Besluit van de Vlaamse Regering tot regeling van de
toekenning van beurzen aan buitenlandse kandidaten.
goedkeuringsdatum
27 MAART 1991
publicatiedatum
B.S.27/08/1991
datum laatste wijziging
10/10/2000
De Vlaamse Regering,
Gelet op artikel 59bis, § 2 van de Grondwet;
Gelet op de bijzondere wet van 8 augustus 1980 tot hervorming der
instellingen, gewijzigd bij de wet van 8 augustus 1988 en bij de bijzondere
wetten van 12 en 16 januari 1989;
Gelet op het
akkoord van de Gemeenschapsminister van Financiën en Begroting, gegeven op
26 maart 1991;
Gelet op de wetten van de Raad van
State, gecoördineerd op 12 januari 1974, inzonderheid op artikel 3, §
1, gewijzigd bij de wet van 4 juli 1989;
Gelet op
de dringende noodzakelijkheid;
Overwegende dat de
gebruikte terminologie niet meer beantwoordt aan de huidige
bevoegdheidsregeling en toepassingen, dat een vereenvoudiging van
administratieve formaliteiten aangewezen is;
Overwegende dat de levensduurte een aanpassing van de bedragen van
de beurzen verantwoordt en een aanpassing van de huidige regeling dringend
noodzakelijk wordt voor het akademie- en werkingsjaar 1990-1991;
Op de voordracht van de Gemeenschapsminister van
Onderwijs en de Gemeenschapsminister van Cultuur;
Na beraadslaging,
Besluit :
Artikel 1.
Onder beurzen wordt in dit
besluit verstaan :
1. Studiebeurzen, die worden
toegekend aan de buitenlandse kandidaten die een volledige cyclus hoger
onderwijs van het lange type of academisch onderwijs van de eerste of tweede
cyclus wensen te volgen aan een instelling waarvan de zetel gevestigd is binnen
het bevoegdheidsgebied van de Vlaamse Gemeenschap;
2. Specialisatiebeurzen, die worden toegekend aan de buitenlandse
kandidaten die een einddiploma van hoger onderwijs van het lange type of van
het academisch onderwijs hebben behaald of die in het bezit zijn van een
diploma van hoger kunstonderwijs, en die wensen een post-academische opleiding
te volgen of die wensen te studeren aan een instelling voor hoger
kunstonderwijs in de Vlaamse Gemeenschap;
3.
Stagebeurzen, die, gedurende ten hoogste drie maanden, worden toegekend aan
buitenlandse deskundigen uit de culturele of socio-culturele sector, aan
gediplomeerden van het hoger onderwijs, en aan kunstenaars of deskundigen, die
zich wensen te vervolmaken aan instellingen van of erkend door de Vlaamse
Gemeenschap, aan een instelling of in kunstateliers of kunstcentra in de
Vlaamse Gemeenschap;
4. Navorsingsbeurzen, die
worden toegekend aan buitenlandse kandidaten die een doctoraatsgraad of een
licentiaatsdiploma of een einddiploma van het hoger onderwijs van het lange
type of in hun land van herkomst daaraan gelijkgesteld onderwijs bezitten, en
in hun land van herkomst een pedagogische of wetenschappelijke functie
vervullen, die navorsingen wensen te verrichten in instellingen in de Vlaamse
Gemeenschap;
5. Samenwerkingsbeurzen, worden
toegekend aan jonge buitenlandse vorsers die opzoekingen wensen te verrichten
in het kader van een Interuniversitair Samenwerkingsprojekt met een
universiteit of een instelling voor hoger onderwijs van het lange type in de
Vlaamse Gemeenschap;
6. Vakantiebeurzen, worden
gedurende ten hoogste één maand toegekend aan buitenlandse
kandidaten die wensen deel te nemen aan vakantiecursussen georganiseerd of
gesubsidieerd door de Vlaamse Gemeenschap.
Art. 2.
Studiebeurzen worden toegekend
ten bedrage van 18.000 BF per maand met inbegrip van de kosten voor
binnenlandse verplaatsingen en voor didactisch materiaal.
Art. 3.
Specialisatiebeurzen worden
toegekend ten bedrage van 23.000 BF per maand met inbegrip van de kosten voor
binnenlandse verplaatsingen en voor didactisch materiaal.
Art. 4.
De beurzen bedoeld in de
artikelen 2 en 3 kunnen enkel toegekend worden aan de kandidaten die in het
bezit zijn van diploma's of getuigschriften die gelijkwaardig bevonden worden
met de Belgische diploma's en studiegetuigschriften die vereist zijn voor de
studies die zij in de Vlaamse Gemeenschap wensen aan te vatten.
Art. 5.
