Besluit van de Vlaamse regering betreffende de opdracht van
het personeel in het basisonderwijs.
goedkeuringsdatum
17 JUNI 1997
publicatiedatum
B.S.11/09/1997
datum laatste wijziging
28/08/2024
COORDINATIE
(1)
B.Vl.R. van 27/04/1999 (B.S. 12/06/1999)
(2)
B.Vl.R. van 18/07/2003 (B.S. 27/08/2003)
(3)
B.Vl.R. van 19/09/2003 (B.S. 15/10/2003)
(4)
B.Vl.R. van 05/12/2003 (B.S. 23/01/2004)
(5)
B.Vl.R. van 30/09/2005 (B.S. 07/02/2006)
(6)
B.Vl.R. van 13/07/2007 (B.S. 03/08/2007)
(7)
B.Vl.R. van 18/07/2008 (B.S. 16/10/2008)
(8)
B.Vl.R. van 27/05/2011 (B.S. 20/06/2011)
(9)
B.Vl.R. van 12/10/2012 (B.S. 04/12/2012)
(10)
B.Vl.R. van 28/10/2016 (B.S. 29/12/2016)
(11)
B.Vl.R. van 22/04/2022 (B.S. 22/09/2022)
detail
Besluit van de Vlaamse Regering tot uitvoering van maatregelen uit cao V voor de basiseducatie, cao VI voor het hoger onderwijs en cao XII voor de andere onderwijsniveaus die uitwerking hebben op 1 september 2021 en 1 januari 2022 ;
(12)
B.Vl.R. van 05/05/2023 (B.S. 04/08/2023)
detail
Besluit van de Vlaamse Regering m.b.t. de uitvoering van leersteun ;
(13)
B.Vl.R. van 15/09/2023 (B.S. 01/12/2023)
detail
Besluit van de Vlaamse Regering tot uitvoering van maatregelen over het lerarenambt ;
(14)
B.Vl.R. van 05/07/2024 (B.S. 28/08/2024)
detail
Besluit van de Vlaamse Regering over de taalafdeling Nederlands-Vlaamse Gebarentaal
;
De Vlaamse regering,
Gelet op het decreet betreffende het basisonderwijs van 25
februari 1997, inzonderheid op de artikelen 161, 163 en 195, 6°;
Gelet op het decreet van 27 maart 1991
betreffende de rechtspositie van bepaalde personeelsleden van het
gemeenschapsonderwijs, inzonderheid op artikel 3, 12°;
Gelet op het decreet van 27 maart 1991 betreffende de
rechtspositie van sommige personeelsleden van het gesubsidieerd onderwijs en de
gesubsidieerde psycho-medisch-sociale centra, inzonderheid op artikel 5,
13°;
Gelet op het protocol nr. 264 van 27 mei
1997 houdende de conclusie van de onderhandelingen die gevoerd werden in de
gemeenschappelijke vergadering van het sectorcomité en van onderafdeling
"Vlaamse Gemeenschap" van afdeling 2 van het comité voor de provinciale
en plaatselijke overheidsdiensten;
Gelet op het
protocol nr. 48 van 27 mei 1997 houdende de conclusies van de onderhandelingen
die gevoerd werden in het overkoepelend onderhandelingscomité;
Gelet op het akkoord van de Vlaamse minister,
bevoegd voor de begroting gegeven op 5 mei 1997;
Gelet op de dringende noodzakelijkheid, gemotiveerd door de
omstandigheid dat het decreet basisonderwijs van 25 februari 1997 in werking
treedt op 1 september 1997;
Hetzelfde geldt voor
de eerste reeks bijhorende uitvoeringsbesluiten;
Het is voor de organisatie van het schooljaar 1997-1998 en voor de
rechtszekerheid van schoolbesturen, directies en personeelsleden essentieel dat
zij zo snel mogelijk uitsluitsel krijgen over de nieuw toe te passen
regelgeving;
Gelet op het advies van de Raad van
State, gegeven op 2 juni 1997 met toepassing van artikel 84, eerste lid, 2°
van de gecoördineerde wetten op de Raad van State;
Op voorstel van de Vlaamse minister van Onderwijs en
Ambtenarenzaken;
Na beraadslaging,
Besluit :
HOOFDSTUK I. - Algemeen
Artikel 1.
