Besluit van de Vlaamse Regering voor het nemen van dringende en tijdelijke maatregelen in het onderwijs ten gevolge van de COVID-19-crisis met betrekking tot de geïntegreerde proeven en kwalificatieproeven, het uitstel voor het indienen van leerplannen, het behoud van het statuut van gehuwd of zelfstandig student, het verlengen van subsidies voor de projecten `Taalstimulerende activiteiten' en `Lezen op School' en de budgetbeheersing inzake bijkomende lestijden, lesuren en uren-leraar voor de remediëring van leerlingen die leerachterstand hebben opgelopen door COVID-19
goedkeuringsdatum
23 APRIL 2021
publicatiedatum
B.S.06/05/2021
datum laatste wijziging
06/05/2021
Rechtsgronden
Dit besluit is gebaseerd op:
- de Codex Secundair Onderwijs van 17 december 2010, bekrachtigd bij het decreet van 27 mei 2011, artikel
115/6, §2, tweede lid, 1°, artikel 147/3, §1, derde lid en art 336, §3;
- het decreet betreffende de studiefinanciering van de Vlaamse Gemeenschap van 8 juni 2007, gewijzigd bij het
decreet van 22 maart 2019, artikel 34, §3.
- de wet van 16 mei 2003 tot vaststelling van de algemene bepalingen die gelden voor de begrotingen, de controle
op de subsidies en voor de boekhouding van de gemeenschappen en de gewesten, alsook voor de organisatie
van de controle door het Rekenhof, artikelen 11 tot en met 14;
- het decreet van 29 maart 2019 houdende de Vlaamse Codex Overheidsfinanciën, hoofdstuk 8;
- het decreet van 20 december 2019 houdende de algemene uitgavenbegroting van de Vlaamse Gemeenschap
voor het begrotingsjaar 2020, artikel 11;
- het decreet van 5 maart 2021 tot toekenning van extra lestijden, lesuren en uren-leraar voor de remediëring van
leerlingen die leerachterstand hebben opgelopen door COVID-19, artikel 5.
Vormvereisten
De volgende vormvereisten zijn vervuld:
- De Inspectie van Financiën verleende een advies op 3 maart 2021.
- De Vlaamse minister, bevoegd voor de begroting, heeft zijn akkoord gegeven op 18 maart 2021.
- Er is een verzoek om spoedbehandeling bij de Raad van State ingediend, gemotiveerd door de omstandigheid
dat een aantal noodzakelijke aanpassingen op het niveau van uitvoeringsbesluiten zich opdringen. Het gaat
om maatregelen op diverse terreinen die in de artikelsgewijze bespreking concreet worden toegelicht. De
regelingen zijn hoogdringend omdat de inschattingen, zoals in de Nota aan de Vlaamse Regering beschreven,
nog steeds moeilijk lang vooraf te maken zijn gezien het onbekende verloop van de pandemie en gezien
termijnen in een regelgevend proces gemakkelijk enkele maanden in beslag nemen. Om scholen en studenten
de mogelijkheid te geven om het verder verloop van het schooljaar te organiseren moet zo snel mogelijk
duidelijkheid gegeven worden over de voorwaarden waaronder dit kan.
- De Raad van State heeft advies 69.138/1 gegeven op 6 april 2021, met toepassing van artikel 84, §1, eerste lid,
3°, van de wetten op de Raad van State, gecoördineerd op 12 januari 1973.
Juridisch kader
Dit besluit sluit aan bij de volgende regelgeving:
- Besluit van de Vlaamse Regering van 7 september 2007 betreffende de studiefinanciering van de Vlaamse
Gemeenschap.
Motivering
- door de uitzonderlijke omstandigheden die het COVID-19-virus met zich meebrengt, zullen scholen niet altijd
in de mogelijkheid zijn om op het einde van dit schooljaar de geïntegreerde proef te organiseren of de
kwalificatieproef in opleidingsvorm 3. Daarom voorzien voorliggende bepalingen voor het schooljaar
2020-2021 dat deze proeven een facultatief onderdeel worden van de eindevaluatie van een leerling, en geen
verplichting.
