Screening niveau onderwijstaal bij het begin van de leerplicht en taalintegratietrajecten (gewoon basisonderwijs vanaf het schooljaar 2021-2022)

  • Deze omzendbrief is enkel van toepassing op het gewoon basisonderwijs.
  • Vanaf het schooljaar 2021-2022 voeren scholen gewoon basisonderwijs voor elke leerling (met uitzondering van anderstalige nieuwkomers) bij het begin van de leerplicht een verplichte screening uit, die nagaat wat het niveau van de leerling inzake de onderwijstaal is.
  • De screening gebeurt met het KOALA-instrument in de periode 10 oktober-30 november. Dit instrument wordt vanaf het schooljaar 2023-2024 kosteloos digitaal aangeboden.
  • Het staat de school vrij om te kiezen voor de digitale versie, dan wel voor de analoge versie.
  • Scholen mogen ook zelf een digitale afname uitwerken op basis van de bestanden op Mijn Onderwijs.
  • Leerlingen voor wie de resultaten van de taalscreening aangeven dat ze het Nederlands onvoldoende beheersen, krijgen een actief taalintegratietraject Nederlands.
  • Ook andere leerlingen kunnen een taalintegratietraject opgelegd krijgen.
  • Naast het instrument van de overheid zijn ook nog andere digitale afname-instrumenten mogelijk, zolang de instructies gevolgd worden en het aanbod dus gebaseerd is op de bestanden op Mijn Onderwijs.
  • Voor de punten zorg die toegekend worden aan de basisscholen, zie punt 7.4.2 van de omzendbrief Personeelsformatie Scholen in het Gewoon Basisonderwijs (BaO/2005/09, 29/06/2005): https://data-onderwijs.vlaanderen.be/edulex/document.aspx?docid=13615#7-4 en Scholengemeenschappen Basisonderwijs omzendbrief BaO/2005/11 van 30/06/2005 (vlaanderen.be)
  • Onder voorbehoud van goedkeuring van het decreet tot wijziging van het decreet basisonderwijs van 25 februari 1997, wat betreft de taalafdeling Nederlands-Vlaamse Gebarentaal door het Vlaams Parlement en onder voorbehoud van definitieve goedkeuring van het Besluit van de Vlaamse Regering, wat betreft de taalafdeling Nederlands-Vlaamse Gebarentaal door de Vlaamse Regering, wordt een uitzondering op de KOALA-test opgenomen voor dove en slechthorende kinderen in die taalafdeling en voor leerlingen met tolkondersteuning in het gewoon onderwijs.

Naast de informatie in deze omzendbrief vindt u een lijst met veelgestelde vragen en antwoorden op de website van het Centrum voor Taal en Onderwijs, KULeuven (ontwikkelaar van het KOALA-instrument): 
https://www.arts.kuleuven.be/cto/onderzoek/onderzoek-evaluatie/taalscreening-begin-derde-kleuterklas-1/faq/koala-FAQ-start.

1. Waarom een taalscreening en taalintegratietrajecten?

Een goede kennis van de onderwijstaal1 is voor leerlingen essentieel opdat ze met goed gevolg de onderwijsactiviteiten kunnen volgen. Zonder kennis van de onderwijstaal is schools succes onmogelijk. Maximaal inzetten op de kennis van deze onderwijstaal is en blijft een belangrijke opdracht van elke school om de onderwijskansen van alle leerlingen te verhogen.

De verlaging van de aanvang van de leerplicht sinds het schooljaar 2020-2021 biedt de opportuniteit om alle leerlingen bij het begin van hun leerplicht te screenen op hun kennis van de onderwijstaal. Leerlingen die de onderwijstaal onvoldoende beheersen kunnen dan in hun laatste jaar kleuteronderwijs nog extra ondersteund worden om tegen de start van het lager onderwijs het Nederlands maximaal te verwerven.

2. Taalscreening vanaf het schooljaar 2021-2022

2.1. Voor welke leerlingen moet u een screening doen?

De screening niveau onderwijstaal is verplicht voor elke leerling in het gewoon onderwijs bij het begin van de leerplicht. Er zijn twee uitzonderingen: anderstalige nieuwkomers en dove en slechthorende leerlingen in de taalafdeling Nederlands-Vlaamse Gebarentaal/leerlingen die tolkondersteuning krijgen in het gewoon onderwijs, moeten niet gescreend worden (zie punt 2.6 en punt 2.7).