De artikelen 161, § 1,
162, 163, 164 en 165 van het decreet treden in werking op 1 september 1997.
Art. 2.
Dit besluit is van toepassing
op het personeel van het gewoon en buitengewoon basisonderwijs gefinancieerd of
gesubsidieerd door de Vlaamse Gemeenschap.
[Dit besluit is niet van toepassing op het leerondersteunend personeel in een leersteuncentrum als vermeld in
artikel 20, § 2, van het decreet van 5 mei 2023 over leersteun.]
Art. 3.
Voor de toepassing van dit
besluit wordt verstaan onder :
1°
[...]
2° decreet : het decreet
betreffende het basisonderwijs van 25 februari 1997;
3° medisch personeel : arts;
4°
[...]
5°
[
[
[onderwijzend personeel :a) onderwijzer,
onderwijzer ASV, kleuteronderwijzer, kleuteronderwijzer ASV, leermeester
lichamelijke opvoeding en leermeester compensatietechniek Braille in type
6;
b) leermeester godsdienst, leermeester
niet-confessionele zedenleer;
]
[onderwijzend personeel:
a) onderwijzer, onderwijzer ASV, onderwijzer Vlaamse Gebarentaal, kleuteronderwijzer, kleuteronderwijzer
ASV, kleuteronderwijzer Vlaamse Gebarentaal, leermeester lichamelijke opvoeding en leermeester
compensatietechniek Braille in type 6;
b) leermeester godsdienst, leermeester niet-confessionele zedenleer;
]
]
]
6°
onderwijzer : de onderwijzer belast met de functie van klastitularis, de
onderwijzer belast met de functie van ambulante leerkracht, de onderwijzer
belast met de functie van taakleraar, de onderwijzer belast met individueel
onderwijs en de onderwijzer belast met opvoedende activiteiten, de leermeester
bijzondere vakken andere dan lichamelijke opvoeding;
7° orthopedagogisch personeel : orthopedagoog;
8°
[paramedisch personeel :
a) in het gewoon basisonderwijs : kinderverzorger;
b) in het buitengewoon basisonderwijs : logopedist,
kinesitherapeut, ergotherapeut, verpleger en
kinderverzorger;
]
9° psychologisch
personeel : psycholoog;
10° sociaal personeel
: maatschappelijk werker;
[11°
[beleids- en ondersteunend
personeel : administratief medewerker, ICT-coördinator
[, zorgcoördinator
[, beleidsondersteuner
en adjunct-directeur]
]
;]
]
[
12° personeel :
administratief personeel bedoeld in artikel 192 van het decreet, onderwijzend,
paramedisch, medisch, sociaal, psychologisch, orthopedagogisch en beleids- en
ondersteunend personeel;
13° lokaal comité : het
lokaal overlegorgaan of onderhandelingsorgaan bevoegd voor arbeidsvoorwaarden
en personeelsaangelegenheden.
]
HOOFDSTUK II. -
[Taken die niet tot het taken- en
opdrachtenpakket van het personeel kunnen behoren]
Art. 4.
[
De volgende taken behoren niet
tot het taken- en opdrachtenpakket van het personeel en kunnen bijgevolg niet
in de functiebeschrijving opgenomen worden :
1° het organiseren van busvervoer;
2° het uitvoeren van materieel onderhoud en/of herstellingen
van en in de school;
3° het bijwonen van en
het meewerken aan godsdienstige, levensbeschouwelijke of socio-culturele
activiteiten buiten schoolverband;
4° de
opvang van kinderen tijdens klasvrije namiddagen en de schoolvakanties;
5° bijlessen of therapie geven voor en na de
schooluren;
6° huisbezoeken afleggen;
7° middagtoezicht houden;
8° verzekeren van busbegeleiding;
9° het verkeer regelen op de openbare weg;
10° het vervullen van administratieve en/of organisatorische
taken die niet eigen zijn aan het uitgeoefende ambt.