- de opmaak van (één of meer) leerpannen voor de nieuwe opleiding Defensie en veiligheid, derde graad tso
vergt intens overleg tussen alle partijen. Dat proces wordt bemoeilijkt door de COVID-19-crisis. Daarom wordt
de indieningstermijn voor de goedkeuring verdaagd van 31 januari 2021 verdaagd naar 31 maart 2021.
- de COVID-19-crisis verplicht ons ertoe een aantal regels in de studiefinanciering van het hoger onderwijs
tijdelijk voor één academiejaar te wijzigen, zodat zelfstandige en gehuwde studenten hun statuut voor
studietoelagen kunnen behouden. Deze maatregelen zijn hoogdringend omdat er zo snel mogelijk duidelijkheid moet worden gegeven aan de betrokken studenten over de voorwaarden voor hun studiefinanciering;
- een groot deel van de activiteiten die gepland waren in het kader van de projecten ‘Taalstimulerende
activiteiten’ en ‘Lezen op School’ (schooljaar 2020-2021) kunnen niet georganiseerd worden omwille van de
maatregelen voor COVID-19. Daarom wordt voor de begunstigden van de subsidies de mogelijkheid gecreëerd
om deze geplande activiteiten alsnog te organiseren na afloop van de projectperiode op 31 augustus, meer
bepaald in het schooljaar 2021-2022.
- er dient duidelijkheid te komen over de maatregelen die genomen kunnen worden ter beheersing van het
budget van de bijkomende lestijden, lesuren en uren-leraar voor de remediëring van leerlingen die
leerachterstand hebben opgelopen door COVID-19.
Na beraadslaging,
DE VLAAMSE REGERING BESLUIT:
Artikel 1.
In afwijking van artikel 56 van het besluit van de Vlaamse Regering van 19 juli 2002 betreffende de
organisatie van het voltijds secundair onderwijs:
1° is de organisatie van een geïntegreerde proef in het schooljaar 2020-2021 facultatief;
2° doet, in voorkomend geval, de afwezigheid door overmacht van deskundigen bij de beoordeling van de in 1°
vermelde proef, geen afbreuk aan de rechtsgeldigheid van die beoordeling.
Art. 2.
In afwijking van artikel 17 van het besluit van de Vlaamse Regering van 6 december 2002 betreffende de
organisatie van het buitengewoon secundair onderwijs van opleidingsvorm 3:
1° is de organisatie van een kwalificatieproef in het schooljaar 2020-2021 facultatief;
2° doet, in voorkomend geval, de afwezigheid door overmacht van deskundigen bij de beoordeling van de in 1°
vermelde proef in de kwalificatiecommissie, geen afbreuk aan de rechtsgeldigheid van die beoordeling.
Art. 3.
In afwijking van artikel 4, eerste lid, van het besluit van de Vlaamse Regering van 10 november 2006 tot
vaststelling van de goedkeuringscriteria en indieningsmodaliteiten van de leerplannen, worden leerplannen van de
studierichting Defensie en veiligheid, derde graad technisch secundair onderwijs, die op 1 september 2021 van
toepassing worden in het eerste leerjaar van die graad, ingediend bij de bevoegde inspecteur-generaal uiterlijk
31 maart 2021.
Art. 4.
In afwijking van artikel 6/2 van het besluit van de Vlaamse Regering van 7 september 2007 betreffende de
studiefinanciering van de Vlaamse Gemeenschap, behoudt de gehuwde student het statuut van gehuwd student tijdens
het academiejaar 2020-2021 als hij over dit statuut beschikte in het verleden en dit statuut nooit heeft verloren.
Art. 5.
In afwijking van artikel 7/2 van hetzelfde besluit behoudt de student het statuut van zelfstandig student
tijdens het academiejaar 2020-2021 op voorwaarde dat:
1° hij over dit statuut beschikte in het verleden en dit statuut nooit heeft verloren; en
2° hij niet voldoet aan de voorwaarden van het statuut van gehuwd student, vermeld in artikel 6 van hetzelfde
besluit.
Art. 6.
