1.
Inleiding
Het niveaudecreet van 9 maart 2018 voor het deeltijds kunstonderwijs en het daarbij horende organisatiebesluit brengen heel wat veranderingen met zich mee. Een van de veranderingen situeert zich op het vlak van de vakken: er worden enerzijds heel wat nieuwe vakken geïntroduceerd of in sommige gevallen zelfs stopgezet, maar anderzijds veranderen een hele resem vakken van benaming.
Als de overheid opheffingen of wijzigingen doorvoert in bestaande structuren (personeelscategorieën, ambten, vakken), heeft dit meestal invloed op personeelsleden en op de inrichtende machten die betrokken zijn bij een dergelijke maatregel. Bij elke verandering is het dan ook de taak van de overheid om te bepalen in welke mate de rechten en plichten van alle betrokken partijen gegarandeerd worden. Deze garanties bieden we via een mechanisme van concordanties en overgangsmaatregelen.
In deze omzendbrief wordt verder ingegaan op de ambtshalve en individuele concordanties die we voorzien voor de leraren van het deeltijds kunstonderwijs, evenals voor het nieuwe ambt van administratief medewerker.
2.
Toepassingsgebied
Deze omzendbrief is van toepassing op de leraren van het bestuurs- en onderwijzend personeel en op het administratief personeel dat op 1 september 2018 ondersteunend personeel wordt.
3.
Ambtshalve en individuele concordantie
Binnen het systeem van concordantie worden twee types onderscheiden, namelijk enerzijds ambtshalve concordantie en anderzijds individuele concordantie.
Bij een ambtshalve concordantie wordt de overdracht van de rechten en plichten die gekoppeld zijn aan een vak automatisch overgedragen naar een ander vak. Het gaat hier om een ingreep die de administratie centraal uitvoert voor iedereen die rechten en plichten heeft voor een bepaald vak. In bijlage 1 bij deze omzendbrief vindt u het overzicht van de ambtshalve concordanties die de administratie zal uitvoeren. De ambtshalve concordanties zijn een én-én verhaal: elke regel die in bijlage 1 opgenomen is, geldt voor de betrokken personeelsleden.
Bij een individuele concordantie wordt de overdracht van de rechten en plichten die gekoppeld zijn aan een vak naar een ander vak per individueel personeelslid bepaald. Dat kan dus betekenen dat sommige personeelsleden helemaal geen individuele concordantie zullen (moeten) toegekend krijgen, andere personeelsleden misschien één individuele concordantie en nog andere personeelsleden meerdere individuele concordanties. In bijlage 2 bij deze omzendbrief vindt u het overzicht van de individuele concordanties die mogelijk zijn vanaf 1 september 2018 en bijkomend vanaf 1 september 2019.
Individuele concordantie is dus in eerste instantie iets wat eventueel kan, maar niet per se hoeft. Sommige personeelsleden zullen een combinatie hebben van vakken met ambtshalve concordanties en individuele concordanties. De concordantie geldt voor alle graden waarin het nieuwe vak kan ingericht worden.
Om een volledig overzicht van de geldende concordanties te vinden, heeft AGODI een zogenaamde concordantiezoeker ontwikkeld die u op de website terugvindt.
4.