In afwijking van het eerste lid kunnen 1° en 10° tot de
opdracht behoren van :
- de personeelsleden belast
met beleidsondersteuning, vermeld in
artikel 154, § 2,
van het decreet;
- de personeelsleden belast met een beleidsondersteunende functie
ten behoeve van de scholengemeenschap vermeld in
artikel 4ter van het
besluit van de Vlaamse Regering van 5 maart 2004 betreffende de
puntenenveloppen voor de scholengemeenschappen basisonderwijs.
In afwijking van het eerste lid kan 2° tot de opdracht van de
ICT-coördinator behoren voor zover het uitvoeren van materieel onderhoud
en/of herstellingen eigen is aan het ambt.
In
afwijking van het eerste lid kan 6° tot de opdracht van de
zorgcoördinator behoren, voor zover deze belast is met de taken en
opdrachten in het kader van de bevordering van de kleuterparticipatie en op
voorwaarde dat de huisbezoeken afgelegd worden in dat kader.
In afwijking van het eerste lid kan 6° eveneens tot de
opdracht van het sociaal, psychologisch en orthopedagogisch personeel
behoren.
]
[
Art. 4bis.
De taken vermeld onder artikel 4, eerste
lid, 5° tot en met 10°, kunnen in uitzonderlijke omstandigheden en op
een niet-systematische wijze opgelegd worden aan de personeelsleden.
De toepassing van het eerste lid is afhankelijk van de
onderhandelingen in het lokaal comité met betrekking tot de invulling
van de begrippen "op niet-systematische wijze" en "in uitzonderlijke
omstandigheden".
]
[
Art. 4ter.
Voor- en naschools toezicht buiten de normale aanwezigheid van de leerlingen en zelfstandig uitvoeren van een lesopdracht mogen in geen geval deel uitmaken van de opdracht van kinderverzorgers in het gewoon kleuteronderwijs.
]
HOOFDSTUK III. - Directie
Art. 5.
De directeur heeft onder
toezicht van het schoolbestuur de leiding van de school en is, behoudens
gerechtvaardigde afwezigheden ten minste gedurende de hele periode van normale
aanwezigheid van de leerlingen in één van de vestigingsplaatsen
aanwezig.
Art. 6.
De directeur met een
onderwijsopdracht moet de nodige regelingen treffen om tijdens die
onderwijsopdracht in de klas te zijn. Hij is, behoudens gerechtvaardigde
afwezigheden, ten minste gedurende de hele periode van normale aanwezigheid van
de leerlingen in één van de vestigingsplaatsen aanwezig.
Art. 7.
De directeur die op basis van
artikel 129 van het
decreet de functie van adjunct-directeur vervult, voert, onder toezicht van het
schoolbestuur, de opdrachten uit die hem, op voorstel van de directeur door het
schoolbestuur worden toegekend. Hij is behoudens gerechtvaardigde afwezigheden,
ten minste gedurende de hele periode van normale aanwezigheid van de leerlingen
in één van de vestigingsplaatsen aanwezig.
HOOFDSTUK IV. - Onderwijzend
personeel
Art. 8.
§ 1. Onverminderd de
toepassing van artikel 163, §
2 en § 3, van het decreet bedraagt de wekelijkse
schoolopdracht van het onderwijzend personeel dat voltijds in het gewoon
basisonderwijs fungeert maximum 26 klokuren, te presteren binnen de periode van
de normale aanwezigheid van de leerlingen.
§ 2. In afwijking van
§ 1 dient de schoolopdracht van het onderwijzend personeel in
vestigingsplaatsen die minder dan 28 lestijden gefinancierd of gesubsidieerd
krijgen zodanig vastgelegd te worden dat er gedurende de volledige periode van
normale aanwezigheid van de leerlingen iemand van het bestuurs- en onderwijzend
personeel aanwezig is.
Art. 9.
De wekelijkse hoofdopdracht
van het onderwijzend personeel dat voltijds in het gewoon basisonderwijs
fungeert bedraagt ten minste 24 lestijden en ten hoogste 28 lestijden.
[
De wekelijkse hoofdopdracht van een onderwijzer die voltijds
in het gewoon lager onderwijs fungeert, bedraagt vanaf 1 september 2001 maximum
27 lestijden.
