Loopbaanonderbreking voor mantelzorg

  • referentie
    PERS/2020/03
  • publicatiedatum
    19/06/2020
  • datum laatste wijziging
    21/03/2024
  • opheffing
    Besluit van de Vlaamse Regering van 9 september 2011 betreffende de loopbaanonderbreking van de personeelsleden van het onderwijs en de centra voor leerlingenbegeleiding
  • opheffing
    Koninklijk besluit van 16 juni 2020 tot uitvoering van de wet van 12 mei 2014 betreffende de erkenning van de mantelzorger en de toekenning van sociale rechten aan de mantelzorger
  • Als de zorgbehoevende persoon voor wie de mantelzorger zorgt overlijdt, kan het personeelslid zijn aangevraagde periode van loopbaanonderbreking voor mantelzorg verder zetten als het bevoegd bestuur daarmee instemt.

Vooraleer u deze omzendbrief doorneemt, kan het nuttig zijn om na te gaan of dit verlofstelsel op uw situatie van toepassing is. Wil u daarover duidelijkheid, dan kan u via de online toepassing nagaan welk verlofstelsel opgenomen kan worden naargelang uw situatie.

1. Waarover gaat deze omzendbrief?

Deze omzendbrief gaat over de loopbaanonderbreking voor mantelzorg. Samen met de loopbaanonderbreking voor ouderschapsverlof, de loopbaanonderbreking voor medische bijstand en de loopbaanonderbreking voor palliatieve zorgen is het een specifiek stelsel van loopbaanonderbreking.

De wet van 17 mei 2019 tot erkenning van de mantelzorgers heeft wijzigingen aangebracht aan de Herstelwet van 22 januari 1985 houdende sociale bepalingen, waardoor een nieuw thematisch verlof in het leven is geroepen: het verlof voor erkende mantelzorgers. Deze wet is in werking getreden op 1 oktober 2019.

Een personeelslid dat dit nieuw verlof voor mantelzorg wil opnemen moet voldoen aan een aantal voorwaarden. Hij moet onder meer erkend zijn als mantelzorger.

Het koninklijk besluit van 16 juni 2020 tot uitvoering van de wet van 12 mei 2014 betreffende de erkenning van de mantelzorger en de toekenning van sociale rechten aan de mantelzorger regelt de erkenning van de mantelzorger, waardoor het mogelijk wordt om vanaf 1 september 2020 de loopbaanonderbreking voor mantelzorg op te nemen.

In het besluit van de Vlaamse Regering van 9 september 2011 betreffende de loopbaanonderbreking van de personeelsleden van het onderwijs en de centra voor leerlingenbegeleiding is de rechtsgrond opgenomen om aan de personeelsleden van het onderwijs ook de mogelijkheid te geven een verlof voor mantelzorg op te nemen.

2. Wie kan een loopbaanonderbreking voor mantelzorg nemen?

Volgende personeelscategorieën hebben recht op loopbaanonderbreking voor mantelzorg:

1° de personeelsleden, vermeld in artikel 2, §1, van het decreet van 27 maart 1991 betreffende de rechtspositie van bepaalde personeelsleden van het gemeenschapsonderwijs;

2° de personeelsleden, vermeld in artikel 4, §1, van het decreet van 27 maart 1991 betreffende de rechtspositie van sommige personeelsleden van het gesubsidieerd onderwijs en de gesubsidieerde centra voor leerlingenbegeleiding;

3° de leden van de inspectie, vermeld in artikel 61 van het decreet van 8 mei 2009 betreffende de kwaliteit van onderwijs;

4° de personeelsleden, vermeld in artikel 10 van het decreet van 1 december 1993 betreffende de inspectie en de begeleiding van de levensbeschouwelijke vakken

5° de personeelsleden, vermeld in artikel 3 van het decreet van 7 juli 2017 betreffende de rechtspositie van de personeelsleden in de basiseducatie.

3. Wat is het?

Personeelsleden die erkend mantelzorger zijn van een zorgbehoevende persoon, hebben het recht om hun loopbaan volledig of gedeeltelijk te onderbreken voor mantelzorg.

Een erkend mantelzorger is een persoon van wie de hoedanigheid van mantelzorger erkend is conform hoofdstuk 3 van de wet van 12 mei 2014 betreffende de erkenning van de mantelzorger.

Om een erkenning als mantelzorger te krijgen, moet het personeelslid onder meer een vertrouwensrelatie of een nauwe, affectieve of geografische relatie hebben opgebouwd met de geholpen persoon, moet hij een bestendig en daadwerkelijk verblijf hebben in België en moet hij ingeschreven zijn in het bevolkings- of vreemdelingenregister. De bijstand en hulp mogen niet beroepshalve worden verleend en moeten kosteloos en in samenwerking met ten minste een professionele zorgverlener worden verstrekt.

Om erkend te worden als mantelzorger moet het personeelslid een aanvraag indienen bij het ziekenfonds, dat zal beslissen over de aanvraag.

4. Recht of gunst?

De loopbaanonderbreking voor mantelzorg is een recht. Het bevoegd bestuur kan de loopbaanonderbreking voor mantelzorg niet weigeren.

5. Voor welk volume kan een personeelslid een loopbaanonderbreking voor mantelzorg nemen?

Tijdens de gewone loopbaanonderbreking voor mantelzorg kan het personeelslid de arbeidsprestaties:

1°volledig onderbreken;

2°verminderen tot een halftijdse betrekking;

3°verminderen met een vijfde van een voltijdse betrekking.

