Besluit van de Vlaamse Regering betreffende de
samenstelling van de Vlaamse Onderwijsraad
goedkeuringsdatum
21 OKTOBER 2005
publicatiedatum
B.S.25/11/2005
datum laatste wijziging
18/12/2020
COORDINATIE
(1)
B.Vl.R. van 08/11/2013 (B.S. 09/12/2013)
detail
Besluit van de Vlaamse Regering tot wijziging van het besluit van de Vlaamse Regering van 21 oktober 2005 betreffende de samenstelling van de Vlaamse Onderwijsraad ;
(2)
B.Vl.R. van 14/09/2018 (B.S. 19/10/2018)
detail
Besluit van de Vlaamse Regering houdende uitvoeringsmaatregelen betreffende het duaal leren en de aanloopfase en diverse andere maatregelen ;
(3)
B.Vl.R. van 20/11/2020 (B.S. 18/12/2020)
detail
Besluit van de Vlaamse Regering over de ontbinding zonder vereffening van het
publiekrechtelijk vormgegeven extern verzelfstandigd agentschap “Vlaams Agentschap voor Ondernemersvorming – Syntra Vlaanderen” en tot wijziging van de naam “Hermesfonds”
;
De Vlaamse Regering,
Gelet op het decreet van 2 april 2004 betreffende participatie op
school en de Vlaamse Onderwijsraad inzonderheid de artikelen 67 § 2, 68,
76 tot en met 85, 88 en 97;
Gelet op het verzoek
om spoedbehandeling, gemotiveerd als volgt : de nieuw samen te stellen VLOR
neemt de bevoegdheden op vanaf 1 januari 2006. Gezien de benodigde
voorbereidingstijd voor de hersamenstelling is het noodzakelijk dat zo vlug
mogelijk zekerheid wordt verworven over de samenstelling van de VLOR. Bovendien
dient het besluit van 16 september 2005 dat een samenstelling inhoudt die niet
gewenst is, zo snel mogelijk te worden ingetrokken;
Gelet op het advies van 17 oktober met toepassing van artikel 84,
§ 1, eerste lid, 2°, van de gecoördineerde wetten op de Raad van
State;
Op voorstel van de Vlaamse minister van
Werk, Onderwijs en Vorming;
Na
beraadslaging,
Besluit :
HOOFDSTUK I. - Definities
Artikel 1.
Voor de toepassing van dit besluit wordt
verstaan onder :
1° ACOD : De Algemene Centrale der
Openbare Diensten;
2° COC : Christelijke
Onderwijscentrale;
3° COV : Christelijk
Onderwijzersverbond;
4°
[cursist : een persoon die een opleiding volgt of ingeschreven was in het volwassenenonderwijs, in het deeltijds kunstonderwijs, bij Syntra, bij de VDAB of in het Sociaal-Cultureel Volwassenenwerk of een persoon die een opleiding gevolgd heeft in het school- of kalenderjaar dat voorafgaat aan de datum van de oproep;]
5° decreet : het
decreet van 2 april 2004 betreffende participatie op school en de Vlaamse
Onderwijsraad;
6° departement : bevoegde dienst of
ambtenaar van het departement Onderwijs van het ministerie van de Vlaamse
Gemeenschap;
[6°bis Departement Werk en Sociale Economie: het departement, vermeld in artikel 25, §1, van het besluit van de
Vlaamse Regering van 3 juni 2005 met betrekking tot de organisatie van de Vlaamse administratie;]
7°
[directeur : elk personeelslid in een onderwijsinstelling dat functioneert in het ambt van directeur, algemeen of coördinerend directeur op het moment van zijn voordracht;]
8°
[GO! Ouders : oudervereniging van het Gemeenschapsonderwijs;]
9° minister : de Vlaamse
minister, bevoegd voor het onderwijs;
10° KOOGO : Koepel
van Ouderverenigingen van het Officieel Gesubsidieerd
Onderwijs;
11° OKO : Overleg Kleine
Onderwijsverstrekkers;
12° OVSG : Onderwijssecretariaat
voor Steden en Gemeenten;
13° POV : Provinciaal Onderwijs
Vlaanderen;
14°
[SOCIUS : Steunpunt voor Sociaal Cultureel Volwassenenwerk;]
15°
[...]