De wekelijkse hoofdopdracht van een
kleuteronderwijzer die voltijds in het gewoon kleuteronderwijs fungeert,
bedraagt vanaf 1 september 2001 maximum 27 lestijden.
De
wekelijkse hoofdopdracht van een kleuteronderwijzer die voltijds in het gewoon
kleuteronderwijs fungeert, bedraagt vanaf 1 september 2003 maximum 26
lestijden.
]
[De
afgevaardigden van de representatieve vakorganisaties mogen maximaal belast
worden met een hoofdopdracht die het minimum van het aantal uren voor een ambt
met volledige prestaties bedraagt.]
Art. 10.
[De hoofdopdracht van het
onderwijzend personeel dat voltijds in het gewoon basisonderwijs fungeert, kan
bestaan uit lesopdracht, en/of bijzondere pedagogische taken, en/of, met
toepassing van artikel 154, §
2, van het decreet,
beleidsondersteuning.]
Art. 11.
§ 1. De wekelijkse
schoolopdracht van het onderwijzend personeel dat deeltijds fungeert in het
gewoon basisonderwijs bedraagt ten hoogste het evenredige deel van het in
artikel 8 bedoelde aantal klokuren.
§ 2. Bij een deeltijdse
opdracht, ontstaan uit het opsplitsen van een volledige opdracht wordt de
hoofdopdracht, als volgt bepaald :
deeltijdse opdracht
lestijden | hoofdopdracht minimum
lestijden | hoofdopdracht maximum
lestijden |
6 7 8 9 10 11 12 13 14 15 16 17 18 19 20 21 22 23 | 6 7 8 9 10 11 12 13 14 15 16 17 18 19 20 21 22 23 | 7 8 9 10 11 12 14 15 16 17 18 19 21 22 23 24 25 26 |
Deze regeling
geldt niet voor de leermeester godsdienst, cultuurbeschouwing en
niet-confessionele zedenleer
[en voor de afgevaardigden van de representatieve
vakorganisaties]
.
[
§ 3. Bij een deeltijdse opdracht als
onderwijzer en kleuteronderwijzer, ontstaan uit het opsplitsen van een
volledige opdracht wordt de hoofdopdracht vanaf 1 september 2001, als volgt
bepaald :
Deeltijdse opdracht
Aantal lestijden | Hoofdopdracht minimum aantal
lestijden | Hoofdopdracht maximum aantal
lestijden vanaf 1-9-2001 |
6 7 8 9 10 11 12 13 14 15 16 17 18 19 20 21 22 23 | 6 7 8 9 10 11 12 13 14 15 16 17 18 19 20 21 22 23 | 7 8 9 10 11,5 12,5 13,5 14,5 15,5 17 18 19 21 22 23 24 25 26 |
]
[Deze regeling geldt niet voor de afgevaardigden van de representatieve
vakorganisaties.]
[
§ 4. Bij een deeltijdse opdracht als
kleuteronderwijzer, die ontstaan uit het opsplitsen van een volledige opdracht
wordt de hoofdopdracht vanaf 1 september 2003, als volgt bepaald
:
Deeltijdse opdracht
Aantal lestijden | Hoofdopdracht minimum
aantal lestijden | Hoofdopdracht maximum aantal lestijden vanaf
1-9-2003 |
6 7 8 9 10 11 12 13 14 15 16 17 18 19 20 21 22 23 | 6 7 8 9 10 11 12 13 14 15 16 17 18 19 20 21 22 23 | 6,5 7,5 9 10 11 12 13 14 15 16 17 18,5 19,5 21 22 23 24 25 |
]
[Deze
regeling geldt niet voor de afgevaardigden van de representatieve
vakorganisaties.]
Art. 12.
Onverminderd de toepassing
van artikel 163, § 2 en §
3, van het decreet bedraagt de wekelijkse schoolopdracht van het
onderwijzend personeel dat voltijds in het buitengewoon basisonderwijs fungeert
maximum 26 klokuren, te presteren binnen de periode van de normale aanwezigheid
van de leerlingen.
