OPGEHEVEN : Koninklijk besluit tot aanduiding van de Rijksinrichtingen voor kunstonderwijs die staatsdiensten zijn met afzonderlijk beheer.

  • goedkeuringsdatum
    01 DECEMBER 1986
  • publicatiedatum
    B.S.17/02/1987
  • datum laatste wijziging
    13/02/2017

(voetnoot 1)

COORDINATIE

B.Vl.R. 9-5-1996 - B.S. 25-7-1996

Opgeheven door Decr. 23-12-2016 - B.S. 13-2-2017

BOUDEWIJN, Koning der Belgen,

Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet.

Gelet op de Herstelwet van 31 juli 1984, inzonderheid op de artikelen 83 tot 85;

Gelet op het gunstig advies van de Inspectie van Financiën gegeven op 26 september 1986;

Op de voordracht van Onze Minister van Onderwijs,

Hebben Wij besloten en besluiten Wij :

Artikel 1.

De volgende Rijksinrichtingen voor kunstonderwijs zijn staatsdiensten met afzonderlijk beheer :

1. Provincie Antwerpen :

Nationaal Hoger Instituut en Koninklijke Academie voor Schone Kunsten te Antwerpen;
Rijksinstituut voor Kunstsecundair onderwijs te Antwerpen;
Rijksinstituut voor Kunstambachten te Mechelen;
Koninklijk Vlaams Muziekconservatorium te Antwerpen;
Rijksmuziekacademie te Antwerpen;
Rijksleergangen voor Danspedagogiek te Antwerpen;
Hoger Instituut voor Dramatische Kunst te Antwerpen.

2. Provincie Brabant :

Rijkscentrum Hoger Kunstonderwijs te Etterbeek;
Rijksschool voor Beeldende Kunsten te Anderlecht;
Rijksschool Beeldende Kunsten te Sint-Jans-Molenbeek;
Rijksschool voor Beeldende Kunsten te Sint-Pieters-Woluwe;
Koninklijk Muziekconservatorium te Brussel, Nederlandstalige afdeling;
Kunsthumaniora te Etterbeek;
Rijksmuziekacademie te Alsemberg;
Rijksmuziekacademie te Anderlecht;
Rijksmuziekacademie te Etterbeek;
Rijksmuziekacademie te Schaarbeek;
Rijksmuziekacademie te Overijse.

3. Provincie Limburg :

Rijksmuziekacademie te Voeren.

4. Provincie Oost-Vlaanderen :

Koninklijk Muziekconservatorium te Gent;
Kunsthumaniora te Gent;
Rijksmuziekacademie te Gent.

Art. 2.

Onze Minister van Onderwijs wijst de ordonnateur en de rekenplichtige aan van elke staatsdienst met afzonderlijk beheer.

Art. 3.

Dit besluit treedt in werking op 1 januari 1987.

Art. 4.

Onze Minister van Onderwijs is belast met de uitvoering van dit besluit.

- (1): Opgeheven, voor zover het betrekking heeft op de hogescholen. (B.Vl.R. 9-5-1996; Art. 1, 98°)