[15°bis SYNTRUM : de koepelorganisatie die optreedt als vertegenwoordiger van de centra voor vorming van
zelfstandigen en kleine en middelgrote ondernemingen;]
16° vakorganisatie : een
personeelsvereniging van het onderwijs aangesloten bij een in de
Sociaal-Economische Raad van Vlaanderen vertegenwoordigde syndicale
organisatie;
17° VCOV : Vlaamse Confederatie van Ouders en
Ouderverenigingen;
18° VDAB : Vlaamse Dienst voor
Arbeidsbemiddeling;
19°
[VERVER : de Verenigde Verenigingen;]
20° VLOR : de Vlaamse
Onderwijsraad;
21°
[...]
22° VSOA : Vrij Syndicaat voor het
Openbaar Ambt.
HOOFDSTUK II. - Samenstelling van de Algemene raad en
de deelraden van de VLOR
Art. 2.
De Algemene raad bestaat uit
[37]
leden en wordt samengesteld als volgt :
1° twee
vertegenwoordigers van de instellingshoofden van het hoger onderwijs,
één namens de hogescholen en één namens de
universiteiten;
2° tien vertegenwoordigers van de
inrichtende machten waarvan twee aangeduid door het Gemeenschapsonderwijs,
één aangeduid door POV, twee aangeduid door OVSG, vier aangeduid
door het
[Katholiek Onderwijs Vlaanderen]
en één aangeduid door OKO;
3°
[vijf directeurs, van wie één uit het officieel basisonderwijs, één uit het vrij secundair onderwijs, één uit het officieel deeltijds kunstonderwijs, één uit het vrij volwassenenonderwijs en één uit de vrije centra voor leerlingenbegeleiding, samen voorgedragen door de representatieve verenigingen van inrichtende machten en het GO! en de representatieve vakorganisaties;]
4° zes vertegenwoordigers van het
personeel waarvan twee aangeduid door het ACOD, drie aangeduid door het COC en
COV en één aangeduid door het VSOA;
5° vier
vertegenwoordigers van de ouders van leerlingen waarvan één
aangeduid door KOOGO, één aangeduid door
[GO! Ouders]
en twee door
VCOV;
6° twee vertegenwoordigers van de leerlingen uit het
secundair onderwijs;
7° twee vertegenwoordigers van de
studenten uit het hoger onderwijs;
8° vier
vertegenwoordigers uit sociaal-economische organisaties;
9°
twee vertegenwoordigers uit sociaal-culturele
organisaties;
10°
[...]
Art. 3.
De Raad voor het basisonderwijs bestaat
uit
[22]
leden en wordt samengesteld als volgt
:
1° acht vertegenwoordigers van de inrichtende machten
waarvan twee aangeduid door het Gemeenschapsonderwijs, twee aangeduid door
OVSG, drie aangeduid door het
[Katholiek Onderwijs Vlaanderen]
en één aangeduid door
OKO;
2°
[twee directeurs, van wie één uit het officieel basisonderwijs, één uit het vrij basisonderwijs, samen voorgedragen door de representatieve verenigingen van inrichtende machten en het GO! en de representatieve vakorganisaties;]
3° zes vertegenwoordigers van het personeel
waarvan één aangeduid door het ACOD, vier aangeduid door het COC
en COV en één aangeduid door het VSOA;
4°
twee vertegenwoordigers van de ouders waarvan één aangeduid door
KOOGO en
[GO! Ouders]
en één aangeduid door VCOV;
5°
twee vertegenwoordigers van de centra voor leerlingenbegeleiding waarvan
één uit het officieel onderwijs en één uit het vrij
onderwijs;
6° twee vertegenwoordigers uit sociaal-culturele
organisaties;
7°
[...]
Art. 4.
§ 1. De Raad voor het secundair
onderwijs bestaat uit
[29]
leden en wordt samengesteld als volgt
:
1°
[negen vertegenwoordigers van de inrichtende machten, waarvan twee aangewezen door het Gemeenschapsonderwijs, één door POV, één door OVSG, drie door het Katholiek Onderwijs Vlaanderen, één door
OKO en één door SYNTRUM;]
2°
[twee directeurs, van wie één uit het officieel secundair onderwijs, één uit het vrij secundair onderwijs, samen voorgedragen door de representatieve verenigingen van inrichtende machten en het GO! en de representatieve vakorganisaties;]
3°
zes vertegenwoordigers van het personeel waarvan één aangeduid
door het ACOD, vier aangeduid door het COC en COV en één
aangeduid door het VSOA;
4° twee vertegenwoordigers van de
ouders waarvan één aangeduid door KOOGO en
[GO! Ouders]
en
één aangeduid door VCOV;
5° twee
vertegenwoordigers van de leerlingen;
6° twee
vertegenwoordigers van de centra voor leerlingenbegeleiding waarvan
één uit het officieel onderwijs en één uit het vrij
onderwijs;
7° vier vertegenwoordigers uit
sociaal-economische organisaties;
8° twee
vertegenwoordigers uit sociaal-culturele organisaties;
9°
[...]
