Besluit van de Vlaamse regering houdende vaststelling van
de loopbaanstructuur en van de salarisschalen van het administratief en
technisch personeel van de hogescholen in de Vlaamse
Gemeenschap
goedkeuringsdatum
21 FEBRUARI 2003
publicatiedatum
B.S.28/04/2003
datum laatste wijziging
20/08/2024
COORDINATIE
(1)
B.Vl.R. van 19/01/2007 (B.S. 28/02/2007)
(2)
B.Vl.R. van 11/10/2013 (B.S. 12/11/2013)
(3)
B.Vl.R. van 05/10/2018 (B.S. 07/11/2018)
(4)
B.Vl.R. van 29/03/2019 (B.S. 26/06/2019)
(5)
B.Vl.R. van 30/10/2020 (B.S. 11/12/2020)
detail
Besluit van de Vlaamse Regering tot wijziging van diverse besluiten, wat betreft de
toekenning van een bijkomende lineaire loonsverhoging en een bijkomende baremieke verhoging ter
uitvoering van cao_XI_leerplicht, cao_IV_basiseducatie en cao_ V_hoger onderwijs, en tot wijziging van het
besluit van de Vlaamse Regering van 15 april 2005 betreffende de toekenning van een bepaalde niet-verworven
salarisschaal aan sommige personeelsleden van het onderwijs ;
(6)
B.Vl.R. van 22/04/2022 (B.S. 22/09/2022)
detail
Besluit van de Vlaamse Regering tot uitvoering van maatregelen uit cao V voor de basiseducatie, cao VI voor het hoger onderwijs en cao XII voor de andere onderwijsniveaus die uitwerking hebben op 1 september 2021 en 1 januari 2022 ;
(7)
B.Vl.R. van 02/12/2022 (B.S. 08/02/2023)
detail
Besluit van de Vlaamse Regering tot wijziging van de bijlage bij het besluit van de Vlaamse regering van 21 februari 2003 houdende vaststelling van de loopbaanstructuur en van de salarisschalen van het administratief en technisch personeel van de hogescholen in de Vlaamse Gemeenschap en artikel 2 van het besluit van de Vlaamse Regering van 5 oktober 2018 tot vaststelling van de salarisschalen van de leden van het onderwijzend personeel van de hogescholen in de Vlaamse Gemeenschap ;
(8)
B.Vl.R. van 05/07/2024 (B.S. 08/08/2024)
detail
Besluit van de Vlaamse Regering tot het waarborgen van toereikende wettelijke minimumlonen
voor het personeel van het onderwijs in de Vlaamse Gemeenschap ;
De Vlaamse regering,
Gelet op het decreet van 13 juli 1994 betreffende de hogescholen
in de Vlaamse Gemeenschap, inzonderheid op de artikelen 152, 155 en
169;
Gelet op het besluit van de Vlaamse regering
van 12 juni 1995 houdende vaststelling van de loopbaanstructuur en van de
salarisschalen van het administratief en technisch personeel van de hogescholen
in de Vlaamse Gemeenschap;
Gelet op het akkoord
van de Vlaamse minister bevoegd voor begroting, gegeven op 12 juli
2002;
Gelet op het protocol nr. 477 van 4 oktober
2002 houdende de conclusies van de onderhandelingen gevoerd in de
gemeenschappelijke vergadering van Sectorcomité X en van onderafdeling
"Vlaamse Gemeenschap" van afdeling 2 van het Comité voor de provinciale
en plaatselijke overheidsdiensten;
Gelet op de
beraadslaging van de Vlaamse regering op 8 november 2002, betreffende de
aanvraag om advies van de Raad van State binnen een maand;
Gelet op het advies 34.566 van de Raad van State, gegeven op 9
januari 2003, met toepassing van artikel 84, eerste lid, 1° van de
gecoördineerde wetten op de Raad van State;
Op voorstel van de Vlaamse minister van Onderwijs en
Vorming;
Na beraadslaging,
Besluit :
HOOFDSTUK I. - De loopbaanstructuur
Artikel 1.
