OPGEHEVEN : Besluit van de Vlaamse regering houdende de
taken die niet in de functiebeschrijvingen van het personeel in het
basisonderwijs kunnen opgenomen worden.
goedkeuringsdatum
10 JUNI 1997
publicatiedatum
B.S.24/06/1997
datum laatste wijziging
16/10/2008
COORDINATIE
opgeheven
door B.Vl.R. 18-7-2008 - B.S. 16-10-2008
De Vlaamse regering,
Gelet op het decreet betreffende het basisonderwijs van 25
februari 1997, inzonderheid op de artikelen 161, § 2 en 195, 6°;
Gelet op het akkoord van de Vlaamse minister,
bevoegd voor de begroting, gegeven op 5 mei 1997;
Gelet op het protocol nummer 265 van 27 mei 1997 houdende de
conclusie van de onderhandelingen die gevoerd werden in de gemeenschappelijke
vergadering van het sectorcomité X en van onderafdeling "Vlaamse
Gemeenschap" van afdeling 2 van het comité voor de provinciale en
plaatselijke overheidsdiensten;
Gelet op het
protocol nummer 49 van 27 mei 1997 houdende de conclusies van de
onderhandelingen die gevoerd werden in het overkoepelend
onderhandelingscomité;
Gelet op de
dringende noodzakelijkheid, gemotiveerd door de omstandigheid dat het decreet
basisonderwijs van 25 februari 1997 in werking treedt op 1 september 1997.
Hetzelfde geldt voor de eerste reeks bijhorende
uitvoeringsbesluiten.
Het is voor de organisatie
van het schooljaar 1997-1998 en voor de rechtszekerheid van schoolbesturen,
directies en personeelsleden essentieel dat zij zo snel mogelijk uitsluitsel
krijgen over de nieuw toe te passen regelgeving;
Gelet op het advies van de Raad van State gegeven op 2 juni 1997
met toepassing van artikel 84, eerste lid, 2° van de gecoördineerde
wetten op de Raad van State;
Op voorstel van de
Vlaamse minister van Onderwijs en Ambtenarenzaken;
Na beraadslaging,
Besluit :
HOOFDSTUK 1. - Algemeen
Artikel 1.
Artikel 161, § 2 van het
decreet basisonderwijs van 25 februari 1997 treedt in werking.
Art. 2.
Dit besluit is van toepassing
op het personeel van het gewoon en buitengewoon basisonderwijs waarvoor op
basis van een convenant tussen de representatieve vakorganisaties, de ARGO en
de representatieve verenigingen van schoolbesturen en de Vlaamse minister
bevoegd voor het onderwijs, functiebeschrijvingen opgemaakt worden.
Art. 3.
Voor de toepassing van dit
besluit wordt verstaan onder :
1° decreet :
het decreet betreffende het basisonderwijs van 25 februari 1997;
2° medisch personeel : arts;
3° opdracht : het geheel van resultaatgebieden dat het
personeelslid tot een goed einde moet brengen;
4° onderwijzend personeel : de onderwijzer, de onderwijzer
ASV, de kleuteronderwijzer, de kleuteronderwijzer ASV, de leermeester
godsdienst, de leermeester niet-confessionele zedenleer en de leermeester
lichamelijke opvoeding;
5° onderwijzer : de
onderwijzer belast met de functie van klastitularis, de onderwijzer belast met
de functie van taakleraar, de onderwijzer belast met de functie van ambulante
leerkracht, de onderwijzer belast met individuele opvoeding en de onderwijzer
belast met opvoedende activiteiten, leermeester bijzondere vakken andere dan
lichamelijke opvoeding;
6° paramedisch
personeel : logopedist, kinesitherapeut, ergotherapeut, verpleger en
kinderverzorger;
7° personeel :
administratief, onderwijzend, paramedisch, medisch, sociaal, psychologisch,
orthopedagogisch personeel en administratief personeel;
8° psychologisch personeel : psycholoog;
9° sociaal personeel : maatschappelijk werker;
10° orthopedagogisch personeel :
orthopedagoog.
HOOFDSTUK 2. - Negatieve lijst
Art. 4.
De volgende taken behoren
niet tot de opdracht van het personeel en kunnen bijgevolg niet in de
functiebeschrijving opgenomen worden:
1° het
organiseren van busvervoer;
2° het uitvoeren
van materieel onderhoud en/of herstellingen van en in de school;
3° het bijwonen van en het meewerken aan
godsdienstige, levensbeschouwelijke of socio-culturele activiteiten buiten
schoolverband;
4° de opvang van kinderen
tijdens klasvrije namiddagen en de schoolvakanties;
5° bijlessen of therapie geven voor en na de schooluren;
6° huisbezoeken afleggen;
7° middagtoezicht houden;
8°
verzekeren van busbegeleiding;
9° het verkeer
regelen op de openbare weg;
10° het vervullen
van administratieve en/of organisatorische taken van de directie of het
schoolbestuur.
In afwijking van het eerste lid,
kan 6° tot de opdracht van het sociaal, psychologisch en orthopedagogisch
personeel behoren en behoort 10° tot de opdracht van het administratief
personeel.
Art. 5.
De taken vermeld onder
artikel 4, eerste lid, 5° tot en met 10° kunnen in uitzonderlijke
omstandigheden en op een niet-systematische wijze opgelegd worden aan de
personeelsleden.
De toepassing van het eerste lid
is afhankelijk van de onderhandelingen in het lokaal comité met
betrekking tot de invulling van de begrippen "op niet-systematische wijze" en
"in uitzonderlijke omstandigheden".
Art. 6.
Dit besluit treedt in werking
op 1 september 1997.
Art. 7.
De Vlaamse minister, bevoegd
voor het onderwijs, is belast met de uitvoering van dit besluit.