Art. 5.
De Raad voor levenslang en levensbreed
leren bestaat uit
[31]
leden :
1°
[11]
vertegenwoordigers van de inrichtende machten en opleidingsverstrekkers waarvan
één aangeduid door het Gemeenschapsonderwijs,
[één aangewezen door OKO,]
één
aangeduid door POV, één aangeduid door OVSG, drie aangeduid door
het
[Katholiek Onderwijs Vlaanderen]
, drie vertegenwoordigers van de andere opleidingsverstrekkers
aangeduid door
[het
Departement Werk en Sociale Economie]
, VDAB en SOCIUS in overleg met de voogdijminister en
één vertegenwoordiger aangeduid door de federatie voor
basiseducatie;
2°
[vier directeurs, van wie één uit het officieel deeltijds kunstonderwijs, twee uit het volwassenenonderwijs, van wie één uit het officieel en één uit het vrij onderwijs, samen voorgedragen door de representatieve verenigingen van inrichtende machten en het GO! en de representatieve vakorganisaties en één directeur van een centrum voor basiseducatie, samen voorgedragen door de Federatie Basiseducatie en de representatieve vakorganisaties;]
3° zes
vertegenwoordigers van het personeel waarvan twee aangeduid door het ACOD, drie
aangeduid door het COC en COV en één aangeduid door het
VSOA;
4° vier cursisten;
5° vier
vertegenwoordigers uit sociaal-economische organisaties;
6°
twee vertegenwoordiger uit sociaal-culturele
organisaties;
7°
[...]
Art. 6.
§ 1. De Raad voor het hoger onderwijs
bestaat uit zesentwintig leden :
1° acht vertegenwoordigers
van de instellingshoofden van het hoger onderwijs, vier namens de hogescholen
en vier namens de universiteiten;
2° zes vertegenwoordigers
van het personeel waarvan twee aangeduid door het ACOD, drie aangeduid door het
COC en COV en één aangeduid door het VSOA;
3°
zes vertegenwoordigers van de studenten;
4° vier
vertegenwoordigers uit sociaal-economische organisaties;
5°
twee vertegenwoordigers uit sociaal-culturele
organisaties.
HOOFDSTUK III. - Aanduiding van de geledingen door de
daartoe gemachtigde organisaties
Art. 7.
De afgevaardigden uit de sociaal-culturele
organisaties worden aangeduid door
[VERVER]
.
De cursisten of gewezen cursisten in de raad
levenslang en levensbreed leren worden aangewezen op basis van een oproep aan
cursisten.
[...]
De in het decreet of dit besluit
vermelde organisaties duiden tegelijkertijd met de aanduiding van de effectieve
leden ook telkens een plaatsvervanger aan.
[...]
HOOFDSTUK VI. - Opheffing-, overgangs-,
inwerkingtredings- en slotbepalingen
Art. 21.
Tot de installatievergaderingen met de
vernieuwde samenstelling van de VLOR blijft de VLOR in zijn actuele
samenstelling fungeren.
Art. 22.
Indien op de installatievergadering wordt
vastgesteld dat - niettegenstaande de naleving van de in het decreet en dit
besluit voorziene stappen met het oog op de samenstelling van de raden -
één of meer geledingen niet of onvolledig kunnen worden
samengesteld, dan wordt de desbetreffende raad geacht rechtsgeldig te zijn
samengesteld.
Art. 23.
Artikel 153 van het decreet van 31 juli
1990 betreffende het onderwijs-II wordt opgeheven.
Art. 24.
De artikelen 7, 9 en 10 van het decreet
van 18 juli 2003 tot regeling van de strategische adviesraden, de artikelen
68,
76 tot en met 85,88 en
artikel 96, 2° van
het decreet en de bepalingen van dit besluit hebben uitwerking met ingang vanaf
4 oktober 2005.
Art. 25.
[...]
Art. 26.
Het besluit van de Vlaamse Regering van 16
september 2005 betreffende de samenstelling van de Vlaamse Onderwijsraad wordt
ingetrokken.
Art. 27.
De minister is belast met de uitvoering
van dit besluit.