OPGEHEVEN : Besluit van de Vlaamse regering houdende
vaststelling van de loopbaanstructuur en van de salarisschalen van het
administratief en technisch personeel van de hogescholen in de Vlaamse
Gemeenschap.
goedkeuringsdatum
12 JUNI 1995
publicatiedatum
B.S.27/10/1995
datum laatste wijziging
28/04/2003
COORDINATIE
opgeheven
door BVR 21-2-2003 - B.S. 28-4-2003
De Vlaamse regering,
Gelet op het decreet van 13 juni 1994 betreffende de hogescholen
in de Vlaamse Gemeenschap, inzonderheid op de artikelen 152, 155, 169, 336 en
337;
Gelet op het akkoord van de Vlaamse minister
bevoegd voor begroting, gegeven op 10 november 1994;
Gelet op het protocol nr. 185 van 15 maart 1995 houdende de
conclusies van de onderhandelingen gevoerd in de gemeenschappelijke vergadering
van Sectorcomité X en van onderafdeling "Vlaamse Gemeenschap" van
afdeling 2 van het Comité voor de provinciale en plaatselijke
overheidsdiensten;
Gelet op het advies van de
Raad van State;
Op voorstel van de Vlaamse
minister van Onderwijs en Ambtenarenzaken;
Na
beraadslaging,
Besluit :
HOOFDSTUK I. - De loopbaanstructuur
Afdeling 1. - De hiërarchie van de
graden
Artikel 1.
§ 1. Het
administratief en technisch personeel van de hogescholen in de Vlaamse
Gemeenschap wordt ingedeeld in één van de hierna volgende
niveaus, overeenstemmend met het ernaast vermelde onderwijsniveau :
Niveau A : academisch onderwijs en hoger
onderwijs van academisch niveau;
Niveau B : hoger
onderwijs van één cyclus;
Niveau C
: secundair onderwijs;
Niveau D : geen diploma;
Niveau E : geen diploma.
§ 2. De
diploma's en studiegetuigschriften vermeld in bijlage 4 van het Vlaamse
Personeelsstatuut van 24 november 1993 zijn van overeenkomstige toepassing bij
de werving van het administratief en technisch personeel van de
hogescholen.
Art. 2.
De personeelsleden
verkrijgen een graad vermeld in de tabel van de loopbaanstructuur, opgenomen in
bijlage 1 bij dit besluit. Het hogeschoolbestuur bepaalt voor elke graad de
benaming van de ermee verbonden functies. De graad bepaalt de betrekkelijke
waarde van een functie binnen zijn niveau.
Art. 3.
Elke graad wordt
aangeduid met een letter en een cijfer. De letter geeft het niveau aan, het
cijfer situeert de graad in zijn niveau.
De vijf
niveaus omvatten het volgende aantal graden :
niveau A : vier graden, genummerd van A1 tot A4;
niveau
B : twee graden, genummerd B1 en B2;
niveau C :
twee graden, genummerd C1 en C2;
niveau D : twee
graden, genummerd D1 en D2;
niveau E :
één graad, genummerd E1.
Binnen elk
niveau worden de graden genummerd volgens hun plaats in de hiërarchie,
waarbij de hoogste graad het hoogste cijfer toegewezen krijgt.
Art. 4.
De dienst-, de niveau-,
de graad- en de schaalanciënniteit worden uitgedrukt in jaren en volle
kalendermaanden. Ze gaan in op de eerste dag van een maand.
De gedeelten van maanden worden weggelaten en de
anciënniteiten gaan in dat geval in op de eerste dag van de volgende
maand.
Afdeling 2. - De hiërarchische
loopbaan
Art. 5.
§ 1.
Bevordering door verhoging in graad kan afhankelijk worden gesteld van het
slagen voor een vergelijkende bekwaamheidsproef.
§ 2.
Bevordering door overgang naar een ander niveau, met uitzondering van de
overgang naar niveau D, wordt verleend op grond van het slagen voor een
vergelijkend overgangsexamen.
Afdeling 3. - De functionele
loopbaan
Art. 6.
De functionele loopbaan
bestaat in de opeenvolgende toekenning aan een personeelslid van een steeds
hogere salarisschaal binnen eenzelfde graad op basis van
schaalanciënniteit en zonder wijziging van de graadbenaming.
