Scholengemeenschapsinstelling

  • Vanaf 1 september 2021 is het mogelijk om een scholengemeenschapsinstelling op te richten. De omzendbrief bundelt de belangrijkste principes inzake oprichting en personeel.

1. Inleiding

In een scholengemeenschap kan door het betrokken schoolbestuur / de betrokken schoolbesturen een scholengemeenschapsinstelling worden opgericht. Binnen een netoverstijgende scholengemeenschap moet er dan voor ieder net een afzonderlijke scholengemeenschapsinstelling opgericht worden.

Een scholengemeenschapsinstelling

  • is een instelling die geen school is en
  • die uitsluitend opgericht kan worden binnen één scholengemeenschap
  • en zich beperkt tot en als enige doel heeft daar personeelsleden, die werken ter ondersteuning van de scholen van de scholengemeenschap aan te stellen, te affecteren, toe te laten tot de proeftijd en vast te benoemen als ze daarvoor in aanmerking komen.

2. Het basisonderwijs

2.1. Oprichting

Scholengemeenschappen krijgen de mogelijkheid om een scholengemeenschapsinstelling op te richten.

Er is dus geen verplichting om een scholengemeenschapsinstelling op te richten binnen de scholengemeenschap. 

Opgelet

Als een netoverstijgende scholengemeenschap kiest voor de oprichting van een scholengemeenschapsinstelling moet er in de scholengemeenschap evenwel voor ieder net een afzonderlijke scholengemeenschapsinstelling opgericht worden.

Scholengemeenschapsinstellingen kunnen in de loop van een zesjaarlijkse periode van een scholengemeenschap opgericht worden.

Binnen een scholengemeenschap kunnen er geen scholen of schoolbesturen zijn die niet gevat zijn door een scholengemeenschapsinstelling.

2.2. Mogelijke situaties

2.2.1. De scholen van de scholengemeenschap behoren tot hetzelfde onderwijsnet

2.2.1.1. Hetzelfde schoolbestuur

Als de scholen van de scholengemeenschap tot hetzelfde schoolbestuur behoren dan is dat schoolbestuur verantwoordelijk voor de scholengemeenschapsinstelling.

2.2.1.2. Verschillende schoolbesturen

Als de scholen van de scholengemeenschap tot verschillende schoolbesturen behoren, wordt een nieuwe rechtspersoon opgericht die verantwoordelijk is voor deze scholengemeenschapsinstelling. Elk schoolbestuur is dan medeoprichter.

Deze nieuwe rechtspersoon beperkt zich tot en heeft als enige doel om ten aanzien van de personeelsleden aangesteld in of geaffecteerd aan de scholengemeenschapsinstelling de bevoegdheden uit te oefenen die zijn vastgelegd in het decreet rechtspositie personeelsleden gemeenschapsonderwijs of het decreet rechtspositie personeelsleden gesubsidieerd onderwijs.

2.2.2. De scholen van de scholengemeenschap behoren tot verschillende onderwijsnetten

Met onderwijsnet wordt bedoeld:

  • het gemeenschapsonderwijs;
  • het gesubsidieerd officieel onderwijs;
  • het gesubsidieerd vrij onderwijs.

Als de scholen van de scholengemeenschap behoren tot schoolbesturen van verschillende onderwijsnetten wordt er één scholengemeenschapsinstelling opgericht per onderwijsnet. De scholengemeenschapsinstelling behoort telkens tot het betrokken onderwijsnet.

2.2.2.1. Hetzelfde schoolbestuur

Als de scholen van het betrokken onderwijsnet in de scholengemeenschap tot hetzelfde schoolbestuur behoren dan is dat schoolbestuur verantwoordelijk voor de scholengemeenschapsinstelling.

2.2.2.2. Verschillende schoolbesturen

Als de scholen van het betrokken onderwijsnet in de scholengemeenschap tot verschillende schoolbesturen behoren, wordt per onderwijsnet in die scholengemeenschap een rechtspersoon opgericht die verantwoordelijk is voor de betrokken scholengemeenschapsinstelling. Elk schoolbestuur is dan medeoprichter.