5.1. Voltijdse loopbaanonderbreking voor mantelzorg

Voor een voltijdse loopbaanonderbreking voor mantelzorg gelden geen voorwaarden met betrekking tot het volume van de prestaties.

Voorbeeld:

Een personeelslid heeft een aanstelling van 8/20 in het secundair onderwijs. Het kan een volledige loopbaanonderbreking voor mantelzorg nemen voor 8/20.

Opgelet: er gelden geen voorwaarden met betrekking tot het volume van de prestaties in de onderwijsreglementering. De RVA heeft echter wel regels met betrekking tot de cumulatie met een onderbrekingsuitkering (zie punt 13). Die bepalen onder meer dat wanneer iemand een bijkomende activiteit als loontrekkende uitoefent naast zijn loopbaanonderbreking, de tewerkstellingsbreuk van de activiteit in loondienst niet groter mag zijn dan die van de betrekking waarvan de uitvoering geschorst wordt of waarin de arbeidsprestaties verminderd worden.

Voorbeeld:

Een personeelslid heeft een aanstelling van 8/20 in het deeltijds kunstonderwijs en is daarnaast halftijds tewerkgesteld bij de gemeente. Het kan geen volledige loopbaanonderbreking voor mantelzorg nemen voor 8/20, omdat de bijkomende activiteit als loontrekkende groter is dan de prestaties waarvoor het personeelslid loopbaanonderbreking wenst te nemen.

5.2. Halftijdse loopbaanonderbreking voor mantelzorg

Wie een halftijdse loopbaanonderbreking voor mantelzorg neemt, moet

1° aangesteld zijn in een ambt met volledige prestaties;

2° één of meer betrekkingen blijven uitoefenen die samen de helft van het aantal prestatie-eenheden omvatten die vereist zijn voor een ambt met volledige prestaties. De nog te verrichten prestaties moeten altijd worden afgerond naar de hogere eenheid, naar gelang van het geval, tot een volledige lestijd of tot een volledig uur.

Voorbeeld 1

Een personeelslid is 14/20 vastbenoemd en 4/20 tijdelijk. Het kan geen halftijdse loopbaanonderbreking voor mantelzorg nemen, omdat het personeelslid geen ambt met volledige prestaties uitoefent.

Voorbeeld 2

Een personeelslid is 24/24 vastbenoemd. Het kan een halftijdse loopbaanonderbreking voor mantelzorg opnemen. Het neemt een loopbaanonderbreking voor 12/24 en blijft 12/24 uitoefenen.

5.3. Loopbaanonderbreking met een vijfde voor mantelzorg

Wie een loopbaanonderbreking met een vijfde voor mantelzorg neemt, moet

1° aangesteld zijn in een ambt met volledige prestaties;

2° een of meer betrekkingen blijven uitoefenen die samen vier vijfde van het aantal prestatie-eenheden omvatten die vereist zijn voor een ambt met volledige prestaties. De nog te verrichten prestaties moeten altijd worden afgerond naar de hogere eenheid, naar gelang van het geval, tot een volledige lestijd of tot een volledig uur.

Voorbeeld 1

Een personeelslid is 14/20 vastbenoemd en 4/20 tijdelijk. Het kan geen loopbaanonderbreking met een vijfde voor mantelzorg nemen, omdat het personeelslid geen ambt met volledige prestaties uitoefent.

Voorbeeld 2

Een personeelslid is 10/20 vastbenoemd en 10/20 tijdelijk. Het kan een loopbaanonderbreking met een vijfde voor mantelzorg nemen. Daarbij zijn verschillende mogelijkheden:

Het personeelslid neemt voor 4/20 van de vastbenoemde uren loopbaanonderbreking voor mantelzorg en blijft 6/20 van de vastbenoemde uren en 10/20 tijdelijke uren presteren.

Het personeelslid neemt voor 2/20 van de vastbenoemde uren en voor 2/20 van de tijdelijke uren loopbaanonderbreking voor mantelzorg en blijft 8/20 van de tijdelijke uren en 8/20 van de vastbenoemde uren presteren.

5.4. Bijzonderheden met betrekking tot de prestaties bij loopbaanonderbreking voor mantelzorg

5.4.1. Het personeelslid is ter beschikking gesteld wegens ontstentenis van betrekking

Het aantal prestatie-eenheden waarvoor het personeelslid op basis van het besluit van de Vlaamse Regering van 29 april 1992 betreffende de verdeling van betrekkingen, de terbeschikkingstelling wegens ontstentenis van betrekking, de reaffectatie, de wedertewerkstelling en de toekenning van een wachtgeld of wachtgeldtoelage, ter beschikking is gesteld wegens ontstentenis van betrekking en waarvoor het niet gereaffecteerd of wedertewerkgesteld is, kan zowel in aanmerking worden genomen als prestatie-eenheden waarop de loopbaanonderbreking voor mantelzorg genomen kan worden, als als prestatie-eenheden die het personeelslid nog moet blijven uitoefenen.

Als het personeelslid ter beschikking gesteld is wegens gedeeltelijke ontstentenis van betrekking op het ogenblik dat het de arbeidsprestaties vermindert, worden eerst de prestatie-eenheden in aanmerking genomen waarvoor het personeelslid ter beschikking gesteld is wegens ontstentenis van betrekking en waarvoor het niet gereaffecteerd of wedertewerkgesteld is, en vervolgens de prestatie-eenheden waarvoor het wel gereaffecteerd of wedertewerkgesteld is in een niet-organieke betrekking.De opname van een loopbaanonderbreking doet op geen enkele manier afbreuk aan de reaffectatieverplichtingen van het schoolbestuur/de scholengemeenschap.

