OPGEHEVEN : Koninklijk besluit houdende uitvoering van
artikel 27, § 2, van de wet van 29 mei 1959 tot wijziging van sommige
bepalingen van de onderwijswetgeving.
goedkeuringsdatum
05 MEI 1976
publicatiedatum
B.S.03/06/1976
datum laatste wijziging
17/06/2011
COORDINATIE
opgeheven
door Decr. 27-5-2011 - B.S. 17-6-2011
BOUDEWIJN, Koning der Belgen,
Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet.
Gelet op de wet van 29 mei 1959 tot wijziging van
sommige bepalingen van de onderwijswetgeving, zoals ze gewijzigd werd,
inzonderheid op artikel 27, § 2;
Gelet op de
wetten op de Raad van State, gecoördineerd bij koninklijk besluit van 12
januari 1973, inzonderheid op artikel 3, eerste lid;
Gelet op de dringende noodzakelijkheid;
Op de voordracht van Onze Ministers van Nationale Opvoeding,
Hebben Wij besloten en besluiten Wij :
Artikel 1.
De verklaring, die overeenkomstig
artikel 27, § 2, van de wet van 29 mei 1959 tot wijziging van sommige
bepalingen van de onderwijswetgeving ieder schooljaar per school bij het
aanvragen van de Rijksweddetoelagen door de inrichtende machten van de
gesubsidieerde officiële en vrije scholen voor buitengewoon onderwijs
dient onderschreven te worden, wordt opgesteld overeenkomstig het in de bijlage
van dit besluit voorkomend model.
Art. 2.
Onze Ministers van Nationale
Opvoeding zijn, ieder wat hem betreft, belast met de uitvoering van dit
besluit.
Art. 3.
Dit besluit treedt in werking op 1
september 1976.
Bijlage
Verklaring
jaarlijks te onderschrijven door de inrichtende macht bij het aanvragen van de
Rijksweddetoelagen voor het buitengewoon onderwijs
Ondergetekende(n).........................................
..........................................................
(naam, voornaam en persoonlijk adres)
handelend als :
-
verantwoordelijke inrichtende macht (*)
-
gevolmachtigde van de verantwoordelijke inrichtende macht (1) vraagt (vragen)
de Rijksweddetoelagen aan voor het schooljaar 19...-19... ten voordele van de
school - afdeling (*) voor buitengewoon onderwijs, gelegen te
..................
............................................ (volledig adres) voor
de ambten, zowel met volledige als met onvolledige prestaties, zoals aangegeven
op de documenten ad hoc voor de berekening, de vaststelling en de uitkering van
de Rijksweddetoelagen.
Overeenkomstig artikel 27, § 2, van de wet van 29 mei 1959
tot wijziging van sommige bepalingen van de onderwijswetgeving bevestigt (-en)
hij (zij) op zijn (hun) eer dat voor de ambten en hun titularissen waarvoor de
Rijksweddetoelagen aangevraagd worden, geen enkele toelage verleend wordt door
enige andere publiekrechterlijke persoon dan het Ministerie van Nationale
Opvoeding (b.v. ander Ministerie, Nationaal Werk, enz.), door een
privaatrechterlijke persoon (b.v. een V.Z.W.) of enig ander orgaan.
In afwijking van
deze aanvraag vraagt (-en) hij (zij) GEEN Rijksweddetoelage aan voor de
volgende ambten waarvoor reeds door een andere publiekrechterlijke,
privaatrechterlijke persoon of een orgaan een toelage verleend wordt.
Aard van het
ambt | Duur van de
wekelijkse prestaties | Titularis |
.................... | .................... | .................... |
.................... | .................... | .................... |
_____________________________
(*)
Doorhalen wat niet past
Hij (zij) verbindt (-en) zich er toe bij iedere wijziging in deze
toestand hiervan de betrokken diensten onmiddellijk bij aangetekende brief
kennis te geven.
Hij (zij) bevestigt (-en) er
kennis van te hebben dat artikel 35 van voormelde wet van 29 mei 1959 bepaalt :
"Onverminderd de strafvervolging waartoe zij
aanleiding zou geven, kan elke valse of onnauwkeurige verklaring, afgelegd met
de bedoeling om de berekening van het bedrag der toelagen te beïnvloeden,
voor de betrokken inrichting medebrengen dat de toelagen bij gemotiveerd
koninklijk besluit worden ingehouden gedurende een periode van niet
méér dan zes maanden voor elke overtreding. De teruggave van de
ten onrechte als toelage gestorte bedragen wordt geëist."
Datum :
Handtekening(-en)