Besluit van de Vlaamse Regering betreffende de concordantie
van de leer- en opvoedende activiteiten/vakken/specialiteiten in de
opleidingsvormen 1, 2 en 3 van het buitengewoon secundair
onderwijs.
goedkeuringsdatum
31 JULI 1990
publicatiedatum
B.S.03/05/1991
datum laatste wijziging
10/10/2000
De Vlaamse Regering,
Gelet op de wet van 22 juni 1964 betreffende het statuut der
personeelsleden van het rijksonderwijs, inzonderheid op artikel 1, gewijzigd
bij de wetten van 27 juli 1971, 11 juli 1973, 19 december 1974 en bij het
koninklijk besluit nr. 456 van 10 september 1986, en op de artikelen 4 en 5,
gewijzigd bij de wet van 31 maart 1967;
Gelet op
de wet van 29 mei 1959 tot wijziging van sommige bepalingen van de
onderwijswetgeving, inzonderheid op de artikelen 12bis, § 2 en 29,
respectievelijk ingevoegd en vervangen bij de wet van 11 juli 1973;
Gelet op de wet van 6 juli 1970 op het
buitengewoon en geïntegreerd onderwijs, inzonderheid op artikel 15, eerste
lid;
Gelet op de wet van 11 juli 1973 houdende
wijziging van de wet van 29 mei 1959 betreffende het bewaarschoolonderwijs, het
lager, middelbaar, normaal-, technisch, kunst- en buitengewoon onderwijs,
inzonderheid op artikel 22;
Gelet op het
bijzonder decreet van 19 december 1988 betreffende de Autonome Raad voor het
Gemeenschapsonderwijs, inzonderheid op artikel 55, § 1;
Gelet op het protocol van 9 juli 1990 houdende de conclusies van
de onderhandelingen in het Gemeenschappelijk Comité voor alle
overheidsdiensten (Comité A);
Gelet op het
akkoord van de Gemeenschapsminister van Financiën en Begroting, gegeven op
18 juni 1990;
Gelet op het advies van de Raad van
State;
Op de voordracht van de
Gemeenschapsminister van Onderwijs;
Na
beraadslaging,
Besluit :
Artikel 1.
Dit besluit is van toepassing op
de opleidingsvormen 1, 2 en 3 van de door de Vlaamse Gemeenschap georganiseerde
en gesubsidieerde instellingen voor buitengewoon secundair onderwijs.
Art. 2.
§ 1. Elke leer- en
opvoedende activiteit/vak/specialiteit in de opleidingsvormen 1, 2 en 3, verder
aangeduid als "vroegere benaming(en)", dient op basis van de in artikel 3,
§ 1 opgenomen tabellen, hierna "concordantietabellen" genoemd, voor de in
artikel 4 vermelde noodwendigheden, omgezet te worden naar de leer- en
opvoedende activiteiten/vakken/specialiteiten, vastgelegd in het besluit van de
Vlaamse Regering van 27 juni 1990 tot vaststelling van de leer- en opvoedende
activiteiten in het buitengewoon kleuter- en lager onderwijs en in de
opleidingsvormen 1, 2 en 3 van het buitengewoon secundair onderwijs.
Laatstbedoelde leer- en opvoedende activiteiten/vakken/specialiteiten worden
verder aangeduid als "nieuwe benaming(en)".
§ 2. In afwijking
van § 1 is voor de in artikel 4 vermelde noodwendigheden, geen omzetting
vereist indien de vroegere benaming van een leer- en opvoedende
activiteit/vak/specialiteit identiek is aan de nieuwe benaming
ervan.
Art. 3.
§ 1. In de
linkerkolom van de hierna vermelde concordantietabellen worden voor de leer- en
opvoedende activiteiten/vakken/specialiteiten in de opleidingsvormen 1, 2 en 3
de benamingen vermeld die van kracht waren vóór 1 september 1990.
