziging van het besluit van de Vlaamse Regering van 25 januari 1995 betreffende de mededeling van de vaste benoeming aan het departement Onderwijs
;

(4) B.Vl.R. van 17/11/2017 (B.S. 20/12/2017) detail
Besluit van de Vlaamse Regering betreffende een aantal personeelsaspecten ter uitvoering van het decreet van 7 juli 2017 betreffende de rechtspositie van de personeelsleden in de basiseducatie
;

De Vlaamse regering,

Gelet op het decreet van 27 maart 1991 betreffende de rechtspositie van bepaalde personeelsleden van het Gemeenschapsonderwijs, inzonderheid op de artikelen 40, § 2 en 47, § 2, ingevoegd bij het decreet van 21 december 1994;

Gelet op het decreet van 27 maart 1991 betreffende de rechtspositie van sommige personeelsleden van het gesubsidieerd onderwijs en de gesubsidieerde psycho-medisch-sociale centra, inzonderheid op de artikelen 31, § 8 en 41, § 2, ingevoegd bij het decreet van 21 december 1994;

Gelet op het protocol van 20 juli 1994 houdende de conclusies van de onderhandelingen gevoerd in de gemeenschappelijke vergadering van het Sectorcomité X en van onderafdeling "Vlaamse Gemeenschap" van afdeling 2 van het Comité voor de provinciale en plaatselijke overheidsdiensten;

Gelet op het akkoord van de Vlaamse minister bevoegd voor begroting, gegeven op 28 januari 1994;

Gelet op het advies van de Raad van State;

Op voorstel van de Vlaamse minister van Onderwijs en Ambtenarenzaken;

Na beraadslaging,

Besluit :

Artikel 1.

Dit besluit is van toepassing op :

- de personeelsleden bedoeld in [1B.Vl.R. van 01/06/1999
B.S. 11/09/1999
artikel 2, § 11B.Vl.R. van 01/06/1999
B.S. 11/09/1999
] , van het decreet van 27 maart 1991 betreffende de rechtspositie van bepaalde personeelsleden van het Gemeenschapsonderwijs;

- de personeelsleden bedoeld in [1B.Vl.R. van 01/06/1999
B.S. 11/09/1999
artikel 4, § 11B.Vl.R. van 01/06/1999
B.S. 11/09/1999
] , van het decreet van 27 maart 1991 betreffende de rechtspositie van sommige personeelsleden van het gesubsidieerd onderwijs en de gesubsidieerde psycho-medisch-sociale centra.

[4B.Vl.R. van 17/11/2017
B.S. 20/12/2017
- de personeelsleden vermeld in artikel 3 van het decreet van 7 juli 2017 betreffende de rechtspositie van de personeelsleden in de basiseducatie4B.Vl.R. van 17/11/2017
B.S. 20/12/2017
]

Art. 2.

[2B.Vl.R. van 06/10/2000
B.S. 19/12/2000

§ 1. Opdat de toelating tot de proeftijd [3B.Vl.R. van 10/03/2006
B.S. 19/04/2006
, de vaste benoeming, de nieuwe affectatie of de mutatie 3B.Vl.R. van 10/03/2006
B.S. 19/04/2006
] uitwerking zou hebben ten aanzien van de overheid, moet de inrichtende macht ze uiterlijk drie maanden na de ingangsdatum ervan, [3B.Vl.R. van 10/03/2006
B.S. 19/04/2006
...3B.Vl.R. van 10/03/2006
B.S. 19/04/2006
] aan het departement Onderwijs meedelen met afschrift aan het betrokken personeelslid. De toelating tot de proeftijd [3B.Vl.R. van 10/03/2006
B.S. 19/04/2006
, de vaste benoeming, de nieuwe affectatie of de mutatie 3B.Vl.R. van 10/03/2006
B.S. 19/04/2006
] heeft dan uitwerking op de ingangsdatum ervan.

§ 2. Onverminderd de toepassing van § 3 heeft de toelating tot de proeftijd [3B.Vl.R. van 10/03/2006
B.S. 19/04/2006
, de vaste benoeming, de nieuwe affectatie of de mutatie 3B.Vl.R. van 10/03/2006
B.S. 19/04/2006
] die door de inrichtende macht wordt meegedeeld buiten de periode bedoeld in § 1, slechts uitwerking ten aanzien van de overheid als ze uiterlijk 45 kalenderdagen na de in § 1 vermelde termijn [3B.Vl.R. van 10/03/2006
B.S. 19/04/2006
...3B.Vl.R. van 10/03/2006
B.S. 19/04/2006
] wordt meegedeeld aan het departement Onderwijs. De toelating tot de proeftijd [3B.Vl.R. van 10/03/2006
B.S. 19/04/2006
, de vaste benoeming, de nieuwe affectatie of de mutatie 3B.Vl.R. van 10/03/2006
B.S. 19/04/2006
] heeft dan uitwerking op de eerste dag van de maand die volgt op het verstrijken van de periode van 45 kalenderdagen.