Voorbeeld 1:

Een personeelslid heeft een opdracht van 16/22 en wordt ter beschikking gesteld voor 16/22. Het kan een volledige loopbaanonderbreking voor mantelzorg nemen voor 16/22. De reaffectatieverplichtingen blijven gelden voor de uren waarop het personeelslid loopbaanonderbreking neemt..

Voorbeeld 2:

Een personeelslid heeft een vastbenoemde opdracht 24/24. Het personeelslid is ter beschikking gesteld voor 6/24 en blijft nog 18/24 presteren.

Het kan een halftijdse loopbaanonderbreking voor mantelzorg nemen voor 12/24 en blijft 12/24 presteren.De reaffectatieverplichtingen blijven gelden voor de uren waarop het personeelslid loopbaanonderbreking neemt.

Voorbeeld 3:

Een personeelslid heeft een vastbenoemde opdracht 21/21. Het personeelslid is ter beschikking gesteld voor 10/21 en blijft nog 11/21 presteren.

Het kan een halftijdse loopbaanonderbreking voor mantelzorg nemen voor 10/21 in de uren waarin het ter beschikking is gesteld en het blijft 11/21 presteren.De reaffectatieverplichtingen blijven gelden voor de uren waarop het personeelslid loopbaanonderbreking neemt.

5.4.2. Het personeelslid presteert in een hogeschool

Bij de opname van een loopbaanonderbreking voor mantelzorg wordt eveneens rekening gehouden met de prestaties in instellingen voor hoger onderwijs.

Concreet betekent dat dat de prestaties geleverd in hogescholen mee in aanmerking genomen worden voor het vaststellen van:

- de prestaties die het personeelslid moet blijven uitoefenen in geval van een halftijdse loopbaanonderbreking voor mantelzorg of loopbaanonderbreking voor mantelzorg met een vijfde;

- het opdrachtvolume waarvoor de loopbaanonderbreking voor mantelzorg genomen wordt.

Voorbeeld 1

Een personeelslid oefent een opdracht uit van 10/20 in het secundair onderwijs + 50% in een hogeschool.

Mogelijkheden voor mantelzorg :

-Voltijdse loopbaanonderbreking voor mantelzorg is mogelijk: alle uren vallen weg.

- Halftijdse loopbaanonderbreking voor mantelzorg is mogelijk: verschillende combinaties zijn mogelijk, zolang het personeelslid exact de helft van een fulltime opdracht blijft presteren, bv. :

10/20 (sec. ond .) LBOPZ en 50 % (hogescholen) presteren;

50% (hogescholen) LBOPZ en 10/20 (sec. ond .) presteren;

5/20 (sec. ond .) + 25% (hogescholen LBOPZ en 5/20 (sec. ond .) + 25% (hogescholen) presteren;

3/20 (sec. ond .) + 35% (hogescholen) HLBO en 7/20 (sec. ond .) + 15% (hogescholen) presteren;

enz. ...

  • 4/5de loopbaanonderbreking voor mantelzorg is mogelijk: verschillende combinaties zijn mogelijk, zolang het personeelslid exact vier vijfde van een fulltime opdracht blijft presteren, bv.:

4/20 (sec. ond .) LBOPZ en 6/20 ( sec.ond .) + 50% (hogeschool) blijven presteren;

20% (hogeschool) LBOPZ en 10/20 (sec. ond .) + 30% (hogeschool) blijven presteren;

enz.

Voorbeeld 2

Een personeelslid oefent een opdracht uit van 6/20 in het secundair onderwijs + 50% in de hogeschool.

- Voltijdse loopbaanonderbreking voor mantelzorg is mogelijk: alle uren vallen weg.

- Halftijdse loopbaanonderbreking voor mantelzorg is niet mogelijk, aangezien het personeelslid geen fulltime betrekking uitoefent.

- 4/5de loopbaanonderbreking voor mantelzorg is niet mogelijk, aangezien het personeelslid geen fulltime betrekking uitoefent.

5.4.3. Het personeelslid oefent elders prestaties uit die gelijkgesteld worden met prestaties in onderwijs

Voor het bepalen van de wekelijkse prestaties die moeten verricht worden bij een halftijdse loopbaanonderbreking voor mantelzorg of een loopbaanonderbreking voor mantelzorg met vier vijfde, worden eveneens in aanmerking genomen:

1° de prestaties, verstrekt door personeelsleden met verlof wegens bijzondere opdracht of verlof wegens opdracht als vermeld in artikel 51quater, § 2 en § 3, van het decreet rechtspositie personeelsleden gesubsidieerd onderwijs van 27 maart 1991, artikel 77quater, § 2 en § 3 van het decreet rechtspositie personeelsleden gemeenschapsonderwijs van 27 maart 1991 en van hoofdstuk 12, afdeling 2, van het decreet van 7 juli 2017 betreffende de rechtspositie van de personeelsleden in de basiseducatie;

2° de prestaties, verstrekt door de personeelsleden met verlof wegens vakbondsopdracht, vermeld in artikel 17 van de wet van 19 december 1974 tot regeling van de betrekkingen tussen de overheid en de vakbonden van haar personeel en artikel 77 van het koninklijk besluit van 28 september 1984 tot uitvoering van de wet van 19 december 1974 tot regeling van de betrekkingen tussen de overheid en de vakbonden van haar personeel;

3° de prestaties, verstrekt in het kader van de begeleiding en ondersteuning van de scholen en de centra voor leerlingenbegeleiding bij de implementatie van het decreet van 28 juni 2002 betreffende gelijke onderwijskansen I, vermeld in artikel VI.21 van dit decreet;