Tegenover elke "vroegere benaming" wordt in de rechterkolom melding gemaakt van
de "nieuwe benaming(en)", voorafgegaan door de classificatie "Algemene en
Sociale Vorming" of "Beroepsgerichte Vorming", waarnaar een omzetting mogelijk
is. Voor de beroepsgerichte vorming in opleidingsvorm 2, alsook voor de
algemene en sociale vorming, andere dan lichamelijke opvoeding of
compensatietechniek-braille in type 6, wordt overeenkomstig de bepalingen van
het in artikel 2 bedoelde besluit van de Vlaamse Regering, uitsluitend de
classificatie "BGV", respectievelijk "ASV" aangeduid.
1. Algemene en
sociale vorming in de opleidingsvormen 1, 2 en 3.
Benamingen van
kracht vóór 1 september 1990 : | Nieuwe
benamingen vanaf 1 september 1990 : |
1.1.
ASV-Godsdienst Godsdienst | 1.1.
ASV-Godsdienst |
1.2.
ASV-Zedenleer Zedenleer | 1.2.
ASV-Niet-confessionele Zedenleer |
1.3. ASV
(zelfredzaamheid, sociale vorming, communicatie, taal, rekenen,
maatschappelijke vorming, creatieve activiteiten, compensatietechnieken met
uitzondering van braille in type 6) AV (alle
algemene vakken) BV (muzikale opvoeding)
BV (plastische opvoeding, siertekenen en
modeleren) | 1.3.
ASV |
1.4. ASV
(senso-motoriek, lichamelijke opvoeding) BV
(lichamelijke opvoeding, sport en spel) | 1.4.
ASV-lichamelijke opvoeding |
1.5. ASV
(braille in type 6) braille (in type 6)
| 1.5.
ASV-compensatietechniek braille in type 6 |
1.6. ASV
(beroepsopleiding in de afdeling Verkoop- en kantoortechnieken, zoals b.v.
talen, handelsrekenen, handel, dactylo, steno, enz...) | 1.6.
ASV BGV-Verkoop- en
kantoortechnieken |
1.7. ASV
(beroepsopleiding in de afdeling muziek) | 1.7.
ASV BGV-Muziek |
2. Beroepsgerichte
vorming in de opleidingsvorm 2.
Benamingen van
kracht vóór 1 september 1990 : | Nieuwe
benamingen vanaf 1 september 1990 : |
BGV
(arbeidsgeschiktmaking) PV TV TV + BP | BGV |
3. Beroepsgerichte
vorming in de opleidingsvorm 3.
Benamingen van
kracht vóór 1 september 1990 : | Nieuwe
benamingen vanaf 1 september 1990 : |
3.1. BGV-Land-
en tuinbouw TV-Tuinbouw PV-Tuinbouw TV + BP-Tuinbouw
| 3.1.
BGV-Agrarische technieken |
3.2.
BGV-Metaalbewerking BGV-Lassen TV-Mechanica PV-Mechanica TV-Sanitaire
installaties PV-Sanitaire installaties
| 3.2.
BGV-Metaal |
3.3.
BGV-Houtbewerking BGV-Meubelwerk BGV-Schrijnwerk TV-Hout PV-Hout TV + BP-hout | 3.3.
BGV-Hout |
3.4.
BGV-Bouwwerken BGV-Elektriciteit BGV-Tegelwerk TV-Bouw PV-Bouw | 3.4.
BGV-Bouw |
3.5.
BGV-Textiel BGV-Kleding TV + BP-Snit en naad | 3.5.
BGV-Textiel |
3.6.
BGV-Schilderen, behangen, garneren en stofferen BGV-Garneren en stofferen TV-Schilderen, behangen, garneren en stofferen PV-Schilderen, behangen, garneren en stofferen | 3.6.
BGV-Schilderen en decoratie |
3.7.
BGV-Grafische, plastische en kunsttechnieken TV-Grafische,
plastische en kunsttechnieken PV-Grafische,
plastische en kunsttechnieken | 3.7.
BGV-Grafische technieken BGV-Sierkunst |
3.8.
BGV-Vlechtwerk TV-Vlechtwerk PV-Vlechtwerk | 3.8.
BGV-Vlechtwerk |
3.9.