§ 1. Het administratief en technisch
personeel van de hogescholen in de Vlaamse Gemeenschap wordt ingedeeld in
één van de hierna volgende niveaus :
1°
Niveau A;
2° Niveau B;
3° Niveau
C;
4° Niveau D.
§ 2. De personeelsleden verkrijgen
één van de graden vermeld in de tabel van de loopbaanstructuur,
opgenomen in de bijlage bij dit besluit. Het hogeschoolbestuur kan voor elke
graad de benaming van de ermee verbonden functies bepalen. De graad bepaalt de
betrekkelijke waarde van een functie binnen zijn
niveau.
Art. 2.
Elke graad wordt aangevuld met een letter
en een cijfer. De letter geeft het niveau aan, het cijfer situeert de graad in
zijn niveau.
De vier niveaus omvatten het volgende aantal
graden :
1° Niveau A :
[vijf graden, genummerd van A1 tot
A5]
;
2° Niveau B : drie graden, genummerd van B1 tot
B3;
3° Niveau C : twee graden, genummerd C1 en
C2;
4° Niveau D : twee graden, genummerd D1 en
D2.
Binnen elk niveau worden de graden genummerd volgens hun
plaats in de hiërarchie, waarbij de hoogste graad het hoogste cijfer
toegewezen krijgt.
Art. 3.
§ 1. De bekwaamheidsbewijzen die
mimimaal vereist zijn voor aanstelling, benoeming, ambtswijziging of
bevordering in of naar de hierboven vermelde niveaus zijn
:
1° niveau A : diploma academisch onderwijs of
hogescholenonderwijs van academisch niveau;
2° niveau B :
diploma hogescholenonderwijs van één
cyclus;
3° niveau C : diploma secundair
onderwijs;
4° niveau D : geen
diplomavereiste.
§ 2. De bekwaamheidsbewijzen die,
naargelang van het niveau, in aanmerking worden genomen voor de aanstelling,
benoeming, ambtswijziging of bevordering, zijn die welke zijn opgenomen in
bijlage 2 van het Vlaams personeelsstatuut.
§ 3. In afwijking van § 1 kan het
vereist bekwaamheidsbewijs vervangen worden door een aan een niveau verbonden
deskundigheid. Het personeelslid kan deze deskundigheid verwerven via
werkervaring of bijkomende vorming.
1° niveau A :
academische deskundigheid op denk- en werkniveau;
2° niveau
B : hogere administratieve en technische deskundigheid;
3°
niveau C : uitvoerende en technische deskundigheid.
Bij een
inschaling op basis van niveauverbonden deskundigheid, geeft het
hogeschoolbestuur een omstandige uiteenzetting van de gronden die de inschaling
verantwoorden. De criteria hiervoor worden vastgesteld na onderhandelingen
binnen het
hogeschoolonderhandelingscomité.
Art. 4.
De dienst-, niveau- en schaalancienniteit
worden uitgedrukt in jaren en volle kalendermaanden. Ze gaan in op de eerste
dag van een maand.
De gedeelten van maanden worden weggelaten
en de anciënniteiten gaan in dat geval in op de eerste dag van de volgende
maand.
HOOFDSTUK II. - De salarisschalen
Art. 5.
§ 1. De salarisschalen bestaan uit
:
1° een minimumsalaris;
2°
salaristrappen die het resultaat zijn van tussentijdse
salarisverhogingen;
3° een
maximumsalaris.
§ 2. De personeelsleden die de
minimumleeftijd van de salarisschaal nog niet hebben bereikt, ontvangen het
minimumsalaris.
[Voor de personeelsleden die vanaf 1 januari 2022 voor het eerst in dienst treden, geldt geen minimumleeftijd meer.
De minimumleeftijden, vermeld in de bijlage die bij dit besluit is gevoegd, zijn niet op hen van toepassing.]
Art. 6.
Aan elke graad worden één of
meer salarisschalen verbonden. Het hogeschoolbestuur bepaalt welke
salarisschaal wordt verleend, rekening houdend met de bepalingen van artikel 3
van dit besluit.
Het hogeschoolbestuur legt in een intern
reglement de criteria vast volgens welke een hogere salarisschaal binnen
eenzelfde graad kan worden toegekend. Het intern reglement dient minstens te
bepalen aan welke voorwaarden hiervoor dient te worden voldaan.
