OPGEHEVEN : Besluit van de Vlaamse Regering houdende aanvullende
maatregelen betreffende de vertegenwoordiging van de personeelsgeledingen in de
raad van bestuur van het Limburgs Universitair Centrum nodig om de overgang van
het oude naar het nieuwe stelsel te regelen.
goedkeuringsdatum
09 OKTOBER 1991
publicatiedatum
B.S.03/12/1991
datum laatste wijziging
13/02/2017
COORDINATIE
Opgeheven door Decr. 23-12-2016 - B.S. 13-2-2017
De Vlaamse Regering,
Gelet op de wet van 28 mei 1971 houdende de oprichting en de
werking van het Limburgs Universitair Centrum;
Gelet op het decreet van 12 juni 1991 betreffende de
universiteiten in de Vlaamse Gemeenschap, inzonderheid op de artikelen 197 en
207;
Op voorstel van de Gemeenschapsminister van
Onderwijs;
Na beraadslaging,
Besluit :
Artikel 1.
De leden van het onderwijzend
personeel, het wetenschappelijk personeel, de studenten en het administratief
en technisch personeel van het Limburgs Universitair Centrum, in mei 1991
verkozen door de respectieve algemene vergadering overeenkomstig de op dat
ogenblik van toepassing zijnde wetgeving, vervullen voor het academiejaar
1991-1992 het mandaat van de leden vermeld in artikel 197, 5° , 6° ,
7° en 8° van het decreet van 12 juni 1991 betreffende de universiteiten
in de Vlaamse Gemeenschap, in de raad van bestuur van het Limburgs Universitair
Centrum met dien verstande dat de vertegenwoordiging van het academisch
personeel vier mandaten telt, behalve indien een verkozen lid van het
onderwijzend personeel tijdens het academiejaar 1991-1992 het mandaat van
faculteitsvoorzitter vervult en derhalve ambtshalve lid is van de raad van
bestuur.
Art. 2.
De raad van bestuur van het
Limburgs Universitair Centrum wijst één van de artikel 1 van dit
besluit genoemde verkozen leden van het onderwijzend personeel, het
wetenschappelijk personeel, de studenten en het administratief en technisch
personeel in de raad van bestuur aan als lid van het Vast Bureau voor het
academiejaar 1991-1992.
Art. 3.
De raad van bestuur van het
Limburgs Universitair Centrum organiseert in mei 1992 de verkiezingen van de
vertegenwoordigers van de personeelsgeledingen en van de studenten
overeenkomstig het nieuwe stelsel bepaald in artikel 197 van het decreet van 12
juni 1991 betreffende de universiteiten in de Vlaamse Gemeenschap.
Art. 4.
Dit besluit heeft uitwerking met
ingang van 1 oktober 1991.
Art. 5.
De Gemeenschapsminister van
Onderwijs is belast met de uitvoering van dit besluit.