BGV-Lederbewerking TV-Lederbewerking PV-Lederbewerking
| 3.9.
BGV-Leder |
3.10. BGV-Fijne
Mekaniek TV-Fijne Mekaniek PV-Fijne Mekaniek | 3.10 BGV-Fijne
Mekaniek |
3.11.
BGV-Muziek | 3.11.
BGV-Muziek ASV |
3.12.
BGV-Slagerij en spekslagerij TV-Slagerij en
spekslagerij PV-Slagerij en spekslagerij
| 3.12.
BGV-Slagerij |
3.13.
BGV-Bakkerij en banketbakkerij TV-Bakkerij en
banketbakkerij PV-Bakkerij en banketbakkerij
| 3.13.
BGV-Bakkerij |
3.14.
BGV-Gezinstechnieken, groepskoken en personenzorg TV + BP-Huishoudkunde | 3.14.
BGV-Gezinstechnieken BGV-Voeding |
3.15.
BGV-Personenzorg BGV-Gezinstechnieken
| 3.15.
BGV-Haartooi- en schoonheidszorgen |
3.16.
BGV-Nijverheidstechnieken | 3.16.
BGV-Nijverheidstechnieken |
3.17.
BGV-Haartooi- en schoonheidszorgen TV-Haartooi-
en schoonheidszorgen PV-Haartooi- en
schoonheidszorgen TV-Haartooi PV-Haartooi | 3.17.
BGV-Haartooi- en schoonheidszorgen |
3.18.
BGV-Verkoop- en kantoortechnieken TV-Verkoop- en
kantoortechnieken PV-Verkoop- en kantoortechnieken
| 3.18.
BGV-Verkoop- en kantoortechnieken ASV |
§ 2. Ingeval een
vroegere benaming van een leer- en opvoedende activiteit/vak/specialiteit
overeenkomstig de concordantietabellen kan omgezet worden naar meer dan
één nieuwe benaming is er sprake van een keuzemogelijkheid inzake
de omzetting.
Art. 4.
De omzetting van oude naar nieuwe
benamingen is vereist :
1° Voor de toepassing
van de bepalingen 14 en 15 van het besluit van de Vlaamse Regering van 27 juni
1990 betreffende de bekwaamheidsbewijzen, de weddeschalen en de
bezoldigingsregeling in het buitengewoon onderwijs;
2° Voor de toepassing van de reglementering betreffende de
boventalligheid, de terbeschikkingstelling wegens ontstentenis van betrekking,
de reaffectatie en de wedertewerkstelling.
Art. 5.
§ 1. De
kwalificatietechnieken die onderwezen werden vóór 1 september
1990 in opleidingsvorm 3 en die vermeld zijn in de linkerkolom van onderstaande
tabel behoren, voor wat de toepassing betreft van de besluiten van de Vlaamse
Regering d.d. 27 juni 1990 :
- tot vaststelling
van de leer- en opvoedende activiteiten in het buitengewoon kleuter-, lager en
basisonderwijs en in de opleidingsvormen 1, 2 en 3 van het buitengewoon
secundair onderwijs;
- tot vaststelling en
indeling van de ambten in het buitengewoon onderwijs;
- betreffende de bekwaamheidsbewijzen, de weddeschalen en de
bezoldigingsregeling in het buitengewoon onderwijs,
tot de specialiteiten van de beroepsgerichte vorming die er
tegenover staan in de rechter kolom.
Kwalificatietechnieken : | Specialiteiten
: |
1. Landbouw
Veeteelt Tuinbouw Bloementeelt Glasteelt Boomkwekerij Kleinvee en
pluimveeteelt | 1. Agrarische
technieken |
2.
Metaalbewerking Smeedwerk Laswerk Plaatbewerking Auto-onderhoud Sanitaire
installaties Centrale verwarming Kunststofbewerking | 2.
Metaal |
3.
Houtbewerking Timmerwerk Schrijnwerk Meubelwerk Metaaltimmerwerk Kunststofbewerking
| 3.
Hout |
4. Bouwwerk
Metselwerk Betonneerwerk Ijzervlechtwerk Voegwerk Stukadoorwerk Tegelwerk
| 4.