Art. 7.
De toekenning van de
hogere salarisschaal is afhankelijk van het verkrijgen van een voldoende
gunstige evaluatie. Het hogeschoolbestuur legt hiervoor de criteria vast.
Art. 8.
Er wordt een functionele
loopbaan ingesteld binnen de hierna vermelde graden. De overgang tussen de
daaronder opgesomde salarisschalen vindt plaats na het aantal jaren
schaalanciënniteit dat ernaast vermeld wordt.
1° in graad A1 van de eerste naar de tweede salarisschaal na
10 jaar van A11 naar A12
2° in graad A2 van
de eerste naar de tweede salarisschaal na 10 jaar van A21 naar A22
3° in graad A3 van de eerste naar de tweede
salarisschaal na 10 jaar van A31 naar A32
4°
in graad B1 van de eerste naar de tweede salarisschaal na 10 jaar van B11 naar
B12
5° in graad B2 van de eerste naar de
tweede salarisschaal na 10 jaar B21 naar B22
6° in graad C1 van de eerste naar de tweede salarisschaal na
10 jaar van C11 naar C12
7° in graad C2 van
de eerste naar de tweede salarisschaal na 10 jaar van C21 naar C22
8° in graad D1 van de eerste naar de tweede
salarisschaal na 10 jaar van D11 naar D12
9°
in graad E1 :
a) van de eerste naar de tweede
salarisschaal na 8 jaar van E11 naar E12;
b) van
de tweede naar de derde salarisschaal na 10 jaar van E12 naar E13.
HOOFDSTUK II. - De salarisschalen
Art. 9.
§ 1. De
salarisschalen bestaan uit :
- een
minimumsalaris;
- salaristrappen die het resultaat
zijn van tussentijdse salarisverhogingen;
- een
maximumsalaris.
§ 2. De
personeelsleden die de minimumleeftijd van de salarisschaal nog niet hebben
bereikt, ontvangen het minimumsalaris.
Art. 10.
Aan elke graad worden
één of meer salarisschalen verbonden. Wanneer meer salarisschalen
aan één graad worden verbonden, kunnen de hogere salarisschalen
alleen verleend worden onder de voorwaarden bepaald in artikel 9 en 10.
Art. 11.
Elke salarisschaal behoort
tot een van de vijf niveaus, aangeduid met de letters A, B, C, D, en E. De
salarisschaal wordt verder aangeduid met cijfers. Het eerste cijfer duidt de
graad aan, het tweede cijfer geeft de plaats aan van de salarisschaal met
betrekking tot de andere salarisschalen die binnen dezelfde loopbaan bestaan.
Art. 12.
De salarisschalen van het
administratief en technisch personeel van de hogescholen in de Vlaamse
Gemeenschap worden als volgt vastgesteld :
Salarisschaal en minimumleeftijd | Minimumsalaris | Maximumsalaris | Tussentijdse verhogingen |
E11
(18j.) | 495.000 | 571.000 | 3/1 *
7.000 11/2 * 5.000 |
E12
(18j.) | 505.000 | 596.400 | 3/1 *
7.000 11/2 * 6.400 |
E13
(18j.) | 529.536 | 622.985 | 3/1 *
6.713 2/2 * 4.740 10/2 * 6.383 |
D11
(18j.) | 516.708 | 637.794 | 3/1 *
5.802 10/2 * 10.368 |
D12
(18j.) | 526.882 | 712.833 | 3/1 *