Gevolgen van ambtshalve of individuele concordantie
Beide types concordantie hebben dezelfde gevolgen voor de personeelsleden. Concreet regelt de concordantie de volgende overdrachten van rechten en plichten:
1. Indien dit van toepassing is, wordt wie zich kandidaat gesteld had voor een tijdelijke aanstelling in een bepaald vak geacht zich kandidaat te hebben gesteld voor een tijdelijke aanstelling in de vanuit dat oude vak geconcordeerde nieuwe vak;
2. Wie in een vak diensten heeft gepresteerd, wordt geacht ook die diensten te hebben gepresteerd in de vanuit dat oude vak geconcordeerde nieuwe vak;
3. Wie zich kandidaat gesteld had voor een tijdelijke aanstelling van doorlopende duur in een bepaald vak, wordt geacht zich kandidaat te hebben gesteld voor een tijdelijke aanstelling van doorlopende duur in de vanuit dat oude vak geconcordeerde nieuwe vak;
4. Wie het recht op een tijdelijke aanstelling van doorlopende duur verworven had voor een bepaald vak, heeft ook het recht op een tijdelijke aanstelling van doorlopende duur verworven voor de vanuit dat oude vak geconcordeerde nieuwe vak;
5. Wie een tijdelijke aanstelling van doorlopende duur had voor een bepaald vak, heeft ook een tijdelijke aanstelling van doorlopende duur voor de vanuit dat oude vak geconcordeerde nieuwe vak;
6. De vacantverklaring en de kandidaatstelling die iemand gedaan heeft met het oog op een vaste benoeming in een bepaald vak, worden geacht gebeurd te zijn in de vanuit dat oude vak geconcordeerde nieuwe vak;
7. Wie vast benoemd is voor een bepaald vak, is ook vast benoemd voor de vanuit dat oude vak geconcordeerde nieuwe vak;
8. Indien dit van toepassing is, worden de vacantverklaring en de kandidaatstelling die iemand gedaan heeft met het oog op mutatie naar een bepaald vak, geacht gebeurd te zijn in de vanuit dat oude vak geconcordeerde nieuwe vak;
9. Wie terbeschikking gesteld was wegens ontstentenis van betrekking in een bepaald vak, is ook terbeschikking gesteld wegens ontstentenis van betrekking in de vanuit dat oude vak geconcordeerde nieuwe vak;
10. Wie gereaffecteerd of wedertewerkgesteld was in een bepaald vak, is ook gereaffecteerd of wedertewerkgesteld in de vanuit dat oude vak geconcordeerde nieuwe vak;
11. Wie ter uitvoering van het besluit van de Vlaamse Regering van 24 april 2009 betreffende de omzetting van de Europese richtlijn 2005/36 voor wervingsambten in het onderwijs en voor sommige functies in de basiseducatie, een conformiteitsattest gekregen had voor een bepaald vak, wordt geacht dit conformiteitsattest ook te hebben gekregen voor de vanuit dat oude vak geconcordeerde nieuwe vak;
12. Wie artistieke ervaring verworven had voor een bepaald vak, wordt geacht die artistieke ervaring eveneens verworven te hebben voor de vanuit dat oude vak geconcordeerde nieuwe vak.
Voor de personeelsleden die een ambtshalve of individuele concordantie toegekend gekregen hebben en voor wie dat nodig is, wordt daarenboven voorzien in overgangsmaatregelen voor wat betreft het bekwaamheidsbewijs (OM/VE of OM/VO). Meer informatie daarover vindt u in de omzendbrief Bekwaamheidsbewijzen in het deeltijds kunstonderwijs, en meer specifiek onder punt 6, aandachtspunten schooljaar 2018-2019, punten 3., 4. en 5.1.
5.
Te ondernemen acties met het oog op 1 september 2018
5.1.
Ambtshalve concordanties
Voor de ambtshalve concordanties hoeft de academie of haar bestuur niets te ondernemen. De afdeling Personeel Secundair Onderwijs en Deeltijds Kunstonderwijs van AGODI zal immers alle ambtshalve concordanties, zoals die in bijlage 1 bij deze omzendbrief opgenomen zijn, zelf verwerken. Het is natuurlijk wel nodig om alle personeelsleden in de juiste, nieuwe vakbenamingen met de juiste, nieuwe graden opnieuw elektronisch door te sturen.
Belangrijk hierbij te vermelden is dat de betrokken personeelsleden niet per se op 1 september 2018 in dienst moeten zijn in het deeltijds kunstonderwijs om een ambtshalve concordantie te kunnen verkrijgen. Tijdelijke personeelsleden die bv. pas in november opnieuw aangesteld worden ter vervanging van een afwezige titularis, hebben immers eveneens recht op een ambtshalve concordantie voor de rechten en plichten die ze voor 1 september 2018 al verworven hebben. De ambtshalve concordantie zal als het ware in de tussenperiode “slapend” in het dossier van de betrokken personeelsleden aanwezig zijn en bij het opnemen van een effectieve opdracht in een nieuw vak dat geconcordeerd werd vanuit een oud vak, in werking gesteld worden.
Ook voor de omzetting van het ambt van opsteller (administratief personeel) naar het ambt van administratief medewerker (ondersteunend personeel) hoeft de academie of haar bestuur niets te ondernemen, behalve dan een aangepaste zending doen in de juiste nieuwe ambtsbenaming.
