Besluit van de Vlaamse Regering over de organisatie van de Vlaamse toetsen
goedkeuringsdatum
12 JANUARI 2024
publicatiedatum
B.S.07/02/2024
datum laatste wijziging
07/02/2024
Rechtsgronden
Dit besluit is gebaseerd op:
- de bijzondere wet van 8 augustus 1980 tot hervorming der instellingen, artikel 20;
- het decreet basisonderwijs van 25 februari 1997, artikel 44quater, § 1, vierde lid, artikel 44quinquies, § 1, vierde lid
en artikel 44quinquies, § 2, vierde lid, ingevoegd bij het decreet van 28 april 2023;
- de Codex Secundair Onderwijs van 17 december 2010, bekrachtigd bij het decreet van 27 mei 2011, artikel 115/8,
§ 1, vijfde lid, artikel 115/9, § 1, vijfde lid en artikel 115/9, § 2, vierde lid, ingevoegd bij het decreet van 28 april 2023.
Vormvereisten
De volgende vormvereisten zijn vervuld:
- De Vlaamse minister, bevoegd voor het budgettair beleid, heeft zijn akkoord gegeven op 4 september 2023.
- De gemeenschappelijke vergadering van Sectorcomité X, van onderafdeling Vlaamse Gemeenschap van afdeling
2 van het Comité voor de provinciale en plaatselijke overheidsdiensten en van het overkoepelend onderhandelingscomité, vermeld in hoofdstuk II van het decreet van 5 april 1995 tot oprichting van onderhandelingscomités in het vrij
gesubsidieerd onderwijs heeft protocol 244 houdende de conclusies van de onderhandelingen gesloten op
13 oktober 2023.
- De Gegevensbeschermingsautoriteit heeft op 25 oktober 2023 advies gegeven, verwijzend naar het standaardadvies nr. 65/2023 van 24 maart 2023 betreffende de redactie van normatieve teksten.
- De Vlaamse Toezichtcommissie voor de verwerking van persoonsgegevens heeft advies nr. 2023/121 gegeven op
27 oktober 2023.
- De Raad van State heeft advies 74880/1 gegeven op 15 december 2023, met toepassing van artikel 84, § 1, eerste
lid, 2°, van de wetten op de Raad van State, gecoördineerd op 12 januari 1973.
Motivering
Dit besluit is gebaseerd op de volgende motieven:
Het decreet over de Vlaamse toetsen in het onderwijs vermeldt dat de Vlaamse Regering nadere regels kan bepalen
voor de praktische organisatie van de Vlaamse toetsen. Dit besluit concretiseert de organisatie van de Vlaamse toetsen
en verduidelijkt hoe leerlingen (en hun ouders) inzage kunnen krijgen in de gegevens.
In de decretale rechtsgronden worden de categorieën van leerlingengegevens opgesomd en wordt een delegatie
verleend aan de Vlaamse Regering. Dit besluit bevat een concretisering van die categorieën van leerlingengegevens die
worden verwerkt in het kader van de Vlaamse toetsen.
Initiatiefnemer
Dit besluit wordt voorgesteld door de Vlaamse minister van Onderwijs, Sport, Dierenwelzijn en Vlaamse Rand.
Na beraadslaging,
DE VLAAMSE REGERING BESLUIT:
Artikel 1.
De Vlaamse toetsen worden jaarlijks afgenomen in de maand april of mei. Elke school of centrum krijgt
voor elke vestigingsplaats toetsmomenten toegewezen. De bevoegde dienst van het Vlaams Ministerie van Onderwijs
en Vorming communiceert de voormelde toetsmomenten en de periode van de oefentoetsen zo vroeg mogelijk en
uiterlijk op 30 april van het voorafgaande schooljaar aan de scholen of centra.
Scholen of centra waar een gepland toetsmoment om technische redenen of overmacht niet is kunnen doorgaan,
nemen deel aan een inhaalmoment dat de bevoegde dienst van het Vlaams Ministerie van Onderwijs en Vorming
bekendmaakt.