5.802 13/2 * 12.965 |
D21
(18j.) | 600.899 | 820.467 | 3/1 *
9.225 13/2 * 14.761 |
C11
(20j.) | 551.254 | 726.372 | 3/1 *
11.072 2/2 * 12.927 8/2 * 14.506 |
C12
(20j.) | 603.975 | 877.067 | 3/1 *
11.072 13/2 * 18.452 |
C21
(20j.) | 622.250 | 954.750 | 3/1 *
15.084 13/2 * 22.096 |
C22
(20j.) | 693.500 | 1.035.500 | 3/1 *
16.032 13/2 * 22.608 |
B11
(22j.) | 618.000 | 912.000 | 3/1 *
12.000 12/2 * 21.500 |
B12
(22j.) | 684.000 | 983.000 | 3/1 *
12.000 10/2 * 21.500 2/2 * 24.000 |
B21
(22j.) | 755.275 | 1.132.919 | 3/1 *
11.072 14/2 * 24.602 |
B22
(22j.) | 845.500 | 1.178.000 | 3/1 *
19.000 7/3 * 28.500 2/3 * 38.000 |
A11
(24j.) | 836.000 | 1.301.500 | 3/1 *
28.500 5/3 * 57.000 2/3 * 47.500 |
A12
(24j.) | 921.500 | 1.387.000 | 3/1 *
28.500 5/3 * 57.000 2/3 * 47.500 |
A21
(24j.) | 927.072 | 1.570.249 | 3/1 *
27.275 11/2 * 51.032 |
A22
(24j.) | 1.024.735 | 1.667.912 | 3/1 *
27.275 11/2 * 51.032 |
A31
(24j.) | 1.087.750 | 1.705.250 | 3/1 *
38.000 4/3 * 76.000 3/3 * 66.500 |
A32
(24j.) | 1.144.750 | 1.862.000 | 3/1 *
42.750 4/3 * 76.000 3/3 * 95.000 |
A41
(24j.) | 1.512.000 | 2.106.000 | 1/3 *
54.000 5/3 * 72.000 2/3 * 90.000 |
Art. 13.
Het maandsalaris schommelt
met het indexcijfer van de consumptieprijzen overeenkomstig de regels
voorgeschreven door de wet van 1 maart 1977 houdende inrichting van een stelsel
waarbij sommige uitgaven in de overheidssector aan het indexcijfer van de
consumptieprijzen van het Rijk worden gekoppeld. De bedragen van de
salarisschalen vermeld in artikel 14 zijn de bedragen tegen 100% per 1 november
1993, gekoppeld aan spilindex 138,01. Op 1 november 1994 worden deze bedragen
vermeerderd met 10.447 frank. Op 1 augustus 1995 worden ze nogmaals met 1
procent verhoogd.
HOOFDSTUK III. - Overgangs- en
slotbepalingen
Art. 14.
De ambten vermeld in de derde
kolom van de bij dit besluit gevoegde bijlage 2, worden afgeschaft.
De personeelsleden aan wie een betrekking op de
personeelsformatie wordt toegewezen en die titularis zijn van een afgeschaft
ambt, verkrijgen ambtshalve de in de eerste kolom vermelde nieuwe graad en de
eraan verbonden salarisschaal, vermeld in de vierde kolom.
Art. 15.
Het koninklijk besluit van 1
december 1970 houdende bezoldigingsregeling van het administratief personeel,
het meesters-, vak- en dienstpersoneel van de rijksinrichtingen voor
kleuteronderwijs, voor lager, buitengewoon, middelbaar, technisch, kunst- en
normaalonderwijs is van toepassing op de leden van het administratief en
technisch personeel van de hogescholen.
Art. 16.
Dit besluit treedt in werking
op 1 januari 1996.
Art. 17.
De Vlaamse minister, bevoegd
voor het onderwijs, is belast met de uitvoering van dit besluit.