Bouw |
5. Elektrische
installatie | 5.
Elektriciteit |
6.
Machinebreien Handspinnen en weven | 6.
Textiel |
7. Confectie
Damessnit Herensnit
| 7.
Kleding |
8. Schilderwerk
Pistoolschilderwerk | 8. Schilderen
en decoratie |
9. Behang en
vloerbekledings-werk Garneerwerk Stoffeerwerk | 9. Garneren en
stofferen |
10. Drukken
Letterzetten Offset-druk Zeefdruk Boekbinden Fotografie | 10. Grafische
technieken |
11. Sierkunst
| 11.
Sierkunsten |
12. Vlechtwerk
Riet- en biesvlechtwerk | 12.
Vlechtwerk |
13.
Lederbewerking Schoenmakerij Marokijnwerk | 13.
Leder |
14. Fijne
mekaniek Uurwerkmakerij | 14.
Fijnmekaniek |
15. Stemmen en
herstellen van muziekinstrumenten | 15.
Muziek |
16. Slagerij en
spekslagerij | 16.
Slagerij |
17. Bakkerij en
banketbakkerij | 17.
Bakkerij |
18.
Gezinstechnieken Personenzorg | 18.
Gezinstechnieken |
19.
Personenzorg | 19. Haartooi-
en schoonheidszorgen |
20.
Groepskoken | 20.
Voeding |
21.
Nijverheidstechnieken | 21.
Nijverheidstechnieken |
22. Haartooi en
schoonheidszorgen | 22. Haartooi en
schoonheidszorgen |
23.
Verkooptechnieken en kantoortechnieken Dactylografie Stenografie Telefonie Magazijnbeheer | 23. Verkoop- en
kantoortechnieken |
§ 2. In afwijking
van § 1 kunnen de kwalificatietechnieken vermeld onder punten 15 en 23 in
de tabel, naar keuze van de inrichtende macht, ook tot de algemene en sociale
vorming behoren.
Art. 6.
§ 1. Voor elk
personeelslid, tijdelijk tot de stage toegelaten, vastbenoemd of vastbenoemd en
erkend daar waar de erkenning bestaat, dat kan aanspraak maken op de bepalingen
van de artikelen 14 en 15 van het voornoemd besluit van de Vlaamse Regering van
27 juni 1990, moet een omzetting gebeuren voor elke afzonderlijke leer- en
opvoedende activiteit/ vak/specialiteit op 1 september 1990.
§ 2. Voor elk
personeelslid, tot de stage toegelaten, vastbenoemd of vastbenoemd en erkend
daar waar de erkenning bestaat, dat onder de toepassing valt van de
reglementering betreffende de boventalligheid, de terbeschikkingstelling wegens
ontstentenis van betrekking, de reaffectatie en de wedertewerkstelling, dient
eveneens een omzetting te worden doorgevoerd.
§ 3. Ingeval zich
voor de in de §§ 1 en 2 bedoelde omzettingen een keuzemogelijkheid
voordoet, zal er een raadpleging gebeuren van het bestuurs- en onderwijzend
personeel, met uitzondering van de tijdelijke personeelsleden die niet voor de
ganse duur van het schooljaar werden aangesteld. Na deze raadpleging zal de
inrichtende macht voor elk betrokken personeelslid, én per vroegere
benaming van een leer- en opvoedende activiteit/vak/specialiteit, de keuze op
grond van de concordantietabellen beperken tot één nieuwe
benaming van een leer- en opvoedende
activiteit/vak/specialiteit.
§ 4. De in § 3
bedoelde raadpleging heeft voor de instellingen van het door de Gemeenschap
georganiseerd onderwijs en van het gesubsidieerd officieel onderwijs plaats in
het bevoegde overlegcomité opgericht krachtens de wet van 19 december
1974 tot regeling van de betrekkingen tussen de overheid en de vakbonden van
haar personeel en het koninklijk besluit van 28 september 1984 tot uitvoering
van deze wet.