Art. 2.
Scholen of centra die deelnemen aan de Vlaamse toetsen, wijzen minstens één personeelslid aan dat als
toetscoördinator zal optreden. De toetscoördinator coördineert en staat in voor de praktische organisatie van de toetsen
op school. De toetscoördinator volgt de instructies die de bevoegde dienst van het Vlaams Ministerie van Onderwijs
en Vorming ter beschikking stelt.
Scholen of centra die deelnemen aan de Vlaamse toetsen, duiden personeelsleden aan om als toetsassistent toezicht
te houden bij de toetsafname in de school of het centrum. Elke toetsassistent volgt de instructies voor de toetsafname
die de bevoegde dienst van het Vlaams Ministerie van Onderwijs en Vorming ter beschikking stelt.
Art. 3.
De leerlingen leggen de Vlaamse toetsen af via het digitale toetsplatform in een lokaal van de school of het
centrum waar de leerling is ingeschreven. Minstens een aantal toetsen zijn adaptief, waarbij de moeilijkheidsgraad van
de vragen aangepast is aan het prestatieniveau van de leerling.
Art. 4.
Leerlingen die afwezig zijn op het moment van de toetsafname, krijgen vanaf het schooljaar 2025-2026 een
tweede kans om de toets af te leggen. De school maakt zelf de afweging of ze inhaalmomenten voor afwezige leerlingen
organiseert. Maar als afwezige leerlingen of hun ouders een inhaalmoment wensen, dient de school hierop in te gaan.
Art. 5.
De procedure voor de inzage van de Vlaamse toetsen voor leerlingen of hun ouders verloopt op de
volgende wijze:
1° de leerling of een ouder van de leerling vraagt toetsinzage aan bij de bevoegde dienst van het Vlaams Ministerie
van Onderwijs en Vorming, ten vroegste op de eerste maandag van de laatste volledige week van juni en uiterlijk op
1 september van het kalenderjaar van de toetsafname;
2° na de aanvraag, vermeld in punt 1°, kan de leerling en/of ouder de toets komen inkijken bij de bevoegde dienst
van het Vlaams Ministerie van Onderwijs en Vorming uiterlijk op 15 september van het kalenderjaar van de
toetsafname.
Art. 6.
De Vlaamse toetsen en de toetsinzage, vermeld in artikel 5, zijn gratis.
Art. 7.
In het kader van de Vlaamse toetsen worden de volgende leerlingengegevens verwerkt voor wetenschappelijk onderzoek door het bevoegde steunpunt:
1° loggegevens over de toetsafname;
2° gegevens over gebruik van hulpmiddelen bij de toetsafname;
3° de antwoorden op de leerlingenvragenlijst.
De gegevens die verzameld worden via de leerlingenvragenlijst worden verwerkt voor wetenschappelijke
doeleinden.
De leerlingenvragenlijst kan vragen bevatten over de volgende thema’s:
- thuissituatie van de leerling en werksituatie van de ouders
- vrije tijd van de leerling
- motivatie van de leerling
- toetservaring
- onderwijsverwachtingen van de leerling
- onderwijsopvattingen van de leerling
- taalachtergrond en migratie-achtergrond van de leerling
- onderwijsaanbod
Deelname aan de leerlingenvragenlijst is vrijwillig. Ouders of leerlingen kunnen ervoor kiezen om de
leerlingenvragenlijst niet in te vullen. Indien ze ervoor kiezen om de vragenlijst niet in te vullen, wordt die keuze vooraf
geregistreerd zodat bij de toetsafname de vragenlijst niet wordt voorgelegd.
Art. 8.
Dit besluit treedt in werking op 15 december 2023, met uitzondering van artikel 4, dat in werking treedt
op 1 september 2025.
Art. 9.
De Vlaamse minister, bevoegd voor onderwijs en vorming, is belast met de uitvoering van dit besluit.