Voorbeeld 1:
Een personeelslid is in het schooljaar 2017-2018 aan de slag als vast benoemd leraar in het vak ‘Algemeen beeldende vorming’.
Dit vak wordt ambtshalve geconcordeerd met het nieuwe vak ‘Beeldatelier’.
Vanaf 1/09/2018 kan hij verder aan de slag blijven als vast benoemd leraar in het vak ‘Beeldatelier’.
Voorbeeld 2:
Een personeelslid is in het schooljaar 2017-2018 als tijdelijke voor doorlopende duur aangesteld in het vak ‘Muziekcultuur volksmuziek’.
Dit vak wordt ambtshalve geconcordeerd met de nieuwe vakken ‘Muziekcultuur: folk- en wereldmuziek’ en ‘Muziekgeschiedenis: folk- en wereldmuziek’.
Vanaf 1/09/2018 kan het personeelslid in beide vakken aangesteld worden voor doorlopende duur.
Voorbeeld 3:
Een personeelslid is van 20 oktober 2015 t.e.m. 16 januari 2016 als tijdelijke voor doorlopende duur aangesteld in een niet-vacante tijdelijke opdracht in het vak ‘Drama’.
Dit vak wordt ambtshalve geconcordeerd met het nieuwe vak ‘Dramastudio’.Vanaf 1/09/2018 kan het personeelslid in ‘Dramastudio’ aangesteld worden als tijdelijke voor doorlopende duur.
5.2.
Individuele concordanties
Gezien individuele concordanties lokaal, per individueel personeelslid vast te stellen zijn, is het noodzakelijk dat de academie of haar bestuur een aantal stappen onderneemt, waaronder vast stellen wie welke individuele concordanties krijgt en deze informatie aan het Team Onderwijspersoneel (TOP) bezorgen. Elke individuele concordantie is persoonsgebonden en eenmalig. Dit betekent dat individuele concordanties die door één academie toegekend worden ook uitwerking hebben bij alle andere academies.
5.2.1.
Voorwaarden voor een individuele concordantie
Enkel die individuele concordanties die in bijlage 2 bij deze omzendbrief opgenomen zijn, kunnen op 1 september 2018 toegekend worden. Individuele concordanties die afwijken van deze lijst, zullen niet aanvaard worden.
Daarenboven kan een individuele concordantie enkel op 1 september 2018 toegekend worden aan die personeelsleden die in het ambt van leraar aangesteld zijn in een vak
- waarvoor ze uiterlijk op 31 augustus 2018 vastbenoemd zijn;
- waarin ze tijdelijk aangesteld geweest zijn of tijdelijk belast geweest zijn met een opdracht tijdens hetzij het schooljaar 2015-2016, hetzij het schooljaar 2016-2017 of hetzij het schooljaar 2017-2018.
Dat betekent dus dat u als academiebestuur moet nagaan welke vastbenoemde en welke tijdelijke personeelsleden mogelijks een individuele concordantie kunnen krijgen. U dient speciale aandacht te besteden aan die tijdelijke personeelsleden die niet meer bij u in dienst zijn, maar wel in de referteperiode bij u een opdracht vervuld hebben. Wanneer bv. een personeelslid na 1 september 2018 een opdracht in academie B vervult, maar in het schooljaar 2017-2018 een opdracht in academie A vervulde, wordt academie A geacht verantwoordelijk te zijn voor de procedure tot individuele concordantie!
Net zoals bij de ambtshalve concordanties hoeft een personeelslid echter niet per se op 1 september 2018 zelfeffectief een opdrachtte vervullen in het nieuwe vak waarheen het een individuele concordantie vanuit een oud vak verkrijgt.
Voorbeeld 1:
Een personeelslid is in het schooljaar 2017-2018 aan de slag als vast benoemd leraar in het vak ‘Animatiefilm’.
Voor dit vak wordt door het academiebestuur een individuele concordantie toegekend met het vak ‘Specifiek artistiek atelier: animatiefilm’.
Vanaf 1/09/2018 kan hij verder aan de slag blijven als vast benoemd leraar in het vak ‘Specifiek artistiek atelier: animatiefilm’.
Voorbeeld 2:
Een personeelslid is in het schooljaar 2017-2018 als tijdelijke voor doorlopende duur aangesteld in het vak ‘Zang’.