4° de prestaties, verstrekt ten behoeve van in de wetgevende vergaderingen van de Staat en van de gemeenschappen of de gewesten erkende politieke groepen, respectievelijk ten behoeve van de voorzitters van die groepen, vermeld in artikel 2 van het besluit van de Vlaamse Regering van 19 december 1991 betreffende het verlof dat aan de personeelsleden van het onderwijs en de centra voor leerlingenbegeleiding wordt verleend voor het verrichten van bepaalde prestaties ten behoeve van in de wetgevende vergaderingen van de Staat en van de gemeenschappen of de gewesten erkende politieke groepen, respectievelijk ten behoeve van de voorzitters van die groepen;

5° de prestaties, verstrekt door de personeelsleden met verlof, vermeld in artikel 2 van het koninklijk besluit van 21 november 1980 betreffende het verlof toegekend aan bepaalde, ter beschikking van de Koning gestelde personeelsleden van de Rijksdiensten;

6° de prestaties, verstrekt door personeelsleden in een ministerieel kabinet van een lid van een gemeenschaps- of gewestregering, van een lid van de federale regering of van een gewestelijk staatssecretaris, en bij een secretariaat, de cel algemene beleidscoördinatie en een cel algemeen beleid bij een lid van de federale regering, vermeld in artikel 2 van het besluit van de Vlaamse Regering van 28 juli 1995 betreffende het verlof om een ambt uit te oefenen in een ministerieel kabinet van een lid van een gemeenschaps- of gewestregering, van een lid van de federale regering of van een gewestelijk staatssecretaris, en bij een secretariaat, de cel algemene beleidscoördinatie en een cel algemeen beleid bij een lid van de federale regering door personeelsleden van het onderwijs en van de centra voor leerlingenbegeleiding;

7° de prestaties, verstrekt door personeelsleden als medewerker, door een regeringslid ter beschikking gesteld van zijn voorganger, vermeld in artikel 8, derde lid, van het koninklijk besluit van 19 juli 2001 betreffende de invulling van de beleidsorganen van de federale overheidsdiensten en betreffende de personeelsleden van de federale overheidsdiensten aangewezen om deel uit te maken van een kabinet van een lid van een regering of van een college van een gemeenschap of een gewest;

8° de prestaties, verstrekt door een personeelslid ter ondersteuning van het college van commissarissen van de Vlaamse Regering bij de hogescholen, vermeld in artikel 245, §2, van het decreet van 13 juli 1994 betreffende de hogescholen in de Vlaamse Gemeenschap;

9° de prestaties, verstrekt door de personeelsleden met verlof vermeld in artikel 166, §1, van het decreet Basisonderwijs van 25 februari 1997;

10° de prestaties, verstrekt door de personeelsleden met verlof, vermeld in artikel 53 van het decreet van 5 april 1995 tot oprichting van de onderhandelingscomités in het vrij gesubsidieerd onderwijs;

11° de prestaties, verstrekt door de personeelsleden met verlof, vermeld in artikel 156 van het decreet van 14 juli 1998 houdende diverse maatregelen met betrekking tot het secundair onderwijs en tot wijziging van het decreet van 25 februari 1997 betreffende het basisonderwijs;

12° de prestaties, verstrekt door personeelsleden belast met een opdracht aan een hogeschool, vermeld in artikel 2, 39°, van het decreet van 13 juli 1994 betreffende de hogescholen in de Vlaamse Gemeenschap. De ambten, uitgeoefend in de hogescholen, worden steeds beschouwd als hoofdambt.

6. Wat als het personeelslid een andere dienstonderbreking neemt?

Het ziekteverlof, het verlof voor verminderde prestaties wegens ziekte, de afwezigheid aangepaste arbeid ziekenfonds, het bevallingsverlof, het verlof voor verminderde prestaties wegens arbeidsongeval, de afwezigheid wegens arbeidsongeval, wegens ongeval op weg naar en van het werk, wegens beroepsziekte, de terbeschikkingstelling wegens ziekte, de afwezigheid wegens een bedreiging door een beroepsziekte, het verlof wegens moederschapsbescherming en heirkracht, maken geen einde aan de loopbaanonderbreking voor mantelzorg.

Andere dienstonderbrekingen dan de hierboven opgesomde kunnen niet gecombineerd worden met een loopbaanonderbreking voor mantelzorg.

Uitzondering: een personeelslid dat een afwezigheid voor verminderde prestaties opneemt om tijdelijk een andere opdracht binnen onderwijs uit te oefenen, kan de loopbaanonderbreking voor mantelzorg combineren met de afwezigheid voor verminderde prestaties, op voorwaarde dat het tijdens de afwezigheid één of meer betrekkingen blijft uitoefenen die samen de helft of vier vijfde van het aantal prestatie-eenheden omvatten die vereist zijn voor een ambt met volledige prestaties.

Opgelet: personeelsleden die een gedeeltelijke loopbaanonderbreking vanaf de leeftijd van 50 of 55 jaar genieten en een loopbaanonderbreking voor mantelzorg opnemen, kunnen nadien hun gedeeltelijke loopbaanonderbreking vanaf de leeftijd van 50 of 55 jaar niet meer verderzetten.

7. Wanneer begint de loopbaanonderbreking voor mantelzorg?

Een loopbaanonderbreking voor mantelzorg heeft geen vaste begindatum. Een personeelslid dat een loopbaanonderbreking voor mantelzorg wil opnemen, deelt dat mee aan het bevoegd bestuur. De loopbaanonderbreking voor mantelzorg begint de eerste dag van de week die volgt op de week waarin de mededeling is gedaan. Ze kan ook eerder ingaan als het bevoegd bestuur daarmee instemt.

