OPGEHEVEN : Decreet betreffende het onderwijs XV. (uittreksel - NO/Middelen)

  • goedkeuringsdatum
    15 JULI 2005
  • publicatiedatum
    B.S.16/09/2005
  • datum laatste wijziging
    13/02/2017

COORDINATIE

Decr. 27-5-2011 - B.S. 17-6-2011

Decr. 25-4-2014 - B.S. 25-9-2014

Opgeheven door Decr. 23-12-2016 - B.S. 13-2-2017

Het Vlaams Parlement heeft aangenomen en Wij, Regering, bekrachtigen hetgeen volgt :

Decreet betreffende het onderwijs XV.

HOOFDSTUK I. - Inleidende bepaling

Art. I.1.

Dit decreet regelt een gemeenschapsaangelegenheid.

...

HOOFDSTUK X. Autonome bepalingen

...

Afdeling III. - Schoolboekhouding

Art. X.5.

(voetnoot 1)

§ 1. De representatieve verenigingen van de schoolbesturen of inrichtende machten van de gesubsidieerde vrije scholen bepalen, voor de schoolbesturen of inrichtende machten die dit wensen, de boekhoudkundige verplichtingen inzake de vereenvoudigde boekhouding en de dubbele boekhouding zoals bepaald in artikel 17, § 4, van de wet van 27 juni 1921 betreffende de verenigingen zonder winstoogmerk, de internationale verenigingen zonder winstoogmerk en de stichtingen.

Deze boekhoudkundige verplichtingen dienen in bijkomende orde er mee rekening te houden dat de saldi, zoals bepaald conform het Europees Rekening Stelsel, door de Vlaamse Gemeenschap kunnen worden afgeleid uit de afgelegde rekeningen, zodat de Vlaamse Gemeenschap kan voldoen aan de terzake geldende Europese verplichtingen.

§ 2. De onder § 1 bedoelde vereenvoudigde boekhouding omvat, rekening houdend met de aard en de omvang van de schoolbesturen, ten minste alle verrichtingen betreffende de mutaties in contant geld of op de rekeningen.

§ 3. De onder § 1 bedoelde regels voor de vereenvoudigde boekhouding omvatten minimaal :

l° basisregels met betrekking tot het voeren van een vereenvoudigde boekhouding;

2° de staat van de ontvangsten en de uitgaven;

3° de jaarrekening;

4° de inventaris.

§ 4. De onder § 1 bedoelde dubbele boekhouding omvat, rekening houdend met de aard en de omvang van de instellingen, alle verrichtingen, bezittingen en schulden, rechten en verplichtingen van welke aard ook, betreffende de door de subsidiërende overheid verstrekte toelagen en de eigen middelen van elk schoolbestuur.

§ 5. De onder § 1 bedoelde regels voor de economische boekhouding omvatten minimaal :

1° de vorm en de inhoud van de jaarrekening;

2° de waarderingsregels;

3° de structuur van de jaarrekening;

4° het schema van de balans;

5° het schema van de resultatenrekening;

6° de inhoud van de toelichting;

7° de inhoud van de rubrieken van de balans en van de resultatenrekening;

8° het minimum algemeen rekeningenstelsel.

§ 6. De in § 1 bedoelde regels worden door elke representatieve vereniging van de schoolbesturen of inrichtende machten van de gesubsidieerde vrije scholen meegedeeld aan de Vlaamse Regering.

§ 7. Voor de eerste maal vervullen de representatieve verenigingen van de schoolbesturen of inrichtende machten van de gesubsidieerde vrije scholen binnen 30 dagen na de inwerkingtreding van deze bepalingen, de in § 6 bedoelde verplichtingen.

[Art. X.5bis.

§ 1. Een tegemoetkoming, voor de terugbetaling van de facturen van de aanstelling van een commissaris voor de controle van de boekhouding, wordt toegekend aan de schoolbesturen en aan de besturen van de Centra voor Volwassenenonderwijs en Centra voor Basiseducatie, van het gesubsidieerd vrij onderwijs die krachtens artikel 17 van de wet van 27 juni 1921 gehouden zijn één of meerdere commissarissen aan te stellen.

§ 2. De voorgelegde factuur ter betaling van de commissarissen zal terugbetaald worden binnen de beschikbare begrotingskredieten, met een maximum van 90%.

§ 3. De tegemoetkoming wordt betaald na de voorlegging van de bewijsstukken betreffende de gemaakte kosten van de aanstelling van een commissaris en het bewijsstuk betreffende de neerlegging van de jaarrekening bij de Nationale Bank van België.

§ 4. Deze documenten met betrekking tot de gemaakte kosten voor kalenderjaar X worden uiterlijk op 31 maart van het kalenderjaar X + 2, in twee exemplaren ingediend bij het Agentschap voor Onderwijsdiensten, wat de schoolbesturen van het basis- en secundair onderwijs betreft en bij het Agentschap voor Hoger Onderwijs en Volwassenenonderwijs, wat de Centra voor Volwassenenonderwijs en de Centra voor Basiseducatie betreft.]

Decr. van 25-4-2014

Afdeling IV. - Inwerkingtreding

Art. X.6.

De bepalingen van dit hoofdstuk treden in werking op 1 september 2005, met uitzondering van artikel X.1, waarbij het besluit van 19 september 2003 uitwerking heeft met ingang van 1 september 2002 en het besluit van 15 april 2005 met ingang van 1 september 2004.

...

- (1): Artikel X.5 geldt niet meer voor het secundair onderwijs (Decr. 27-5-2011; Art. 4, 5°).