Stagebeurzen worden toegekend ten
bedrage van 20.000 BF per maand met inbegrip van de binnenlandse
verplaatsingskosten.
Art. 6.
Navorsings- en
samenwerkingsbeurzen worden toegekend ten bedrage van 22.000 BF per maand met
inbegrip van de binnenlandse verplaatsingskosten.
Art. 7.
De beursbedragen vermeld in de
artikelen 2, 3, 5 en 6 worden om de drie jaar aangepast aan de index van de
consumptieprijzen, met het indexcijfer van september 1990 als
basisreferentieindexcijfer.
Art. 8.
De kandidaten voor een
vakantiebeurs ontvangen geen beurs, maar de Vlaamse Gemeenschap draagt de
kosten voor de cursussen en de huisvesting.
De
cursisten afkomstig uit de landen opgenomen in bijlage 1, kunnen over een
zakgeld van 1.000 BF beschikken over de ganse periode.
Art. 9.
Aan
de buitenlandse beursstudenten bedoeld in de artikelen 2 en 6 wordt een
aanloopvergoeding ten bedrage van 5.000 BF toegekend bij hun eerste aankomst in
België, voor zover hun verblijf een maand of meer bedraagt.
Art. 10.
De beursstudenten bedoeld in de
artikelen 2 en 3 kunnen bovendien de terugbetaling bekomen van de
inschrijvingskosten voor de deelname aan cursussen en examens waarvoor hen een
beurs wordt toegekend voor zover de instelling die cursussen inricht,
georganiseerd of gesubsidieerd wordt door de Vlaamse Gemeenschap.
Art. 11.
De beursstudenten, bedoeld in de
artikelen 2 en 3 die een doctoraatsthesis of een eindverhandeling moeten laten
drukken voor het behalen van een Belgische academische graad, kunnen de
terugbetaling van de kosten ervan bekomen voor een bedrag van ten hoogste
25.000 BF voor een doctoraatsthesis en 7.500 BF voor een eindverhandeling.
Art. 12.
De buitenlandse beursstudenten
die genieten van de beurzen bedoeld in de artikelen 2, 3, 5, 6 tot 8, hun niet
wettelijk of feitelijk gescheiden echtgeno(o)t(e) en hun minderjarige ongehuwde
kinderen die met hen in België samenleven worden gedurende de periode van
de toegekende beurs verzekerd inzake gezondheidszorgen, noodzakelijk ingevolge
ziekte of ongeval en inzake burgerlijke aansprakelijkheid.
De tegemoetkomingen geschieden overeenkomstig de contractuele
bepalingen van de verzekeringspolissen afgesloten door het Ministerie van de
Vlaamse Gemeenschap.
Art. 13.
De buitenlandse beursstudenten
kunnen bovenop hun studiebeurs genieten van een vergoeding ten bedrage van
2.000 BF per maand voor hun echtgeno(o)t(e) en voor elk van hun minderjarige
ongehuwde kinderen die met hen in België samenleven gedurende de periode
van de toegekende beurs, bij voorrang zij afkomstig zijn uit de landen
opgenomen in bijlage 1. Het Ministerie van de Vlaamse Gemeenschap gaat de
voorwaarden na tot het verlenen van deze financiële tussenkomst en
verleent deze financiële tussenkomst.
Art. 14.
De buitenlandse beursstudenten
kunnen de terugbetaling bekomen van de kosten van de heen- en terugreis van en
naar hun land van herkomst voor zover hun land van herkomst op basis van
wederkerigheid dezelfde voordelen waarborgt aan de beursstudenten afkomstig uit
de Vlaamse Gemeenschap.
Art. 15.
De verplichtingen ten aanzien van
de buitenlandse beursstudenten die een beurs genieten van de Vlaamse
Gemeenschap worden opgenomen in bijlage 2.
Art. 16.
Buitenlandse beursstudenten die
zich voor een tweede maal wensen in te schrijven in éénzelfde
jaar voor om het even welke studierichting komen niet in aanmerking voor de
bepalingen van dit besluit.
Art. 17.
De voordelen voorzien in dit
besluit kunnen niet gecumuleerd worden met andere voordelen vanwege de
Belgische Staat of de Vlaamse Gemeenschap, dan met de toestemming van het
Ministerie van de Vlaamse Gemeenschap.
Art. 18.
Voor zover de onderhandelingen
over de wederzijdse akkoorden dit vereisen kan de bevoegde Gemeenschapsminister
afwijken van de bepalingen van dit besluit.
Art. 19.
Het besluit van de Vlaamse
Regering van 13 februari 1985 tot regeling van de toekenning van
studievervolmakings-, navorsings- en vakantiebeurzen aan buitenlandse
kandidaten, wordt opgeheven.
Art. 20.