Voorbeeld

Een personeelslid deelt op woensdag 13 januari 2021 aan zijn bevoegd bestuur mee dat het een volledige loopbaanonderbreking wenst te nemen voor het verstrekken van mantelzorg.

De VLBO voor mantelzorg gaat in op maandag 18 januari 2021.

Opmerking: de VLBO voor mantelzorg kan bv. ook ingaan op donderdag 14 januari 2021, als het bevoegd bestuur hiermee akkoord gaat.

8. Wanneer eindigt de loopbaanonderbreking voor mantelzorg?

De loopbaanonderbreking voor mantelzorg eindigt na afloop van de aangevraagde periode. De volledige loopbaanonderbreking voor mantelzorg wordt aangevraagd per maand of een veelvoud daarvan. De gedeeltelijke loopbaanonderbreking voor mantelzorg wordt aangevraagd per twee maanden of een veelvoud daarvan. (…)

Voor tijdelijke personeelsleden die de beroepsloopbaan onderbreken voor mantelzorg, eindigt dat verlof in ieder geval als hun aanstelling eindigt.

De loopbaanonderbreking voor mantelzorg eindigt eveneens als de zorgbehoevende persoon voor wie de loopbaanonderbreking werd opgenomen overlijdt. In dat geval eindigt immers ook de erkenning als mantelzorger. Het is mogelijk om na het overlijden de loopbaanonderbreking voor mantelzorg toch verder te zetten gedurende de aangevraagde periode, op voorwaarde dat het bevoegd bestuur daarmee instemt. Het personeelslid meldt het overlijden aan de RVA en voegt een akkoord van het bevoegd bestuur toe als het de loopbaanonderbreking wil verder zetten.

Voorbeeld 1

Een personeelslid vraagt een volledige loopbaanonderbreking voor mantelzorg voor één maand. De loopbaanonderbreking begint op 18 januari 2021 en eindigt op 17 februari 2021.

Voorbeeld 2

Een personeelslid vraagt een gedeeltelijke loopbaanonderbreking voor mantelzorg voor zes maanden. De loopbaanonderbreking begint op 1 september 2022 en eindigt op 28 februari 2023.

9. Wat is de totale duur van de loopbaanonderbreking voor mantelzorg?

Een personeelslid heeft recht op

-drie maanden voltijdse loopbaanonderbreking per zorgbehoevende persoon, op te nemen in periodes van een maand of een veelvoud daarvan; of

-zes maanden gedeeltelijke loopbaanonderbreking per zorgbehoevende persoon, op te nemen in periodes van twee maanden of een veelvoud daarvan. De gedeeltelijke loopbaanonderbreking kan zowel een halftijdse loopbaanonderbreking als een loopbaanonderbreking met een vijfde zijn.

Het personeelslid heeft over zijn gehele beroepsloopbaan recht op:

  • maximaal 6 maanden volledige loopbaanonderbreking voor mantelzorg
    of
  • maximaal 12 maanden gedeeltelijke loopbaanonderbreking voor mantelzorg. Onder gedeeltelijke loopbaanonderbreking vallen zowel de halftijdse loopbaanonderbreking als de loopbaanonderbreking met een vijfde.

Daarbij geldt dat één maand volledige loopbaanonderbreking overeenkomt met twee maanden gedeeltelijke loopbaanonderbreking.

10. Kan de loopbaanonderbreking voor mantelzorg vervroegd worden stopgezet?

Om uitzonderlijke redenen kan het personeelslid dat zijn loopbaan onderbroken heeft voor mantelzorg, van het bevoegd bestuur de toelating krijgen om zijn ambt opnieuw op te nemen of opnieuw volledig uit te oefenen vooraleer de periode van onderbreking van de beroepsloopbaan verstreken is.

Voor de personeelsleden van de inspectie en van de dienst Curriculum wordt die opzegging via hiërarchische weg gericht aan de Vlaamse Regering.

Opgelet: De loopbaanonderbreking voor mantelzorg kan niet vroegtijdig worden stopgezet om één van de volgende dienstonderbrekingen op te nemen:

ziekteverlof, verlof voor verminderde prestaties wegens ziekte, bevallingsverlof, verlof voor verminderde prestaties wegens arbeidsongeval, afwezigheid wegens arbeidsongeval, wegens ongeval op weg naar en van het werk, wegens beroepsziekte, terbeschikkingstelling wegens ziekte, afwezigheid wegens een bedreiging door een beroepsziekte en verlof wegens moederschapsbescherming en heirkracht.

Het is mogelijk om over te stappen van een loopbaanonderbreking voor mantelzorg naar een ander specifiek stelsel van loopbaanonderbreking, nl. voor ouderschapsverlof, voor medische bijstand of voor palliatieve zorgen of naar hetzelfde specifiek stelsel, nl. loopbaanonderbreking voor mantelzorg voor een ander volume. In dat geval moet het personeelslid het werk niet hervatten. Het volstaat om een nieuwe aanvraag voor een specifiek stelsel van loopbaanonderbreking in te dienen bij de RVA. Ook bij een overstap naar zorgkrediet moet het personeelslid het werk niet hervatten. In dat geval moet het personeelslid een aanvraag voor zorgkrediet indienen bij het departement WSE.

Nadat het personeelslid de toelating heeft gekregen van het bevoegd bestuur of van de Vlaamse Regering (voor de leden van de inspectie en van de dienst Curriculum) om zijn loopbaanonderbreking vervroegd te beëindigen, brengt het personeelslid de RVA op de hoogte van de datum van stopzetting met het formulier “Aangifte van een wijziging betreffende de gegevens loopbaanonderbreking / tijdskrediet / thematisch verlof”.