2.2. Wanneer moet de screening uitgevoerd worden?

De screening gebeurt in het eerste schooljaar van de leerplicht. Voor het merendeel van de leerlingen zal de screening dus in het kleuteronderwijs gebeuren. Voor de beperkte groep van kinderen die op 5 jaar reeds in het lager onderwijs ingestapt is, gebeurt de screening in de lagere school. De leeftijd van 5 jaar is dus bepalend voor de screening, los van in welk onderwijsniveau (kleuter- of lager onderwijs) of in welke leerlingengroep (derde kleuterklas, tweede kleuterklas, …) de leerling zich op 5 jaar bevindt.

De screening gebeurt jaarlijks in de periode van 10 oktober tot en met 30 november. Deze tijdsmarge laat toe dat scholen de screening in deze periode kunnen inplannen wanneer dit hen het best uitkomt.

Ook kunnen scholen zo rekening houden met de leeftijd van de kleuters. Zo kunnen kleuters geboren in het begin van het kalenderjaar eerder tegen 10 oktober gescreend worden, maar kan voor kleuters die later op het jaar geboren zijn de screening eerder tegen 30 november gebeuren.

Voorbeeld:

Bij de kinderen die leerplichtig worden op 1 september 2021 (d.w.z. alle kinderen geboren in 2016) en in het gewoon basisonderwijs zitten, wordt de taalscreening afgenomen in de periode van 10 oktober 2021 tot en met 30 november 2021. Ook leerlingen geboren in 2016 die nog in de tweede kleuterklas zitten, of al in het lager onderwijs, worden in de periode 10 oktober 2021 tot en met 30 november 2021 gescreend.

Aangezien 10 oktober 2021 een zondag is start de afname de facto vanaf 11 oktober 2021.

De screening kan nooit voor de inschrijving van de leerling uitgevoerd worden. De screening is geen toelatingsvoorwaarde.

2.3. Met welk instrument gebeurt de screening?

De screening gebeurt met het KOALA-instrument, dat door het Centrum voor Taal en Onderwijs (KU Leuven) in opdracht van de Vlaamse overheid ontwikkeld is.

2.4. Waar vinden scholen het screeningsinstrument KOALA?

KOALA wordt aan de scholen ter beschikking gesteld via Mijn Onderwijs, een beveiligd platform. Het instrument voor de afname op papier (met inbegrip van handleiding, instructiebundel, instructiefilmpjes en excel-formulier voor ingave van de resultaten) wordt via een beveiligd platform ter beschikking gesteld omdat het niet de bedoeling is dat het publiek verspreid wordt. Het is immers niet de bedoeling dat ouders hun kinderen op de screening voorbereiden.

De KOALA kon en kan ook digitaal afgenomen worden.

Vanaf 2023-2024 stelt de overheid een kosteloze DIGITALE KOALA ter beschikking van de scholen op volgende webpagina: koala@vlaanderen.be

U kan de app ook downloaden via https://apps.apple.com/us/app/digitale-koala/id6467654252. De google-link volgt.

Om toegang te verkrijgen maakt u gebruik van de bevestigingscode voor uw school op Mijn Onderwijs.

Het staat de school vrij de KOALA af te nemen op analoge wijze, dan wel digitaal.

De school kan ook zelf een digitaal instrument ontwikkelen. Ook softwareleveranciers en educatieve uitgeverijen kunnen KOALA-instrumenten aanbieden. De richtlijnen zoals ze op Mijn Onderwijs staan, dienen daarbij integraal te worden gevolgd.

Ook blijft voor de digitale afname dezelfde vertrouwelijkheid gelden als voor de papieren/analoge afname.

Voor alle (technische) vragen over de toegang tot KOALA op Mijn Onderwijs kan u contact opnemen met de Mijn Onderwijshelpdesk op 02 553 90 90 of mijnonderwijs@vlaanderen.be.

2.5. Kan de taalscreening ook digitaal afgenomen worden?

De overheid stelt vanaf 2023-2024 een kosteloze digitale afnamemogelijkheid ter beschikking via koala@vlaanderen.be en een app die is gepubliceerd in de Apple Appstore https://apps.apple.com/be/app/digitale-koala/id6467654252.