De Gemeenschapsminister van
Onderwijs en de Gemeenschapsminister van Cultuur zijn, ieder wat hem betreft,
belast met de uitvoering van dit besluit.
Art. 21.
Dit besluit heeft uitwerking met
ingang van 1 januari 1991.
Bijlage 1 - Land van herkomst
Land van herkomst
om in aanmerking te komen tot het beschikken van zakgeld en gezinsvergoeding
vanwege de Vlaamse Gemeenschap :
- Albanië
-
Bulgarije
- Hongarije
- Joegoslavië
- Polen
- Roemenië
-
Tjechoslovakije
- U.S.S.R.
- Algerije
- Egypte
- Senegal
- Tunesië
- Argentinië
- Brazilië
-
Nederlandse Antillen
- Suriname
- Venezuela
- India
- Indonesië
Bijlage 2 - Verplichtingen van de buitenlandse
beursstudenten
Verplichtingen
van de buitenlandse beursstudenten in België :
1. Door het aanvaarden van een beurs verbinden de buitenlandse
beursstudenten zich ertoe zich te houden aan de toekenningsvoorwaarden en aan
alle voorschriften van dit besluit.
2. De
buitenlandse beursstudenten moeten zich houden aan de richtlijnen van het
Ministerie van de Vlaamse Gemeenschap met betrekking tot de modaliteiten van de
maandelijkse betalingen, de toekenning van de bijkomende voordelen voorzien in
dit besluit, de verplichtingen inzake verblijf en huisvesting en het verloop en
de verlenging van hun beurs. Zij moeten zich schikken naar de wetten en
reglementen betreffende het verblijf van vreemdelingen in België.
3. De buitenlandse beursstudenten hebben de
verplichting alles te doen wat mogelijk is om het programma dat zij bij aanvang
ondernomen hebben binnen de kortste termijnen tot een goed einde te brengen.
Zij mogen niet veranderen van instelling waar zij het programma volgen, van
verantwoordelijke voor de vorming of de navorsing dan om ernstige en dwingende
redenen, verantwoord voor de voortzetting van hun programma, na het akkoord van
de door het Ministerie van de Vlaamse Gemeenschap aangeduide ambtenaren en op
advies van de academische of administratieve belanghebbende overheden.
4. De buitenlandse beursstudenten hebben de
verplichting :
4.1. Zich onmiddellijk bij hun
aankomst in België te melden op het Ministerie van de Vlaamse Gemeenschap;
4.2. Aan het Ministerie van de Vlaamse
Gemeenschap onmiddellijk het adres van hun verblijfplaats of de wijziging ervan
te melden;
4.3. Vooraf aan het Ministerie van de
Vlaamse Gemeenschap de toelating te vragen om hun studies, stages of
navorsingen te onderbreken of het Belgisch grondgebied te verlaten gedurende
hun vorming of navorsing zonder afbreuk te doen aan de verplichtingen die hen
door de wetten of reglementen van hun land van herkomst zijn opgelegd;
4.4. Zich ieder jaar aan te bieden op de eerste
zittijd van de examens behalve in geval van ernstige of behoorlijke
verantwoorde redenen.
5. De buitenlandse
beursstudenten mogen zich niet lenen tot activiteiten die in strijd zijn met de
Grondwet of de wetten van de Belgische Staat of met de decreten van de Vlaamse
Gemeenschap of die de vernietiging van de onafhankelijkheid van het land
nastreven of de nationale verdediging of de uitvoering van de Belgische
verbintenissen ter verzekering van de veiligheid in gevaar brengen. Zij mogen
zich niet aansluiten of hun medewerking verlenen aan bewegingen, groeperingen,
organisaties of verenigingen die een gelijkaardige activiteit hebben.
6. De buitenlandse beursstudenten hebben de
verplichting om binnen de twee maanden die volgen op het einde van de periode
waarvoor zij en beurs genieten, aan het Ministerie van de Vlaamse Gemeenschap
een verslag voor te leggen waarin zij de omstandigheden beschrijven waarin zij
hun programma afgewerkt en hun resultaten bereikt hebben.
7. Het Ministerie van de Vlaamse Gemeenschap kan voortijdig een
einde maken aan de geldigheidsduur van de toegekende beurs in de volgende
gevallen :
1° wanneer de buitenlandse
beursstudent niet in staat is zijn programma uit te voeren;
2° wanneer hij zijn programma heeft afgewerkt;
3° wanneer hij in gebreke is met de in dit
besluit opgelegde verplichtingen;
4° wanneer
hij de wetten, decreten en reglementen van kracht in de Vlaamse Gemeenschap
overtreden heeft.
Het Ministerie van de Vlaamse
Gemeenschap kan in elk van deze gevallen het geheel of een gedeelte van de bij
dit besluit toegekende voordelen ontnemen.