11. Wat is de administratieve stand van het personeelslid?

Tijdens de onderbreking van zijn beroepsloopbaan is het personeelslid met verlof. Dat verlof wordt voor het overige met een periode van dienstactiviteit gelijkgesteld. Dat houdt in dat die periode in aanmerking komt voor de vaststelling van de administratieve en geldelijke anciënniteit.

12. Hoeveel bedraagt het salaris?

Het personeelslid ontvangt geen salaris voor de prestaties waarvoor het een loopbaanonderbreking voor mantelzorg neemt. Het krijgt wel een onderbrekingsuitkering van de RVA.

Alle info over de onderbrekingsuitkeringen vindt u op de website van de RVA.

13. Mag het personeelslid cumuleren tijdens de loopbaanonderbreking voor mantelzorg?

Om recht te hebben op een onderbrekingsuitkering, mogen bepaalde activiteiten niet gecumuleerd worden met de uitkering.

13.1. Politiek mandaat

De onderbrekingsuitkeringen kunnen gecumuleerd worden met de inkomsten die voortvloeien uit het uitoefenen van een politiek mandaat.

13.2. Activiteit als loontrekkende

De onderbrekingsuitkeringen kunnen gecumuleerd worden met de inkomsten die voortvloeien uit een bijkomende activiteit als loontrekkende die reeds werd uitgeoefend vóór de onderbreking van de loopbaan.

Een bijkomende activiteit als loontrekkende is een activiteit in loondienst waarvan de tewerkstellingsbreuk niet groter is dan die van de betrekking waarvan de uitvoering geschorst wordt of waarin de arbeidsprestaties verminderd worden. Ook prestaties in het onderwijs die worden gepresteerd ‘boven de eenheid’ vallen onder die definitie.

Voorbeeld:

Een personeelslid werkt 10/20 in het onderwijs en heeft een nevenactiviteit van 20/38 in de privé-sector. Het personeelslid wil een volledige loopbaanonderbreking voor mantelzorg nemen.

De cumulatie is niet toegestaan, aangezien de activiteit in de privé-sector groter dan de activiteit in het onderwijs.

De zinsnede “vóór de onderbreking van de loopbaan” dient geïnterpreteerd te worden in die zin dat de bijkomende activiteit als loontrekkende reeds werd gepresteerd voorafgaand aan de loopbaanonderbreking.

De bijkomende activiteit moet daarenboven reeds uitgeoefend zijn gedurende ten minste de drie maanden die het begin van de volledige of gedeeltelijke loopbaanonderbreking voorafgaan. Voor prestaties ‘boven de eenheid’ binnen het onderwijs worden de maanden juli en augustus buiten beschouwing gelaten voor de berekening van de drie maanden voorafgaand aan de loopbaanonderbreking.

Het personeelslid mag tijdens de loopbaanonderbreking geen nieuwe activiteit als loontrekkende starten of een bestaande bijkomende activiteit als loontrekkende uitbreiden.

Voorbeeld 1:

Een personeelslid is vastbenoemd en behoort actief tot het onderwijs t.e.m. 30 juni 2020. Hij wenst een volledige loopbaanonderbreking voor mantelzorg vanaf 1 september 2020.

Als het personeelslid de onderbrekingsuitkeringen wenst te cumuleren met een bijkomende activiteit als loontrekkende, moet het die bijkomende activiteit alleszins aangevat hebben vóór 1 juni 2020 en die activiteit bovendien uitgeoefend hebben tijdens de periode van 1 juni 2020 tot en met 31 augustus 2020.

Voorbeeld 2:

Een personeelslid is vast benoemd als leraar AV Engels voor 20/20 in het secundair onderwijs en presteert daarnaast 3/20 als leraar secundair volwassenenonderwijs in bijbetrekking in de opleiding Engels Richtgraad 1. Hij neemt met ingang van 1 september 2021 een voltijdse loopbaanonderbreking op zijn opdracht (20/20) in hoofdambt in het secundair onderwijs. Hij kan zijn bijbetrekking in het volwassenenonderwijs verder blijven uitoefenen indien hij die ten minste drie maanden voorafgaand aan de loopbaanonderbreking heeft aangevat (in casu de periode van 1 april tot 30 juni 2021).

13.3. Zelfstandige activiteit

Het personeelslid mag de onderbrekingsuitkeringen cumuleren met een zelfstandige activiteit gedurende:

  • 12 maanden bij een volledige onderbreking van de prestaties, zelfs als het personeelslid voordien nog nooit een zelfstandige activiteit heeft uitgeoefend EN;
  • 24 maanden bij een vermindering van de prestaties tot de helft of 60 maanden bij een vermindering van de prestaties met 1/5, op voorwaarde dat de zelfstandige activiteit al werd uitgeoefend tijdens de 12 maanden die het begin van de loopbaanonderbreking voorafgaan.

Als zelfstandige activiteit wordt beschouwd die activiteit waardoor het betrokken personeelslid verplicht is zich in te schrijven bij het Rijksinstituut voor Sociale Verzekering der Zelfstandigen.

13.4. Pensioen

De onderbrekingsuitkeringen kunnen niet gecumuleerd worden met een pensioen ten laste van de Belgische Staat.

De loopbaanonderbreking zonder onderbrekingsuitkering kan wel worden toegestaan aan de rechthebbende op een overlevingspensioen.