[
Art. 6/1.
Met ingang van 1 november 2024 wordt iedere vier jaar de toereikendheid beoordeeld van het
minimumsalaris van de laagste nog geldende salarisschaal in niveau D, vermeld in de bijlage. De Vlaamse minister,
bevoegd voor het onderwijs, beslist wie de beoordeling uitvoert. Bij die beoordeling wordt rekening gehouden met:
1° de koopkracht van de personeelsleden die de minimumsalarissen van de laagste nog geldende salarisschaal in
niveau D, vermeld in de bijlage, ontvangen, rekening houdend met de kosten voor levensonderhoud;
2° het algemene niveau van de wedden en lonen en de verdeling ervan;
3° het groeipercentage van de wedden en lonen;
4° nationale productiviteitsniveaus en -ontwikkelingen op lange termijn;
5° de indicatieve referentiewaarde van 50% van de gemiddelde brutowedde en het gemiddelde brutoloon.
De beoordeling, vermeld in het eerste lid, wordt door de Vlaamse minister, bevoegd voor het onderwijs, voor
advies voorgelegd aan een commissie die samengesteld is uit een afvaardiging van de representatieve vakorganisaties
en van de onderwijsverstrekkers. De commissie bezorgt uiterlijk twee maanden na de aanvraag haar advies aan de
Vlaamse minister, bevoegd voor het onderwijs.
Een afvaardiging als vermeld in het tweede lid, bestaat uit maximaal tien leden. Een personeelslid van het
beleidsdomein Onderwijs en Vorming treedt op als secretaris van de commissie.
]
Art. 7.
Elke salarisschaal behoort tot
één van de vier niveaus, aangeduid met de letters A, B, C en D.
De salarisschaal wordt verder aangeduid met cijfers. Het eerste cijfer duidt de
graad aan, het tweede cijfer geeft de plaats aan van de salarisschaal met
betrekking tot de andere salarisschalen die binnen dezelfde graad
bestaan.
Art. 8.
De graden en salarisschalen van het
administratief en technisch personeel van de hogescholen in de Vlaamse
Gemeenschap worden vanaf 1 januari 2003 vastgesteld zoals vermeld in de bijlage
bij dit besluit.
Art. 9.
Het maandsalaris schommelt met het
indexcijfer van de consumptieprijzen overeenkomstig de regels voorgeschreven
door de wet van 1 maart
1977 houdende inrichting van een stelsel waarbij sommige uitgaven
in de overheidssector aan het indexcijfer van de consumptieprijzen van het Rijk
worden gekoppeld. De bedragen van de salarisschalen vermeld in de bijlage zijn
bedragen tegen 100 % ten opzichte van het indexcijfer 138,01. Op 1 juni 2003
worden deze bedragen verhoogd met tweemaal hetzelfde nominaal bedrag als de
verhoging die werd toegepast op 1 december 2001.
HOOFDSTUK III. - Overgangs- en
slotbepalingen
Art. 10.
[...]
Art. 11.
Wervings- en bevorderingsprocedures die
voor de datum van bekendmaking van dit besluit in het Belgisch Staatsblad
gestart zijn, worden voortgezet conform de regels van het besluit van de
Vlaamse regering van 12 juni
1995 houdende vaststelling van de loopbaanstructuur en van de
salarisschalen van het administratief en technisch personeel van de hogescholen
in de Vlaamse Gemeenschap. Het hogeschoolbestuur rondt de lopende procedures
uiterlijk zes maand na de bekendmaking van dit besluit
af.
Art. 12.
Het koninklijk besluit van
1 december 1970
houdende bezoldigingsregeling van het administratief personeel, het meester-,
vak- en dienstpersoneel van de rijksinrichtingen voor kleuteronderwijs, voor
lager, buitengewoon, middelbaar, technisch, kunst- en normaalonderwijs is van
toepassing op de leden van het administratief- en technisch personeel van de
hogescholen.
Art. 13.