Art. 13.
[
De wekelijkse hoofdopdracht
van het onderwijzend personeel, opgenomen in artikel 3, 5°, a en b, dat
voltijds in het buitengewoon basisonderwijs fungeert bedraagt vanaf 1 september
2002 ten minste 22 lestijden en ten hoogste 27 lestijden, met dien verstande
dat elke lestijd die aan de hoofdopdracht wordt besteed, uit de lestijden
volgens de schalen wordt gehaald.
De wekelijkse
hoofdopdracht van de kleuteronderwijzer ASV die voltijds in het buitengewoon
basisonderwijs fungeert bedraagt vanaf 1 september 2003 ten minste 22 lestijden
en ten hoogste 26 lestijden, met dien verstande dat elke lestijd die aan de
hoofdopdracht uit de lestijden wordt besteed, volgens de schalen wordt
gehaald.
]
[De
afgevaardigden van de representatieve vakorganisaties mogen maximaal belast
worden met een hoofdopdracht die het minimum van het aantal uren voor een ambt
met volledige prestaties
bedraagt.]
Art. 14.
[De hoofdopdracht van het
onderwijzend personeel dat voltijds in het buitengewoon basisonderwijs
fungeert, kan bestaan uit lesopdracht, en/of bijzondere pedagogische taken,
en/of, met toepassing van artikel
154, § 2, van het decreet, beleidsondersteuning.]
Art. 15.
De wekelijkse schoolopdracht
van het onderwijzend personeel dat deeltijds fungeert in het buitengewoon
basisonderwijs bedraagt ten hoogste het evenredig deel van het in artikel 12
bedoelde klokuren.
Art. 16.
De administratieve taken
verbonden aan de eigen functie behoren wel tot de opdracht, maar niet tot de
schoolopdracht van het onderwijzend personeel.
HOOFDSTUK V. - Paramedisch personeel
[
Art. 16bis.
Onverminderd de toepassing van artikel 163,
§ 2 en § 3, van het decreet bedraagt de wekelijkse schoolopdracht van
het paramedisch personeel dat voltijds in het gewoon kleuteronderwijs fungeert
32 klokuren.
De wekelijkse schoolopdracht van het paramedisch
personeel dat deeltijds fungeert in het gewoon kleuteronderwijs, bedraagt ten
hoogste het evenredig deel van de 32 klokuren.
]
Art. 17.
Onverminderd de toepassing
van artikel 163, § 2 en §
3, van het decreet bedraagt de wekelijkse schoolopdracht van het
paramedisch personeel dat voltijds in het buitengewoon basisonderwijs fungeert
maximum 26 klokuren, te presteren binnen de periode van normale aanwezigheid
van de leerlingen.
Art. 18.
De wekelijkse hoofdopdracht
van het paramedisch personeel dat voltijds in het buitengewoon basisonderwijs
fungeert, bedraagt tenminste 24 lestijden en ten hoogste 28 lestijden.
[De afgevaardigden van de representatieve vakorganisaties
mogen maximaal belast worden met een hoofdopdracht die het minimum van het
aantal uren voor een ambt met volledige prestaties
bedraagt.]
Art. 19.
[De hoofdopdracht van de
paramedici die fungeren in het buitengewoon basisonderwijs bestaat uit een
kindgebonden opdracht en/of bijzondere pedagogische taken, en/of, met
toepassing van artikel 154, §
2, van het decreet,
beleidsondersteuning.]
Art. 20.
§ 1. De wekelijkse
schoolopdracht van het paramedisch personeel dat deeltijds fungeert, bedraagt
ten hoogste het evenredige deel van het in artikel 17 bedoelde aantal klokuren.
§ 2. Bij een deeltijdse
opdracht, ontstaan uit het opsplitsen van een volledige opdracht, wordt de
hoofdopdracht als volgt bepaald :
deeltijdse opdracht
lestijden | hoofdopdracht minimum
lestijden | hoofdopdracht maximum
lestijden |
6 7 8 9 10 11 12 13 14 15 16 17 18 19 20 21 22 23 | 6 7 8 9 10 11 12 13 14 15 16 17 18 19 20 21 22 23 | 7 8 9 10 11 12 14 15 16 17 18 19 21 22 23 24 25 26 |
[Deze regeling geldt niet voor
de afgevaardigden van de representatieve
vakorganisaties.]