Voor dit vak wordt door het academiebestuur een individuele concordantie toegekend met het vak ‘Zang musical/muziektheater’.
Vanaf 1/09/2018 kan het personeelslid in dit vak aangesteld worden voor doorlopende duur.
Voorbeeld 3:
Een personeelslid is van 20 oktober 2015 t.e.m. 16 januari 2016 als tijdelijke voor doorlopende duur aangesteld in een niet-vacante tijdelijke opdracht in het vak ‘Theorie van de Dans’.
Voor dit vak wordt door het academiebestuur een individuele concordantie toegekend met het vak ‘Danskritiek’.
Vanaf 1/09/2018 kan het personeelslid in ‘Danskritiek’ aangesteld worden als tijdelijke voor doorlopende duur.
5.2.2.
Toekennen van de individuele concordantie(s)
Wanneer u vastgesteld heeft, welke personeelsleden er in aanmerking komen voor een individuele concordantie, moet u per personeelslid nagaan welke individuele concordanties aangewezen zijn. Decretaal is vastgelegd dat bij de procedure van individuele concordantie in samenspraak tussen het bestuur en het personeelslid beslist wordt of er een of meerdere individuele concordanties komen of niet. Het bestuur overloopt aldus de lijst die als bijlage 2 bij deze omzendbrief is gevoegd, en gaat samen met het individuele personeelslid na welke individuele concordanties aangewezen zijn. Het bestuur deelt na het gesprek haar beslissing schriftelijk mee aan het personeelslid.
5.2.3.
Meedelen van de individuele concordantie(s)
Wanneer het bestuur en het individuele personeelslid tot een akkoord komen over het toekennen van een of meerdere individuele concordanties, vullen zowel de afgevaardigde van het academiebestuur als het personeelslid het formulier in, dat als bijlage 3 bij deze omzendbrief opgenomen is. U bezorgt een door beide partijen ondertekend formulier per personeelslid uiterlijk op 15 september 2018 aan uw Team Onderwijspersoneel (TOP). De maildatum geldt als datum van indiening.
5.2.4.
Beroepsmogelijkheden voor het personeelslid
De procedure tot het toekennen van een individuele concordantie vertrekt van het idee dat de individuele concordantie in samenspraak tussen personeelslid en academiebestuur toegekend wordt. Het kan echter gebeuren dat het personeelslid en het academiebestuur het niet eens worden over een bepaalde individuele concordantie of het kan gebeuren dat het academiebestuur nalaat om een individuele concordantie toe te kennen. In die gevallen is voorzien in een beroepsprocedure voor het personeelslid.
5.2.4.1.
Betwisting van een beslissing tot het (niet) toekennen van een individuele concordantie
Wanneer een personeelslid het niet eens is met de beslissing van het academiebestuur tot het toekennen van een individuele concordantie of wanneer het personeelslid het niet eens is met de beslissing van het academiebestuur om géén individuele concordantie toe te kennen, kan het personeelslid bij de Commissie Bezwaarschriften een beroep tegen die beslissing indienen via het bezwaarschrift dat als bijlage 4 bij deze omzendbrief is gevoegd. Het personeelslid stuurt dit bezwaarschrift in uiterlijk tien kalenderdagennadat de beslissing waartegen het beroep aantekent, hem/haar schriftelijkbezorgdwerd en voegt tevens de gecontesteerde beslissing toe. De maildatum geldt als datum van indiening.
Het bezwaarschrift bestaat erin dat het personeelslid een eigen voorstel tot (niet) individuele concordantie bij AGODI indient en daarbij omstandig motiveert waarom het geen individuele concordantie verkiest of waarom het juist wel een individuele concordantie verkiest. Het personeelslid geeft in dit laatste geval duidelijk aan welke individuele concordantie het wenst.
De Commissie Bezwaarschriften, die bestaat uit de administrateur-generaal van het Agentschap voor Onderwijsdiensten of diens afgevaardigde en een bevoegde inspecteur, beslist binnen de dertig kalenderdagen nadat het bezwaarschrift bij de Commissie ingediend werd.
