Besluit van de Vlaamse Regering houdende uitvoering van de
wet van 2 augustus 1960 betreffende de tussenkomst van de Staat in de
financiering van de vrije universiteiten en van diverse inrichtingen voor hoger
onderwijs en voor wetenschappelijk onderzoek tot vaststelling van de rentevoet
voor een krediet van 6.962.000 frank - tranche 1990 aan de Vlaamse vrije
universiteiten.
goedkeuringsdatum
30 JANUARI 1991
publicatiedatum
B.S.10/04/1991
datum laatste wijziging
10/10/2000
De Vlaamse Regering,
Gelet op de wet van 2 augustus 1960 betreffende de tussenkomst van
de Staat in de financiering van de vrije universiteiten en van de diverse
inrichtingen voor hoger onderwijs en voor wetenschappelijk onderzoek,
inzonderheid op het artikel 8bis, ingelast door de wet van 16 juli 1970
gewijzigd inzonderheid door de wet van 27 juli 1971 en aangevuld door het
koninklijk besluit nr. 167 van 30 december 1982;
Gelet op de wet van 4 augustus 1986 tot regeling van de
oppensioenstelling van de leden van het onderwijzend personeel van het
universitair onderwijs en tot wijziging van andere bepalingen van de
onderwijswetgeving inzonderheid op het artikel 15;
Gelet op de bijzondere wet van 16 januari 1989 betreffende de
financiering van de Gemeenschappen en Gewesten, inzonderheid op artikel 73;
Overwegende dat krachtens deze bepalingen het
bedrag van de investeringskredieten die zullen worden toegestaan overeenkomstig
artikel 6 van voormelde wet zes miljoen negenhonderdtweeënzestigduizend
frank bedraagt, aan te rekenen op tranche 1990;
Overwegende dat bij toepassing van artikel 1 van het koninklijk
besluit van 10 oktober 1979 houdende wijziging van artikel 10 van het
koninklijk besluit van 24 oktober 1978 houdende uitvoering van de wet van 2
augustus 1960 de rentevoet dient te worden bepaald die de Algemene Spaar- en
Lijfrentekas zal toepassen op bedoelde kredieten;
Gelet op het advies van de Inspectie van Financiën, gegeven
op 23 januari 1991;
Overwegende dat het
noodzakelijk is de rentevoet vast te stellen voor de tranche 1990;
Op de voordracht van de Gemeenschapsminister van
Financiën en Begroting;
Na beraadslaging,
Besluit :
Artikel 1.
De door de Algemene Spaar- en
Lijfrentekas toe te passen rentevoet op een kredietbedrag van 6.962.000 frank
(zes miljoen negenhonderdtweeënzestigduizend frank) - tranche 1990 - wordt
vastgesteld op 10,20 ten honderd s'jaars, de rente jaarlijks betaalbaar zijnde
na vervallen termijn.
De rentevoet van de
investeringskredieten is herzienbaar op elke vijfjaarlijkse vervaldag in
intresten.
Op de vijfde en tiende jaarlijkse
vervaldag zal de rentevoet deze zijn van het hoogste rendementspercentage
toegekend aan de banken en de spaarbanken op de normale openbare lening van de
openbare sector waarvan de aanvang van de openbare inschrijvingsperiode het
dichtst de datum van drie maand vóór de kapitaalsvervaldag waarop
de rentevoetherziening van de kredieten plaatsheeft, benadert, verhoogd met
0,10 % het geheel afgerond op de naasthogere halve deciem of deciem.
Indien dusdanige verwijzing inzonderheid
ingevolge het wegvallen van uitgiften, gedurende een ononderbroken periode van
ten minste zes maanden, onmogelijk blijkt, zijn de partijen akkoord een
referterentevoet te zoeken in functie van de op dat ogenblik geldende
marktvoorwaarden.
Art. 2.
Dit besluit heeft uitwerking met
ingang van 1 december 1990.
Art. 3.
De Gemeenschapsminister van
Financiën en Begroting is belast met de uitvoering van dit besluit.