Art. 21.
De administratieve taken
verbonden aan de eigen functie behoren wel tot de opdracht, maar niet tot de
schoolopdracht van het paramedisch personeel.
HOOFDSTUK VI. - Medisch, sociaal, psychologisch en
orthopedagogisch personeel
Art. 22.
Onverminderd de toepassing
van artikel 163, § 2 en §
3, van het decreet bedraagt de wekelijkse schoolopdracht van
artsen, maatschappelijk werkers, psychologen en orthopedagogen die voltijds in
het buitengewoon basisonderwijs fungeren 32 klokuren.
[
Art. 22bis.
[De schoolopdracht van het
medisch, sociaal, orthopedagogisch en psychologisch personeel bestaat uit taken
eigen aan het uitgeoefende ambt, en/of bijzondere pedagogische taken, en/of,
met toepassing van artikel 154,
§ 2, van het decreet, beleidsondersteuning.]
]
Art. 23.
De wekelijkse schoolopdracht
van het in artikel 22 bedoelde personeel dat deeltijds fungeert bedraagt ten
hoogste het evenredige deel van het in artikel 22 bedoelde aantal klokuren.
Art. 24.
De administratieve taken
verbonden aan de eigen functie behoren wel tot de opdracht, maar niet tot de
schoolopdracht van de personeelsleden bedoeld in artikel 22.
HOOFDSTUK VII. - Administratief
personeel
Art. 25.
De wekelijkse schoolopdracht
van het administratief personeel bedoeld in
artikel 192 van het
decreet dat voltijds in het basisonderwijs fungeert bedraagt
[36 klokuren]
.
Art. 26.
De wekelijkse schoolopdracht
van het administratief personeel bedoeld in
artikel 192 van het
decreet dat deeltijds fungeert bedraagt een evenredig deel van het in artikel
25 bedoelde aantal klokuren.
[Hoofdstuk VIIbis . - Beleids- en ondersteunend
personeel]
[
Art. 26bis.
De wekelijkse opdracht van het beleids- en
ondersteunend personeel dat voltijds in het basisonderwijs fungeert bedraagt 36
klokuren.
]
[
Art. 26ter.
De wekelijkse opdracht van het beleids- en
ondersteunend personeel dat deeltijds fungeert in het basisonderwijs bedraagt
steeds een geheel deel van het in artikel 26bis bedoelde maximaal aantal
klokuren.
]
[
Art. 26quater.
In afwijking van Hoofdstuk IV bedraagt de
wekelijkse opdracht van de kleuteronderwijzer, de onderwijzer, de
kleuteronderwijzer ASV en de onderwijzer ASV die voltijds worden aangesteld op
basis van de puntenenveloppe zoals bedoeld in de artikels,
125novies § 1,153sexies § 4 en
153octies van het decreet basisonderwijs of op basis van de
puntenenveloppe zoals bedoeld in
[artikel VI.4 van de Codificatie sommige bepalingen voor het onderwijs]
, 36 klokuren.
De wekelijkse
opdracht van het in het eerste lid vermeld personeel dat deeltijds werkt,
bedraagt steeds een geheel deel van 36 klokuren.
]
[HOOFDSTUK VIIter. - Dienstvrijstelling voor zitting
in een lokaal inspraakorgaan]
[
Art. 26quinquies.
Het personeelslid dat
zitting heeft in een lokaal inspraakorgaan dat opgericht is door of krachtens
een wet of een decreet, krijgt dienstvrijstelling om de vergaderingen van dat
inspraakorgaan bij te wonen. De dienstvrijstelling wordt gelijkgesteld met een
periode van dienstactiviteit.
]
HOOFDSTUK VIII. - Slotbepalingen
Art. 27.
De bepalingen van dit besluit
treden in werking op 1 september 1997.
Art. 28.
De Vlaamse minister, bevoegd
voor het onderwijs, is belast met de uitvoering van dit besluit.