Artikel 13 van het besluit van de Vlaamse regering
van 12 juni 1995 houdende vaststelling van de loopbaanstructuur en van de
salarisschalen van het administratief en technisch personeel van de hogescholen
in de Vlaamse Gemeenschap wordt als volgt aangevuld :
"Op 1
december 2001 worden ze nogmaals met 1 procent
verhoogd."
Art. 14.
Het besluit van de Vlaamse regering van 12
juni 1995 houdende vaststelling van de loopbaanstructuur en van de
salarisschalen van het administratief en technisch personeel van de hogescholen
in de Vlaamse Gemeenschap wordt opgeheven.
Art. 15.
Dit besluit heeft uitwerking met ingang
van 1 januari 2003, met uitzondering van artikel 13, dat uitwerking heeft met
ingang van op 1 december 2001.
Art. 16.
De Vlaamse minister, bevoegd voor het
onderwijs, is belast met de uitvoering van dit
besluit.
Bijlage. - Tabel loopbaanstructuur en salarisschalen
administratief en technisch personeel
[Tabel loopbaanstructuur met graden en salarisschalen van het administratief en technisch personeel]
[
In de bijlage bij hetzelfde besluit, vervangen bij het besluit van de Vlaamse Regering van 30 oktober 2020, worden in de tabel de volgende wijzigingen aangebracht:
1° de rij
D1 | D11 (574) | 18 jaar | 13.744,00 | 17.171,64 | 3 x 1: 151,30
10 x 2: 270,34
1 x 13: 270,34 |
wordt vervangen door de rij
D1 | D11 (574) | 18 jaar | 14.197,90 | 17.171,64 | 1 x 5 : 270,34 9 x 2 : 270,34
1 x 13 : 270,34 |
2° de rij
D1 | D12 (575) | 18 jaar | 14.009,26 | 19.195,86 | 3 x 1: 151,30
13 x 2: 338,05 1 x 7: 338,05 |
wordt vervangen door de rij
D1 | D12 (575) | 18 jaar | 14.463,16 | 19.195,86 | 1 x 4 : 338,05
12 x 2 : 338,05 1 x 7 : 338,05 |
3° de rij
C1 | C11 (577) | 20 jaar | 14.644,68 | 19.589,08 | 3 x 1: 288,70
2 x 2: 337,07
8 x 2: 378,24
1 x 13: 378,24 |
wordt vervangen door de rij
C1 | C11 (577) | 20 jaar | 15.510,78 | 19.589,08 | 1 x 4: 337,07
1 x 2: 337,07
8 x 2: 378,24
1 x 13 : 378,24 |
]
[
In de bijlage bij het besluit van de Vlaamse regering van 21 februari 2003 houdende vaststelling van de loopbaanstructuur en van de salarisschalen van het administratief en technisch personeel van de hogescholen in de Vlaamse Gemeenschap, gewijzigd bij het besluit van de Vlaamse Regering van 22 april 2022, worden in de tabel de volgende wijzigingen aangebracht:
1° de rij
D1 | D11 (574) | 18 jaar | 14.197,90 | 17.171,64 | 1 x 4 : 270,34 9 x 2 : 270,34
1 x 13 : 270,34 |
wordt vervangen door de rij
D1 | D11 (574) | 18 jaar | 14.197,90 | 17.171,64 | 1 x 5 : 270,34 9 x 2 : 270,34
1 x 13 : 270,34 |
2° de rij
D1 | D12 (575) | 18 jaar | 14.463,16 | 19.195,86 | 1 x 4 : 338,05
12 x 2 : 338,05 1 x 7 : 338,05 |
wordt vervangen door de rij
D1 | D12 (575) | 18 jaar | 14.463,16 | 19.195,86 | 1 x 5 : 338,05
12 x 2 : 338,05 1 x 7 : 338,05 |
3° de rij
C1 | C11 (577) | 20 jaar | 15.510,78 | 19.589,08 | 1 x 4 : 337,07 1 x 2 : 337,07 8 x 2 : 378,24
1 x 13 : 378,24 |
wordt vervangen door de rij
C1 | C11 (577) | 20 jaar | 15.510,78 | 19.589,08 | 1 x 5 : 337,07 1 x 2 : 337,07 8 x 2 : 378,24
1 x 13 : 378,24 |
]