De link naar de Google Appstore volgt.

Ook stelt de overheid aan de softwareleveranciers en educatieve uitgeverijen die dit wensen het nodige materiaal ter beschikking om een digitale afname mogelijk te kunnen maken.

Om te weten of uw softwareleverancier een digitale afname op tablet mogelijk maakt, neemt u rechtstreeks contact op met uw softwareleverancier.

2.6. Waarom moeten anderstalige nieuwkomers niet gescreend worden?

Leerlingen die beantwoorden aan de definitie van anderstalige nieuwkomers zoals opgenomen in het decreet basisonderwijs krijgen hoe dan ook een actief taalintegratietraject Nederlands (in beginsel een taalbad of een volwaardig alternatief dat dezelfde resultaten bereikt).

2.7. Dove en slechthorende leerlingen in de taalafdeling Nederlands-Vlaamse Gebarentaal/ leerlingen die tolkondersteuning krijgen

Voor dove en slechthorende leerlingen in de taalafdeling Nederlands-Vlaamse Gebarentaal en leerlingen die tolkondersteuning krijgen in het gewoon onderwijs (buiten de taalafdeling Nederlands-Vlaamse Gebarentaal) is de taalscreening niet verplicht. Zij moeten ook geen taalintegratietraject volgen. Voor meer info zie: omzendbrief BaO/2024/01.

2.8. Wat met leerlingen die na 30 november van hun eerste jaar leerplicht in het Vlaams gewoon onderwijs instromen?

Deze leerlingen moeten niet gescreend worden met het KOALA-instrument. KOALA is immers ontwikkeld met het oog op afname in een welbepaalde periode (10 oktober-30 november). De school kan voor leerlingen die na 30 november instromen, op basis van een eigen inschatting, wel beslissen dat de leerling een taalintegratietraject moet volgen (zie punt 3.8).

2.9. Kunnen ouders de taalscreening weigeren?

Neen. De school is decretaal verplicht de taalscreening uit te voeren. Ouders kunnen deze screening van hun kind niet weigeren. De taalscreening is in het belang van de leerling, want op basis van de resultaten van de taalscreening kunnen scholen een aangepast traject uittekenen zodat het kind de onderwijstaal beter kan verwerven.

2.10. Wat is het resultaat van de taalscreening?

KOALA geeft een indicatie van het taalvaardigheidsniveau van de kleuter en is voorzien van twee cesuren. De eerste cesuur identificeert kleuters die mogelijk extra ondersteuningsmaatregelen nodig hebben (cesuur 1 – oranje zone); de tweede cesuur identificeert kleuters die waarschijnlijk intensieve extra ondersteuningsmaatregelen nodig hebben (cesuur 2 – rode zone).

Op basis van de resultaten van de taalscreening zullen leerlingen die het Nederlands onvoldoende beheersen vanaf het schooljaar 2021-2022 een actief taalintegratietraject Nederlands moeten volgen met in beginsel een taalbad, of een volwaardig alternatief dat dezelfde resultaten bereikt.

2.11. Kan een school ook andere kennis over de leerling meenemen dan louter het KOALA-resultaat?

Op basis van de KOALA, in samenhang met diagnostische informatie bekomen in de kleuterklas, weet de school welke leerlingen het Nederlands onvoldoende beheersen en daarom extra impulsen voor taalstimulering behoeven. Diagnostische informatie bekomen in de kleuterklas mag meegenomen worden bij het interpreteren van de KOALA-resultaten.

3. Taalintegratietrajecten (taalbad of volwaardig alternatief) vanaf het schooljaar 2021-2022

3.1. Wat bedoelen we met taalintegratietrajecten?

Een taalintegratietraject is in beginsel een taalbad, of een volwaardig alternatief dat dezelfde resultaten bereikt.

Met taalbad bedoelen we intensieve onderwijsactiviteiten die tot doel hebben de leerling door onderdompeling in de onderwijstaal deze onderwijstaal te laten verwerven, in functie van een snelle integratie in de reguliere onderwijsactiviteiten. Het taalbad kan een voltijds traject zijn, maar kan ook deeltijds zijn.

Voor inspiratie over hoe taalintegratietrajecten ingevuld kunnen worden is er in opdracht van de overheid een praktijkgids ontwikkeld.