§ 3. In afwijking van § 1 moet de inrichtende macht de vaste benoeming bedoeld in artikel 4, § 1, 5° [3B.Vl.R. van 10/03/2006
B.S. 19/04/2006
...3B.Vl.R. van 10/03/2006
B.S. 19/04/2006
] , uiterlijk twaalf maanden na de ingangsdatum ervan [3B.Vl.R. van 10/03/2006
B.S. 19/04/2006
...3B.Vl.R. van 10/03/2006
B.S. 19/04/2006
] aan het departement Onderwijs meedelen, met een afschrift aan het betrokken personeelslid opdat de vaste benoeming uitwerking zou hebben ten aanzien van de overheid. De vaste benoeming heeft dan uitwerking op de ingangsdatum ervan.

2B.Vl.R. van 06/10/2000
B.S. 19/12/2000
]

Art. 3.

[3B.Vl.R. van 10/03/2006
B.S. 19/04/2006
De Vlaamse minister, bevoegd voor het onderwijs, bepaalt de vorm van de mededeling, vermeld in artikel 2.3B.Vl.R. van 10/03/2006
B.S. 19/04/2006
]

Art. 4.

§ 1. [2B.Vl.R. van 06/10/2000
B.S. 19/12/2000
[4B.Vl.R. van 17/11/2017
B.S. 20/12/2017
De inrichtende macht doet de mededeling, genoemd in artikel 2 :4B.Vl.R. van 17/11/2017
B.S. 20/12/2017
]

1° bij een toelating tot de proeftijd in het gemeenschapsonderwijs;

2° bij een eerste vaste benoeming;

3° bij een nieuwe affectatie;

4° bij een vaste benoeming :

a) in een andere personeelscategorie dan die waarin het personeelslid al vast benoemd is;

b) in een andere soort van dezelfde personeelscategorie;

c) in een ander ambt binnen dezelfde personeelscategorie en dezelfde soort;

d) voor een ander vak of een andere specialiteit dan het vak of de specialiteit waarin het personeelslid zijn opdracht op het ogenblik van de vorige vaste benoeming uitgeoefende, en waarvoor het vast benoemd werd, als het personeelslid daarvoor over een voldoend geacht of over een gelijkwaardig geacht bekwaamheidsbewijs beschikt;

e) voor een grotere omvang van de opdracht dan die waarvoor het personeelslid al vast benoemd is;

f) ingevolge een mutatie;

[4B.Vl.R. van 17/11/2017
B.S. 20/12/2017
g) in een ander ambt voor de personeelsleden vermeld in artikel 3 van het decreet van 7 juli 2017 betreffende de rechtspositie van de personeelsleden in de basiseducatie.4B.Vl.R. van 17/11/2017
B.S. 20/12/2017
]

5° [3B.Vl.R. van 10/03/2006
B.S. 19/04/2006
voor het personeelslid dat wordt vast benoemd in toepassing van artikel 55 van het decreet rechtspositie personeelsleden gemeenschapsonderwijs of artikel 44 van het decreet rechtspositie personeelsleden gesubsidieerd onderwijs;3B.Vl.R. van 10/03/2006
B.S. 19/04/2006
]

[3B.Vl.R. van 10/03/2006
B.S. 19/04/2006
...3B.Vl.R. van 10/03/2006
B.S. 19/04/2006
]

[3B.Vl.R. van 10/03/2006
B.S. 19/04/2006
3B.Vl.R. van 10/03/2006
B.S. 19/04/2006
] voor het personeelslid dat gelijktijdig in twee verschillende ambten is benoemd, als het aantal uren in één van die ambten wordt uitgebreid.

2B.Vl.R. van 06/10/2000
B.S. 19/12/2000
]

§ 2. Voor de toepassing van dit artikel dient te worden verstaan onder :

[3B.Vl.R. van 10/03/2006
B.S. 19/04/2006
- personeelscategorie : de personeelscategorieën opgesomd in artikel 2, § 1, van het decreet rechtspositie personeelsleden gemeenschapsonderwijs en artikel 4, § 1, van het decreet rechtspositie personeelsleden gesubsidieerd onderwijs;3B.Vl.R. van 10/03/2006
B.S. 19/04/2006
]

- soort : wervings-, selectie- of bevorderingsambt.

Art. 5.

§ 1. Dit besluit heeft uitwerking met ingang van 1 januari 1995

§ 2. De in artikel 4 bedoelde benoemingen die vóór 1 januari 1995 werden meegedeeld aan het departement worden beschouwd als zijnde meegedeeld overeenkomstig de regels die dit besluit voorschrijft.

[2B.Vl.R. van 06/10/2000
B.S. 19/12/2000

§ 3. De vaste benoemingen die met toepassing van artikel 4, § 1, 5° [3B.Vl.R. van 10/03/2006
B.S. 19/04/2006
...3B.Vl.R. van 10/03/2006
B.S. 19/04/2006
] werden meegedeeld aan het departement Onderwijs in de periode van 1 september 1998 tot en met 31 december 1999, worden beschouwd als meegedeeld volgens de regels die dit besluit voorschrijft.

2B.Vl.R. van 06/10/2000
B.S. 19/12/2000
]

Art. 6.

De Vlaamse minister bevoegd voor het onderwijs is belast met de uitvoering van dit besluit.