Opmerking:

Het recht op onderbrekingsuitkeringen vervalt vanaf de dag dat het personeelslid dat de onderbrekingsuitkering geniet om het even welke bezoldigde activiteit aanvangt, een bestaande bijkomende activiteit uitbreidt of gedurende meer dan één jaar een zelfstandige activiteit uitoefent

Een personeelslid dat geen recht heeft op onderbrekingsuitkeringen of wenst af te zien van die uitkeringen, wordt niet beschouwd als zijnde in loopbaanonderbreking.

Hierop bestaat slechts één afwijking, nl. voor rechthebbenden op een overlevingspensioen. Aan die personeelsleden kan een loopbaanonderbreking zonder onderbrekingsuitkering worden toegekend.

14. Procedure

14.1. Mededeling aan het bevoegd bestuur

Het personeelslid dat zijn loopbaan wenst te onderbreken voor het verstrekken van mantelzorg, deelt dat mee aan het bevoegd bestuur. Dat is:

1° de inrichtende macht of het bestuur voor de personeelsleden, vermeld in punt 2, 1°, en 2°;

2° de inspecteur-generaal voor de inspecteur en de coördinerend inspecteur;

3° de Vlaamse minister, bevoegd voor het onderwijs, of zijn gemachtigde, voor de inspecteur-generaal en voor de personeelsleden vermeld in punt 2, 4°;

4° het centrumbestuur voor de contractuele personeelsleden van de centra voor basiseducatie.

De onderbreking van de beroepsloopbaan voor het verstrekken van mantelzorg begint de eerste dag van de week volgend op de week waarin de mededeling is gebeurd of op een vroeger tijdstip mits akkoord van het bevoegd bestuur.

De mededeling gebeurt praktisch met een formulier “C61 - Uitkeringsaanvraag verlof voor mantelzorg”. De formulieren kunnen eveneens verkregen worden bij de Werkloosheidsbureaus. Het personeelslid vult deel I van het formulier in, het bevoegd bestuur deel II.

Het personeelslid geeft op het formulier “C61 - Uitkeringsaanvraag verlof voor mantelzorg” de datum op waarop het de loopbaanonderbreking voor mantelzorg wil laten starten, evenals de duur ervan en het volume.

Het personeelslid moet het attest met de erkenning als mantelzorger toevoegen. Verder moet het personeelslid op het formulier aangeven voor wie hij de loopbaanonderbreking voor mantelzorg aanvraagt.

14.2. Toestemming van het bevoegd bestuur

Het invullen en overhandigen van het formulier C61 - Uitkeringsaanvraag verlof voor mantelzorg” geldt als formele en definitieve toestemming vanwege het bevoegd bestuur.

Opmerking:

Als het betrokken personeelslid tegelijkertijd een loopbaanonderbreking voor mantelzorg neemt bij verschillende besturen, moet het door elk van hen een formulier laten invullen.

14.3. Indiening formulier bij de Rijksdienst voor Arbeidsvoorziening

14.3.1. Formulier

Ieder personeelslid dat een loopbaanonderbreking voor mantelzorg opneemt, moet een formulier indienen bij de RVA. (…)

Het formulier “C61 - Uitkeringsaanvraag verlof voor mantelzorg” geldt als aanvraag voor de onderbrekingsuitkeringen. Bij het formulier moet het attest met de erkenning als mantelzorger als bijlage worden toegevoegd.

Opmerking:

Als het betrokken personeelslid tegelijkertijd een loopbaanonderbreking krijgt bij verschillende inrichtende machten, moet het door elk van hen ingevulde formulier gelijktijdig ingediend worden bij het RVA-kantoor.

14.3.2. Verzending bij aangetekende brief

Het betrokken personeelslid draagt de verantwoordelijkheid voor het indienen van de uitkeringsaanvraag en van de bijlagen ervan. Hij heeft er dus alle belang bij die documenten na te kijken.

Als het formulier ingevuld en ondertekend is, moet het aangetekend worden verzonden naar het plaatselijk RVA-kantoor.

De RVA aanvaardt ook gewone zendingen, maar in geval van betwisting ligt de bewijslast van de verzending van de aanvraag bij het personeelslid.

14.3.3. Termijn voor het indienen van de aanvraag bij de RVA

Het formulier “C61 - Uitkeringsaanvraag verlof voor mantelzorg” kan ten vroegste zes maanden vóór de aanvangsdatum van de loopbaanonderbreking voor mantelzorg worden opgestuurd. Het moet uiterlijk twee maanden na de aanvangsdatum van de loopbaanonderbreking in het bezit zijn van de RVA.

Wanneer de documenten behoorlijk en volledig ingevuld ontvangen worden na de termijn van twee maanden, gaat het recht op uitkeringen slechts in op de dag van de ontvangst van de aanvraag.

14.4. Toekenning of weigering van de loopbaanonderbreking door het werkloosheidsbureau

De beslissing tot toekenning of weigering van de loopbaanonderbreking wordt genomen door de directeur van het Werkloosheidsbureau. Dat gebeurt met het formulier C 62.

14.4.1. Toekenning

Bij toekenning wordt één exemplaar van het formulier C 62 door het Werkloosheidsbureau naar het betrokken personeelslid gestuurd.

14.4.2. Weigering

Bij weigering moet het betrokken personeelslid vooraf gehoord worden. Als het personeelslid de dag van de oproeping belet is, mag het vragen het verhoor te verdagen tot een latere datum die niet later mag vallen dan vijftien dagen na de datum die voor het eerste verhoor was vastgesteld. Behoudens gevallen van overmacht wordt het uitstel maar éénmaal verleend.

