Koninklijk besluit tot oprichting van paritaire subcomités voor de bedienden van de inrichtingen van het gesubsidieerd vrij onderwijs en tot vaststelling van hun benaming en bevoegdheid

  • goedkeuringsdatum
    13 MAART 2012
  • publicatiedatum
    B.S.16/04/2012
  • datum laatste wijziging
    16/04/2012

ALBERT II, Koning der Belgen,

Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet.

Gelet op de wet van 5 december 1968 betreffende de collectieve arbeidsovereenkomsten en de paritaire comités, de artikelen 8 en 37;

Gelet op het koninklijk besluit van 20 december 1989 tot oprichting en tot vaststelling van de benaming en de bevoegdheid van het Paritair Comité voor de bedienden van de inrichtingen van het gesubsidieerd vrij onderwijs en tot vaststelling van het aantal leden ervan, gewijzigd bij het koninklijk besluit van 12 juli 2011;

Gelet op het verzoek van 12 maart 2009 van het Paritair Comité voor de bedienden van de inrichtingen van het gesubsidieerd vrij onderwijs om over te gaan tot de oprichting van een paritair subcomité voor de bedienden van de inrichtingen van het gesubsidieerd vrij onderwijs van de Vlaamse Gemeenschap en een paritair subcomité voor de bedienden van de inrichtingen van het gesubsidieerd vrij onderwijs van de Franse Gemeenschap en de Duitstalige Gemeenschap;

Gelet op het advies van het Paritair Comité voor de bedienden van de inrichtingen van het gesubsidieerd vrij onderwijs betreffende de oprichting van een paritair subcomité voor de bedienden van de inrichtingen van het gesubsidieerd vrij onderwijs van de Vlaamse Gemeenschap en een paritair subcomité voor de bedienden van de inrichtingen van het gesubsidieerd vrij onderwijs van de Franse Gemeenschap en de Duitstalige Gemeenschap, gegeven op 5 oktober 2011;

Gelet op het eensluidend advies van het Paritair Comité voor de bedienden van de inrichtingen van het gesubsidieerd vrij onderwijs betreffende de goedkeuring, door dit comité, van de collectieve arbeidsovereenkomsten, die in het paritair subcomité voor de bedienden van de inrichtingen van het gesubsidieerd vrij onderwijs van de Vlaamse Gemeenschap en het paritair subcomité voor de bedienden van de inrichtingen van het gesubsidieerd vrij onderwijs van de Franse Gemeenschap en de Duitstalige Gemeenschap gesloten zijn, gegeven op 5 oktober 2011;

Gelet op advies 50.670/1 van de Raad van State, gegeven op 20 december 2011, met toepassing van artikel 84, § 1, eerste lid, 1°, van de wetten op de Raad van State, gecoördineerd op 12 januari 1973;

Op de voordracht van de Minister van Werk,

Hebben Wij besloten en besluiten Wij :

Artikel 1.

Er worden binnen het Paritair Comité voor de bedienden van de inrichtingen van het gesubsidieerd vrij onderwijs paritaire subcomités opgericht, genaamd "Paritair Subcomité voor de bedienden van de inrichtingen van het gesubsidieerd vrij onderwijs van de Vlaamse Gemeenschap" en "Paritair Subcomité voor de bedienden van de inrichtingen van het gesubsidieerd vrij onderwijs van de Franse Gemeenschap en de Duitstalige Gemeenschap".

Art. 2.

§ 1. Het Paritair Subcomité voor de bedienden van de inrichtingen van het gesubsidieerd vrij onderwijs van de Vlaamse Gemeenschap is bevoegd voor :

1° de niet gesubsidieerde bedienden van de inrichtingen van het vrij onderwijs gesubsidieerd door de Vlaamse Gemeenschap en hun werkgevers;

2° de niet-gesubsidieerde bedienden van de internaten van het vrij onderwijs gesubsidieerd door de Vlaamse Gemeenschap en hun werkgevers.

Onder "internaten" wordt verstaan : de internaten die rechtstreeks verbonden zijn aan een inrichting voor kleuter-, lager, secundair of hoger niet-universitair onderwijs alsook de internaten, die op grond van een overeenkomst met inrichtingen voor kleuter-, lager, secundair of hoger niet-universitair onderwijs, leerlingen of studenten van deze inrichtingen herbergen.

§ 2. Het paritair subcomité is niet bevoegd voor de bedienden van de vrije universitaire instellingen.

Art. 3.

§ 1. Het Paritair Subcomité voor de bedienden van de inrichtingen van het gesubsidieerd vrij onderwijs van de Franse Gemeenschap en de Duitstalige Gemeenschap is bevoegd voor :

1° de niet-gesubsidieerde bedienden van de inrichtingen van het vrij onderwijs gesubsidieerd door de Franse Gemeenschap of de Duitstalige Gemeenschap en hun werkgevers;

2° de niet-gesubsidieerde bedienden van de internaten van het vrij onderwijs gesubsidieerd door de Franse Gemeenschap of de Duitstalige Gemeenschap en hun werkgevers.

Onder "internaten" wordt verstaan : de internaten die rechtstreeks verbonden zijn aan een inrichting voor kleuter-, lager, secundair of hoger niet-universitair onderwijs alsook de internaten, die op grond van een overeenkomst met inrichtingen voor kleuter-, lager, secundair of hoger niet-universitair onderwijs, leerlingen of studenten van deze inrichtingen herbergen;

3° de niet gesubsidieerde bedienden van de vrije psycho-medisch-sociale centra gesubsidieerd door de Franse Gemeenschap of de Duitstalige Gemeenschap en hun werkgevers;

4° de niet gesubsidieerde bedienden van de vrije beheerscentra in het basisonderwijs gesubsidieerd door de Franse Gemeenschap of de Duitstalige Gemeenschap en hun werkgevers.

§ 2. Het paritair subcomité is niet bevoegd voor de bedienden van de vrije universitaire instellingen.

Art. 4.

De collectieve arbeidsovereenkomsten, gesloten in de bij artikel 1 opgerichte paritaire subcomités, moeten niet worden goedgekeurd door het Paritair Comité voor de bedienden van de inrichtingen van het gesubsidieerd vrij onderwijs.

Art. 5.

De Minister bevoegd voor Werk is belast met de uitvoering van dit besluit.