De Commissie hoort de betrokken partijen. Als de Commissie het bezwaarschrift van het betrokken personeelslid niet aanvaardt, is de beslissing van het academiebestuur voor het betrokken personeelslid bindend en definitief vanaf 1 september2018. Als de Commissie het bezwaarschrift van het betrokken personeelslid wel aanvaardt, is die beslissing ten aanzien van het academiebestuur en ten aanzien van de overige besturen van het deeltijds kunstonderwijs bindend en definitief vanaf 1 september 2018.
5.2.4.2.
Indienen van een beroep bij nalatigheid van het schoolbestuur
Ook wanneer het academiebestuur nagelaten heeft een beslissing tot individuele concordantie te nemen, kan het personeelslid een beroep indienen bij de Commissie Bezwaarschriften via het bezwaarschrift dat als bijlage 4 bij deze omzendbrief is gevoegd. Het personeelslid stuurt dit bezwaarschrift in uiterlijk op 5 oktober 2018. De maildatum geldt opnieuw als datum van indiening.
Het bezwaarschrift bestaat erin dat het personeelslid een eigen voorstel tot individuele concordantie indient en daarbij omstandig motiveert waarom het een individuele concordantie verkiest. Het personeelslid geeft duidelijk aan welke individuele concordantie het wenst.
De Commissie Bezwaarschriften, die bestaat uit de administrateur-generaal van het Agentschap voor Onderwijsdiensten of diens afgevaardigde en een bevoegde inspecteur, beslist binnen de dertig kalenderdagen nadat het bezwaarschrift bij de Commissie ingediend werd.
De Commissie hoort de betrokken partijen. Als de Commissie het bezwaarschrift van het betrokken personeelslid niet aanvaardt, krijgt het betrokken personeelslid geen individuele concordantie vanaf 1 september 2018 en zijn er voor het academiebestuur geen gevolgen aan het bezwaarschrift verbonden. Als de Commissie het bezwaarschrift van het betrokken personeelslid wel aanvaardt, is die beslissing ten aanzien van het academiebestuur en ten aanzien van de overige besturen van het deeltijds kunstonderwijs bindend en definitief vanaf 1 september 2018.
6.
Bijkomende concordanties met ingang van 1 september 2019
6.1.
Ambtshalve concordanties
Net zoals vorig schooljaar, hoeft de academie of haar bestuur voor de ambtshalve concordanties die bijkomend vanaf 1 september 2019 mogelijk zijn, niets te ondernemen. De afdeling Personeel Secundair Onderwijs en Deeltijds Kunstonderwijs van AGODI zal immers ook nu alle extra ambtshalve concordanties, zoals die in bijlage 1 bij deze omzendbrief opgenomen zijn, zelf verwerken. Het blijft natuurlijk wel nodig om alle personeelsleden in de juiste, nieuwe vakbenamingen met de juiste, nieuwe graden opnieuw elektronisch door te sturen.
Ook nu is het niet nodig dat personeelsleden op 1 september 2019 zelf in dienst moeten zijn om de ambtshalve concordantie te kunnen verkrijgen.
6.2.
Individuele concordanties: te ondernemen acties
Gezien individuele concordanties lokaal, per individueel personeelslid vast te stellen zijn, is het ook dit jaar noodzakelijk dat de academie of haar bestuur een aantal stappen onderneemt, waaronder vast stellen wie welke individuele concordanties krijgt en deze informatie aan het Team Onderwijspersoneel (TOP) bezorgen. Elke individuele concordantie is persoonsgebonden en eenmalig. Dit betekent dat individuele concordanties die door één academie toegekend worden ook uitwerking hebben bij alle andere academies.
6.2.1.
Voorwaarden voor een individuele concordantie
Enkel die individuele concordanties die inbijlage 2bij deze omzendbrief opgenomen zijn onder de hoofding ‘met ingang van 1 september 2019’, kunnen op 1 september 2019 toegekend worden. Individuele concordanties die afwijken van deze lijst, zullen niet aanvaard worden. Ook individuele concordanties die opgenomen zijn inbijlage 2onder de hoofding ‘vanaf 1 september 2018’ kunnen niet meer ingediend worden.