§ 5. In de
instellingen van het gesubsidieerd vrij onderwijs waar een ondernemingsraad
bestaat, geschiedt de in § 3 bedoelde raadpleging in de schoot van die
raad. Van deze raadpleging wordt een proces-verbaal opgemaakt dat wordt
ondertekend door de afgevaardigde van de inrichtende macht en door de syndicale
afgevaardigden van de representatieve vakbondsorganisatie(s).
In de instellingen waar geen ondernemingsraad bestaat, dient de
raadpleging te geschieden in de algemene lerarenvergadering. Het proces-verbaal
van die raadpleging dient te worden ondertekend door de afgevaardigde van de
inrichtende macht, door vier vastbenoemde leraars die geen lid zijn van de
inrichtende macht, noch het ambt van directeur of onderdirecteur uitoefenen en
door de syndicale afgevaardigden van de representatieve vakbondsorganisatie(s).
Het staat de leraars vrij hun op- en aanmerkingen op dit proces-verbaal neer te
schrijven. Het proces-verbaal vermeldt de geraadpleegde organen evenals de
besluiten van de raadpleging.
§ 6. Het
proces-verbaal is bindend voor de inrichtende macht, indien de in § 3
bedoelde raadpleging tot een consensus heeft geleid. Alleen in het geval er
geen consensus is en de inrichtende macht tijdens de raadpleging heeft laten
blijken niet akkoord te zijn met het voorstel van de geraadpleegde organen, kan
de omzetting door de inrichtende macht worden vastgelegd tegen de wil van de
geraadpleegde organen in.
Op basis van het
proces-verbaal of de notulen zal de inrichtende macht per personeelslid de
daadwerkelijke omzetting vastleggen, na het betrokken personeelslid te hebben
gehoord. De inrichtende macht dient vervolgens haar beslissing onverwijld en
schriftelijk aan dit personeelslid mede te delen.
§ 7. Ingeval de in
§ 6 bedoelde beslissing niet de goedkeuring wegdraagt van het
personeelslid, kan betrokkene bij het Bestuur van het Basisonderwijs van het
Ministerie van Onderwijs, tot uiterlijk 14 september 1990 een bezwaarschrift
neerleggen, dat een eigen voorstel tot omzetting omvat. Dit voorstel moet in
overeenstemming zijn met de concordantietabellen en met de bepalingen van
artikel 5. Tevens moet het beperkt blijven tot één nieuwe
benaming per ambt/vak/specialiteit.
§ 8. De
directeurs-generaal van het Bestuur van het Basisonderwijs en de Besturen
Beheer Personeel en de bevoegde leden van het college van inspecteurs-generaal
of hun afgevaardigden, hierna "Commissie" genoemd, zullen over de in § 7
bedoelde bezwaarschriften een uitspraak doen.
§ 9. Ingeval het in
§ 7 bedoeld voorstel door de in § 8 bedoelde commissie niet wordt
aanvaard, is de door de inrichtende macht gemaakte keuze in hoofde van het
personeelslid bindend en definitief vanaf 1 september
1990.
§ 10. Ingeval het
in § 7 bedoeld voorstel door de in § 8 bedoelde commissie wordt
aanvaard, is de door het personeelslid gemaakte keuze in principe met
terugwerkende kracht vanaf 1 september 1990 bepalend voor de toepassing van de
beschikkingen van de artikelen 14 en 15 van het voornoemd besluit van 27 juni
1990 én van de reglementering betreffende de boventalligheid, de
terbeschikkingstelling wegens ontstentenis van betrekking, de reaffectatie en
wedertewerkstelling.
§ 11. Voor
onderwijsinstellingen die op 1 september 1990 hebben opgehouden te bestaan,
dient de in de §§ 1 tot en met 10 beschreven procedure door die
inrichtende macht te worden doorlopen die per 1 september 1990 de
verantwoordelijkheid heeft over het
personeelslid.
Art. 7.
Dit besluit heeft uitwerking met
ingang van 1 september 1990.
Art. 8.
De Gemeenschapsminister van
Onderwijs is belast met de uitvoering van dit besluit.