Het personeelslid kan zich laten vertegenwoordigen of bijstaan door een advocaat of door een vertegenwoordiger van een representatieve werknemersorganisatie. De weigering op het formulier C 62 wordt met een ter post aangetekende brief aan het personeelslid meegedeeld. Die brief wordt geacht toegekomen te zijn op de derde werkdag na de afgifte ervan ter post. Een afschrift van de beslissing wordt gezonden aan de inrichtende macht waaronder het personeelslid ressorteert.

Als een personeelslid een aanvraag tot loopbaanonderbreking voor mantelzorg heeft ingediend en die periode van loopbaanonderbreking al is begonnen, is het mogelijk dat nadien blijkt dat het personeelslid geen recht heeft op de loopbaanonderbreking voor mantelzorg:

- hetzij op basis van een beslissing van de directeur van het werkloosheidsbureau;

- hetzij op basis van de bepalingen van het besluit van de Vlaamse Regering van 9 september 2011 betreffende de loopbaanonderbreking van de personeelsleden van het onderwijs en de centra voor leerlingenbegeleiding, die verduidelijkt zijn in deze omzendbrief.

Als bij beslissing van de directeur van het werkloosheidsbureau aan een personeelslid dat zijn beroepsloopbaan heeft onderbroken, het recht op loopbaanonderbreking wordt ontzegd, moet:

- het college van directeurs van het gemeenschapsonderwijs;

- de inrichtende macht in het gesubsidieerd onderwijs en in de gesubsidieerde centra voor leerlingenbegeleiding,

hiervan het/de bevoegde werkstation(s) van het Agentschap voor Onderwijsdiensten en/of het Agentschap voor Hoger Onderwijs, Volwassenenonderwijs, Kwalificaties en Studietoelagen onmiddellijk op de hoogte brengen, met vermelding van de datum waarop de beslissing ingaat.

Opmerking : bij laattijdig indiening van de aanvraag door het personeelslid, zal de RVA niet voor de volledige aangevraagde periode uitkeringen betalen. In dat geval blijft de aangevraagde periode van loopbaanonderbreking voor mantelzorg wel geldig.

Het verlof van een personeelslid dat zijn loopbaanonderbreking voor mantelzorg opneemt, maar geen recht heeft op loopbaanonderbreking, wordt, met ingang van de datum waarop het verlof niet meer aan de voorwaarden voldoet, ambtshalve omgezet in een volledige of gedeeltelijke afwezigheid voor verminderde prestaties.

In dat laatste geval mag de duur overschreden worden van de afwezigheid voor verminderde prestaties waarop het personeelslid aanspraak kan maken krachtens de reglementaire bepalingen die ter zake op hem van toepassing zijn. De afwezigheid neemt alleszins een einde bij het verstrijken van de lopende periode waarvoor een loopbaanonderbreking voor mantelzorg was aangevraagd.

14.5. Formaliteiten t.o.v. de onderwijsadministratie

14.5.1. Mededeling

Een loopbaanonderbreking voor mantelzorg deelt u via de volgende codes mee aan het Agentschap voor Onderwijsdiensten en/of het Agentschap voor Hoger Onderwijs, Volwassenenonderwijs, Kwalificaties en Studietoelagen :

Codes loopbaanonderbrekingen voor mantelzorg 

Code 

Dienstonderbreking 

bereik 

RL 

Begindatum 

Einddatum 

228 

Volledige loopbaanonderbreking voor mantelzorg  

P  

2  

01-09-2020 

onbepaald  

229 

Halftijdse loopbaanonderbreking voor mantelzorg  

O  

1 en 12  

01-09-2020  

onbepaald  

230 

Gedeeltelijke loopbaanonderbreking met 1/5 de voor mantelzorg  

O  

1 en 12  

01-09-2020  

onbepaald  

P = persoonsgebonden

O = opdrachtgebonden 

Het personeelslid kan het formulier C62 terugvinden in zijn elektronisch dossier op de website van de RVA. Het bezorgt een kopie aan de school, zodat kan geverifieerd worden of de ingediende aanvraag effectief is goedgekeurd.

De verantwoordingsstukken bij de aanvraagformulieren bij een loopbaanonderbreking voor mantelzorg blijven ter beschikking in de school en moet u dus niet naar het Agentschap voor Onderwijsdiensten en/of het Agentschap voor Hoger Onderwijs, Volwassenenonderwijs, Kwalificaties en Studietoelagen verzenden.

Het is van belang dat de school de gegevens in de elektronische zending aan het werkstation invult in overeenstemming met de gegevens van de C62.

Indien er zich later wijzigingen (bv. type, volume, duur…) in de loopbaanonderbreking voordoen, deelt u die onmiddellijk mee aan het Agentschap voor Onderwijsdiensten en/of het Agentschap voor Hoger Onderwijs, Volwassenenonderwijs, Kwalificaties en Studietoelagen.

14.5.2. Mogelijke weigering van de loopbaanonderbreking voor mantelzorg door de onderwijsadministratie

Hoewel de onderwijsadministratie niet tussenkomt in de aanvraagprocedure, zal ze toch het verlof voor loopbaanonderbreking weigeren indien bij de behandeling van het dossier wordt vastgesteld dat de loopbaanonderbreking door de inrichtende macht/de Vlaamse Regering toegekend werd en door de R.V.A. aanvaard werd, met miskenning van de voorwaarden en basisprincipes die ter zake tot de bevoegdheid van de Vlaamse Gemeenschap behoren.

In voorkomend geval zal de weigering onmiddellijk schriftelijk en gemotiveerd meegedeeld worden aan:

- het betrokken personeelslid;

- de betrokken inrichtende macht(en)/de Vlaamse Regering;

- de Rijksdienst voor Arbeidsvoorziening.