Daarenboven kan een individuele concordantie enkel op 1 september 2019 toegekend worden aan die personeelsleden die in het ambt van leraar
- ofwel uiterlijk op 31 augustus 2019 vastbenoemd zijn in
- Hetzij KV atelier musical/muziektheater;
- Hetzij KV groepsmusiceren vocaal musical/muziektheater;
- Hetzij KV zang musical/muziektheater;
- Hetzij AV muziekgeschiedenis: musical/muziektheater;
- Hetzij AV muziekcultuur: musical/muziektheater;
- ofwel tijdelijk aangesteld geweest zijn of tijdelijk belast geweest zijn met een opdracht tijdens het schooljaar 2018-2019 in
- Hetzij KV atelier musical/muziektheater;
- Hetzij KV groepsmusiceren vocaal musical/muziektheater;
- Hetzij KV zang musical/muziektheater;
- Hetzij AV muziekgeschiedenis: musical/muziektheater;
- Hetzij AV muziekcultuur: musical/muziektheater.
Dat betekent dus dat u als academiebestuur moet nagaan welke vastbenoemde en welke tijdelijke personeelsleden met een opdracht in die vijf vakken mogelijks een individuele concordantie kunnen krijgen. Net zoals vorig jaar dient u speciale aandacht te besteden aan die personeelsleden die niet meer in dienst bij u zijn, maar wel in de loop van het schooljaar 2018-2019 een opdracht bij u vervuld hebben in een van die vijf vakken. Ook nu is het immers de bedoeling dat mocht een personeelslid op 1 september 2019 in dienst zijn bij academie B en in het schooljaar 2018-2019 in academie A, het deze laatste is die verantwoordelijk is voor het toekennen van de individuele concordantie.
Net zoals bij de ambtshalve concordanties hoeft een personeelslid echter niet per se op 1 september 2019 zelf effectief een opdracht te vervullen in het nieuwe vak waarheen het een individuele concordantie krijgt vanuit een van de vijf hierboven vermelde oude vakken.
De individuele concordanties die in het schooljaar 2018-2019 toegekend werden voor de vakken atelier musical/muziektheater, groepsmusiceren vocaal musical/muziektheater, zang musical/muziektheater, muziekgeschiedenis: musical/muziektheater en muziekcultuur: musical/muziektheater gelden vanaf 1 september 2019 niet meer voor de opnieuw gewijzigde benamingen. Om de opgebouwde rechten van de personeelsleden over te zetten naar de opnieuw gewijzigde vakbenamingen moet nogmaals een formulier individuele concordantie ingediend worden.
Voorbeeld:
Een personeelslid was in het schooljaar 2017-2018 als tijdelijke van doorlopende duur aangesteld in het vak zang.
De inrichtende macht kende voor het schooljaar 2018-2019 een individuele concordantie toe naar het vak zang musical/muziektheater. Hierdoor kon het personeelslid vanaf 1 september 2018 zijn tijdelijke aanstelling voor doorlopende duur in het vak zang musical/muziektheater behouden.
Vanaf 1 september 2019 wordt dit vak echter niet meer onder die benaming ingericht, maar wordt het opgesplitst in twee nieuwe vakken: enerzijds zang musical en anderzijds zang opera/muziektheater. Wil het personeelslid zijn TADD-recht overzetten naar (een van) beide vakken, dan kan dit enkel als na overleg met de academie overeengekomen wordt om voor 15 september 2019 een individuele concordantie naar een van beide vakken of naar beide vakken toe te kennen.
6.2.2.
Toekennen van de individuele concordantie(s)
Wanneer u vastgesteld heeft, welke personeelsleden er in aanmerking komen voor een individuele concordantie, moet u per personeelslid nagaan welke individuele concordanties aangewezen zijn. Decretaal is vastgelegd dat bij de procedure van individuele concordantie in samenspraak tussen het bestuur en het personeelslid beslist wordt of er een of meerdere individuele concordanties komen of niet. Het bestuur overloopt aldus de lijst die als bijlage 2 bij deze omzendbrief is gevoegd, en gaat samen met het individuele personeelslid na welke individuele concordanties aangewezen zijn. Het bestuur deelt na het gesprek haar beslissing schriftelijk mee aan het personeelslid.
6.2.3.
Meedelen van de individuele concordantie(s)
Wanneer het bestuur en het individuele personeelslid tot een akkoord komen over het toekennen van een of meerdere individuele concordanties, vullen zowel de afgevaardigde van het academiebestuur als het personeelslid het formulier in, dat als bijlage 3 bij deze omzendbrief opgenomen is. U bezorgt een door beide partijen ondertekend formulier per personeelslid uiterlijk op 15 september 2019 aan uw Team Onderwijspersoneel (TOP). De maildatum geldt als datum van indiening.