In afwijking van artikel 4 van het besluit van de Vlaamse Regering van 10 juli 2020 tot toekenning van een
projectsubsidie van maximaal 2.240.658 euro voor de organisatie van taalstimulerende activiteiten Nederlands in de
schoolvakanties en de buitenschoolse opvang voor kinderen en jongeren, voor de periode van 20 juli 2020 tot en met
31 augustus 2021, kunnen activiteiten in het kader van de projecten ‘Taalstimulerende activiteiten’ die gepland waren
voor de periode van 20 juli 2020 tot 31 augustus 2021, maar die niet hebben kunnen plaatsvinden omwille van de
maatregelen inzake COVID-19, nog plaatsvinden tot 31 augustus 2022.
De bepaling in het eerste lid doet geen afbreuk aan de mogelijkheid van de begunstigden om voor het
schooljaar 2021-2022 een nieuwe subsidie te verkrijgen voor de organisatie van taalstimulerende activiteiten. De
activiteiten die in het kader van de nieuwe subsidie worden georganiseerd moeten duidelijk te onderscheiden zijn van
de activiteiten die worden georganiseerd in toepassing van het eerste lid, opdat dubbele financiering van eenzelfde
activiteit uitgesloten wordt.
Art. 7.
In afwijking van artikel 6, paragraaf 3, van hetzelfde besluit stelt de begunstigde die gebruik maakt van de
mogelijkheid vermeld in artikel 6 de stukken uiterlijk op 30 september 2021 digitaal ter beschikking van de afdeling
Horizontaal Beleid, voor de activiteiten die werden georganiseerd in de periode van 20 juli 2020 tot 31 augustus 2021,
en uiterlijk op 30 september 2022, voor de activiteiten die gepland waren voor de periode van 20 juli 2020 tot
31 augustus 2021, maar pas werden georganiseerd in het schooljaar 2021-2022.
Art. 8.
In afwijking van artikel 4 van het besluit van de Vlaamse Regering van 17 juli 2020 tot toekenning van
projectsubsidies van voor de projectoproep Lezen op school 2020 voor de periode van 1 september 2020 tot en met
31 augustus 2021 kunnen activiteiten in het kader van de projecten ‘Lezen op School’ die gepland waren voor de
periode van 1 september 2020 tot 31 augustus 2021, maar die niet hebben kunnen plaatsvinden omwille van de
maatregelen inzake COVID-19, nog plaatsvinden tot 31 augustus 2022.
De bepaling in het eerste lid doet geen afbreuk aan de mogelijkheid van de begunstigden om voor het schooljaar
2021-2022 een nieuwe subsidie te verkrijgen voor de organisatie van projecten ‘Lezen op school’. De activiteiten die in
het kader van de nieuwe subsidie worden georganiseerd moeten duidelijk te onderscheiden zijn van de activiteiten die
worden georganiseerd in toepassing van het eerste lid, opdat dubbele financiering van eenzelfde activiteit uitgesloten
wordt.
Art. 9.
In afwijking van artikel 6, paragraaf 3, van hetzelfde besluit stelt de begunstigde die gebruik maakt van de
mogelijkheid vermeld in artikel 8 de stukken uiterlijk op 30 september 2021 digitaal ter beschikking van de afdeling
Horizontaal Beleid, voor de activiteiten die werden georganiseerd in de periode van 20 juli 2020 tot 31 augustus 2021,
en uiterlijk op 30 september 2022, voor de activiteiten die gepland waren voor de periode van 20 juli 2020 tot
31 augustus, maar pas werden georganiseerd in het schooljaar 2021-2022.
Art. 10.
Als de kost van het totale aantal aanvragen de hoogte van de beschikbare begrotingskredieten bereikt,
wordt de toekenning van extra lestijden, uren-leraar of lesuren, zoals vermeld in artikel 2 van het decreet van
5 maart 2021 tot toekenning van extra lestijden, lesuren en uren-leraar voor de remediëring van leerlingen die een
leerachterstand hebben opgelopen door COVID-19, stop gezet. Het maximale budget voor het totale aantal aanvragen
wordt vastgelegd op 30.000.000 euro.
Art. 11.
Dit besluit treedt in werking op de datum van de goedkeuring.
Artikel 3 heeft uitwerking met ingang van 31 januari 2021.
Artikel 10 heeft uitwerking met ingang van 5 maart 2021
Art. 12.
De Vlaamse minister, bevoegd voor onderwijs, is belast met de uitvoering van dit besluit.