Bijlage 1TABEL LOOPBAANSTRUCTUUR ADMINISTRATIEF EN TECHNISCH PERSONEEL
Graad | Salarisschaal | Minimumleeftijd | Voorwaarden tot
verkrijgen van de hogere salarisschaal binnen dezelfde graad | Toelatingsvoorwaarden tot de in kolom 1 vermelde graad voor
personeelsleden van de instelling |
| Bij bevordering
door verhoging in graad | Bij bevordering
door overgang naar het hoger niveau |
1 | 2 | 3 | 4 | 5a | 5b |
E1 | E11 | 18 | aanvangssalarisschaal | | |
| E12 | 18 | ten minste 8
jaar schaalanciënniteit in E11 voldoende gunstige beoordeling
| | |
| E13 | 18 | ten minste 10
jaar schaalanciënniteit in E12 voldoende gunstige beoordeling
| | |
D1 | D11 | 18 | aanvangssalarisschaal | | ten minste 6
jaar niveauanciënniteit in niveau E |
| D12 | 18 | ten minste 10
jaar schaalanciënniteit in D11 voldoende gunstige beoordeling
| | |
D2 | D21 | 18 | aanvangssalarisschaal | 6 jaar
graadanciënniteit in D1 | |
C1 | C11 | 20 | aanvangssalarisschaal | | bevordering
met examen ten minste 6 jaar niveauanciënniteit in niveau D |
| C12 | 20 | ten minste 10
jaar schaalanciënniteit in C11 voldoende gunstige beoordeling
| | |
C2 | C21 | 20 | aanvangssalarisschaal | 6 jaar
graadanciënniteit in C1 | |
| C22 | 20 | ten minste 10
jaar schaalanciënniteit in C21 voldoende gunstige beoordeling
| | |
B1 | B11 | 22 | aanvangssalarisschaal | | bevordering
met examen ten minste 6 jaar niveauanciënniteit in niveau C |
| B12 | 22 | ten minste 10
jaar schaalanciënniteit in B11 voldoende gunstige beoordeling
| | |
B2 | B21 | 22 | aanvangssalarisschaal | 6 jaar
graadanciënniteit in B1 | |
| B22 | 22 | ten minste 10
jaar schaalanciënniteit in B21 voldoende gunstige beoordeling
| | |
A1 | A11 | 24 | aanvangssalarisschaal | | bevordering
met examen ten minste 6 jaar niveauanciënniteit in niveau C of niveau B
|
| A12 | 24 | ten minste 10
jaar schaalanciënniteit in A11 voldoende gunstige beoordeling
| | |
A2 | A21 | 24 | aanvangssalarisschaal | 6 jaar
graadanciënniteit in A1 | |
| A22 | 24 | ten minste 10
jaar schaalanciënniteit in A21 voldoende gunstige beoordeling
| | |
A3 | A31 | 24 | aanvangssalarisschaal | 6 jaar
graadanciënniteit in A2 | |
| A32 | 24 | ten minste 10
jaar schaalanciënniteit in A31 voldoende gunstige beoordeling
| | |
A4 | A41 | 24 | aanvangssalarisschaal | 3 jaar
graadanciënniteit in A3 | |
Bijlage 2Inschakeling in de nieuwe loopbaanstructuur ADMINISTRATIEF EN
TECHNISCH PERSONEEL
Concordantietabel oude
ambten - nieuwe graden - nieuwe salarisschalen
Nieuwe
graad | Salarisschaal
organieke regeling | Oud
ambt | Nieuwe
salarisschaal op 1 november 1993 |
1 | 2 | 3 | 4 |
E1 | E11 | bode
kamerbewaarder suppoost | 495.000-571.000 |
| E12 | suppoost
kopiist hoofdsuppoost | 505.000-596.400 |
| E13 | eerste
hoofdsuppoost | 529.536-622.985 |
D1 | D11 | klerk klerk-typist klerk-stenotypist | 516.708-637.794 |
| D12 | eerste
klerk eerste klerk-typist eerste klerk-stenotypist | 526.882-712.833 |
D2 | D21 | eerste
hoofdklerk | 600.899-820.467 |
C1 | C11 | opsteller rekenplichtig
correspondent | 551.254-726.372 |
| C12 | secretaris
rekenplichtige eerste rekenplichtig
correspondent | 603.975-877.067 |
C2 | C21 | eerste
opsteller | 622.250-954.750 |
| C22 | eerste
secretaris rekenplichtige | 693.500-1.035.500 |
B1 | B11 | | 618.000-912.000 |
| B12 | assistent
bibiliothecaris | 684.000-983.000 |
B2 | B21 | beheerder-secretaris | 755.275-1.132.919 |
| B22 | | 845.500-1.178.000 |
A1 | A11 | | 836.000-1.301.500 |
| A12 | | 921.500-1.387.000 |
A2 | A21 | | 927.072-1.570.249 |
| A22 | | 1.024.735-1.667.912 |
A3 | A31 | | 1.087.750-1.705.250 |
| A32 | | 1.144.750-1.862.000 |
A4 | A4 | | 1.512.000-2.106.000 |