3.2. Hoe lang kan een taalintegratietraject duren?

Dit is niet bepaald door de regelgeving. Wel kan een leerling gedurende het basisonderwijs maximaal één schooljaar een voltijds taalbad of voltijds gelijkwaardig alternatief volgen. Daarna kan het taalintegratietraject wel deeltijds verder lopen.

De leerkracht die het onderwijs in het taalintegratietraject verstrekt, moet betrokken worden bij de beslissing over de duur en intensiteit van het taalintegratietraject.

3.3. Kan een ouder weigeren dat zijn/haar kind een taalintegratietraject moet volgen?

Neen, dit is een beslissing van de school. De school heeft immers de decretale verplichting om leerlingen die onvoldoende taalvaardigheid Nederlands hebben een taalintegratietraject te laten volgen.

3.4. Wie organiseert het taalintegratietraject?

Scholen kunnen elk taalintegratietraject, dus ook het taalbad, individueel of gezamenlijk organiseren. Het kan ook netoverschrijdend georganiseerd worden.

Wanneer scholen het taalintegratietraject gezamenlijk organiseren, moet er wederzijdse samenwerking zijn tussen de school van inschrijving en de school die het taalintegratietraject aan de leerling verstrekt. Dat houdt onder andere in het organiseren van het vervoer van de ingeschreven leerling naar de school waar het taalintegratietraject wordt georganiseerd, de communicatie tussen de school van inschrijving en de school waar het taalintegratietraject wordt georganiseerd, en het opvolgen van de leerling die het taalintegratietraject volgt door de school waar de leerling is ingeschreven. Na het taalintegratietraject integreert de leerling zich desgevallend in de school van inschrijving waar hij/zij de reguliere onderwijsactiviteiten volgt.

3.5. Krijgt een school bijkomende lestijden voor het organiseren van een taalbad?

3.5.1. Punten zorg

Voor de taalintegratietrajecten van de 5-jarigen ontvangen scholen vanaf het schooljaar 2021-2022 extra middelen onder de vorm van extra zorgpunten. Voor alle informatie hieromtrent, zie de omzendbrief m.b.t. de omkadering in het gewoon basisonderwijs en Scholengemeenschappen Basisonderwijs omzendbrief BaO/2005/11 van 30/06/2005 (vlaanderen.be).

3.5.2. Extra werkingsbudget voor een offensief Nederlands voor leerlingen in het gewoon lager onderwijs die het Nederlands onvoldoende beheersen

Er wordt een extra werkingsbudget voorzien in het gewoon lager onderwijs voor een offensief Nederlands voor leerlingen die het Nederlands onvoldoende beheersen. Dit werkingsbudget kan ook aangewend worden voor het aanstellen van personeel. Voor meer informatie zie de omzendbrief "Het werkingsbudget in het basisonderwijs".

3.6. Is het inrichten van een taalbad een herstructurering?

Het inrichten van een taalintegratietraject is niet te beschouwen als een herstructurering.

3.7. Waar tellen de leerlingen die een taalintegratietraject volgen?

De leerlingen die een taalintegratietraject volgen, tellen (alleen) mee voor financiering of subsidiëring in de school waar ze zijn ingeschreven op de teldag. De leerling behoudt het statuut van regelmatige leerling ook al neemt hij/zij deel aan het taalintegratietraject dat in een andere school wordt aangeboden.

3.8. Kunnen taalintegratietrajecten enkel opgelegd worden aan leerlingen die de taalscreening afgelegd hebben?

Ook voor leerlingen die pas na de afname van de taalscreening in het gewoon onderwijs instromen en onvoldoende het Nederlands beheersen om de lessen te kunnen volgen, kan de school beslissen dat zij een taalintegratietraject moeten volgen. Ook anderstalige nieuwkomers krijgen hoe dan ook een taalintegratietraject.

Taalintegratietrajecten kunnen vanaf het schooljaar 2021-2022 ook een voorwaarde zijn om tot het gewoon lager onderwijs toegelaten te worden. Deze informatie wordt opgenomen in de omzendbrief "Toelatingsvoorwaarden leerlingen in het gewoon basisonderwijs".

- (1):          Voor de door de Vlaamse overheid erkende scholen is de onderwijstaal het Nederlands, met uitzondering van de scholen in de faciliteitengemeenten, waar de onderwijstaal het Frans kan zijn.