6.2.4.
Beroepsmogelijkheden voor het personeelslid
De procedure tot het toekennen van een individuele concordantie vertrekt van het idee dat de individuele concordantie in samenspraak tussen personeelslid en academiebestuur toegekend wordt. Het kan echter gebeuren dat het personeelslid en het academiebestuur het niet eens worden over een bepaalde individuele concordantie of het kan gebeuren dat het academiebestuur nalaat om een individuele concordantie toe te kennen. In die gevallen is voorzien in een beroepsprocedure voor het personeelslid.
6.2.4.1.
Betwisting van een beslissing tot het (niet) toekennen van een individuele concordantie
Wanneer een personeelslid het niet eens is met de beslissing van het academiebestuur tot het toekennen van een individuele concordantie of wanneer het personeelslid het niet eens is met de beslissing van het academiebestuur om géén individuele concordantie toe te kennen, kan het personeelslid bij de Commissie Bezwaarschriften een beroep tegen die beslissing indienen via het bezwaarschrift dat als bijlage 4 bij deze omzendbrief is gevoegd. Het personeelslid stuurt dit bezwaarschrift in uiterlijk tien kalenderdagen nadat de beslissing waartegen het beroep aantekent, hem/haar schriftelijk bezorgd werd en voegt tevens de gecontesteerde beslissing toe. De maildatum geldt als datum van indiening.
Het bezwaarschrift bestaat erin dat het personeelslid een eigen voorstel tot (niet) individuele concordantie bij AGODI indient en daarbij omstandig motiveert waarom het geen individuele concordantie verkiest of waarom het juist wel een individuele concordantie verkiest. Het personeelslid geeft in dit laatste geval duidelijk aan welke individuele concordantie het wenst.
De Commissie Bezwaarschriften, die bestaat uit de administrateur-generaal van het Agentschap voor Onderwijsdiensten of diens afgevaardigde en een bevoegde inspecteur, beslist binnen de dertig kalenderdagen nadat het bezwaarschrift bij de Commissie ingediend werd. De Commissie hoort de betrokken partijen. Als de Commissie het bezwaarschrift van het betrokken personeelslid niet aanvaardt, is de beslissing van het academiebestuur voor het betrokken personeelslid bindend en definitief vanaf 1 september2019. Als de Commissie het bezwaarschrift van het betrokken personeelslid wel aanvaardt, is die beslissing ten aanzien van het academiebestuur en ten aanzien van de overige besturen van het deeltijds kunstonderwijs bindend en definitief vanaf 1 september 2019.
6.2.4.2.
Indienen van een beroep bij nalatigheid van het schoolbestuur
Ook wanneer het academiebestuur nagelaten heeft een beslissing tot individuele concordantie te nemen, kan het personeelslid een beroep indienen bij de Commissie Bezwaarschriften via het bezwaarschrift dat als bijlage 4 bij deze omzendbrief is gevoegd. Het personeelslid stuurt dit bezwaarschrift in uiterlijk op 5 oktober 2019. De maildatum geldt opnieuw als datum van indiening.
Het bezwaarschrift bestaat erin dat het personeelslid een eigen voorstel tot individuele concordantie indient en daarbij omstandig motiveert waarom het een individuele concordantie verkiest. Het personeelslid geeft duidelijk aan welke individuele concordantie het wenst.
De Commissie Bezwaarschriften, die bestaat uit de administrateur-generaal van het Agentschap voor Onderwijsdiensten of diens afgevaardigde en een bevoegde inspecteur, beslist binnen de dertig kalenderdagen nadat het bezwaarschrift bij de Commissie ingediend werd.
De Commissie hoort de betrokken partijen. Als de Commissie het bezwaarschrift van het betrokken personeelslid niet aanvaardt, krijgt het betrokken personeelslid geen individuele concordantie vanaf 1 september 2019 en zijn er voor het academiebestuur geen gevolgen aan het bezwaarschrift verbonden. Als de Commissie het bezwaarschrift van het betrokken personeelslid wel aanvaardt, is die beslissing ten aanzien van het academiebestuur en ten aanzien van de overige besturen van het deeltijds kunstonderwijs bindend en definitief vanaf 1 september 2019.