Deze nieuwe rechtspersoon beperkt zich tot en heeft als enige doel om ten aanzien van de personeelsleden aangesteld in of geaffecteerd aan de scholengemeenschapsinstelling de bevoegdheden uit te oefenen die zijn vastgelegd in het decreet rechtspositie personeelsleden gemeenschapsonderwijs of het decreet rechtspositie personeelsleden gesubsidieerd onderwijs.

2.3. Melding aan AGODI

Voor de personeelsgevolgen verbonden aan de oprichting van een scholengemeenschapsinstelling is het van belang dat de meldingen tot oprichting van een scholengemeenschapsinstelling tijdig aan AGODI worden bezorgd. U gebruikt hiervoor het formulier in de bijlage en dient dit via ‘Mijn Onderwijs’ in.

In het formulier vult u onder punt 1 het instellingsnummer van uw scholengemeenschap in. Volgens de concrete samenstelling van uw scholengemeenschap zal het formulier aangeven welke documenten u al dan niet bijkomend bij uw melding moet toevoegen. Uw melding is enkel ontvankelijk als de bewuste bijkomende documenten mee toegevoegd zijn.

Als uw scholengemeenschap uit scholen van verschillende netten bestaat, is uw melding van oprichting van een scholengemeenschapsinstelling maar ontvankelijk als er voor elk betrokken net een scholengemeenschapsinstelling wordt opgericht. 

2.4. Lokale afspraken

In scholengemeenschappen die een scholengemeenschapsinstelling oprichten, maken de betrokken directies van de scholengemeenschap, binnen de geldende regelgeving, afspraken over de werking van deze scholengemeenschapsinstelling. Dat moet de samenwerking tussen de scholen en de directies van de scholengemeenschap bevorderen.

2.5. Personeel

Aandacht

Wanneer een scholengemeenschap ervoor opteert om een scholengemeenschapsinstelling op te richten, heeft dat als gevolg dat alle betrekkingen die ze opricht met de punten op het niveau van de scholengemeenschap effectief en exclusief worden ingericht in de scholengemeenschapsinstelling.

2.5.1. Tijdelijke aanstelling

De scholengemeenschapsinstelling kan in de betrekkingen die ze opricht met de punten die worden aangewend op het niveau van de scholengemeenschap tijdelijke personeelsleden aanstellen.

De opbouw van dienstanciënniteit en het verwerven van een tijdelijke aanstelling van doorlopende duur gebeuren volgens de bestaande procedure. Deze procedure en de voorwaarden waaraan zowel de betrekkingen als de personeelseden moeten voldoen, vindt u terug in de omzendbrief PERS/2019/03 van 24-09-2019 - De tijdelijke aanstelling van bepaalde duur en van doorlopende duur in een wervingsambt.

2.5.2. Vacantverklaring en vaste benoeming

De betrekkingen die worden opgericht met de punten die worden aangewend op het niveau van de scholengemeenschap komen in aanmerking voor vacantverklaring en vaste benoeming, meer bepaald de betrekkingen in de ambten zorgcoördinator, ICT-coördinator, administratief medewerker en beleidsondersteuner (vanaf 1 januari 2022) en in de functies stafmedewerker-SG en directeur coördinatie-SG. Boven bepaalde grenzen komen deze betrekkingen echter niet in aanmerking voor vacantverklaring (meer informatie hierover vindt u in punt 2.5.2.1).

2.5.2.1. Vacantverklaring

Voor de punten die afkomstig zijn van de puntenenveloppe zorg die niet over de scholen van de scholengemeenschap worden verdeeld en voor de punten die de scholen van de scholengemeenschappen samen leggen (= punten uit de puntenenveloppes administratie en ICT) kan er maximaal vacant verklaard worden tot het percentage dat op 1 september 2020 werd aangewend op het niveau van de scholengemeenschap. Dat percentage kan verhoogd worden na akkoord binnen het bevoegd lokaal comité, zonder dat het percentage van 10% overschreden kan worden. 

Wanneer er evenwel meer dan 10% van deze puntenenveloppes wordt aangewend op het niveau van de scholengemeenschap, dan komen de betrekkingen die worden ingericht bovenop deze 10% niet in aanmerking voor vacantverklaring. Bijgevolg kunnen er ook in geen geval personeelsleden in geaffecteerd, tot de proeftijd toegelaten, vast benoemd of gemuteerd worden in deze betrekkingen.

Voor de punten die afkomstig zijn van de stimulus-enveloppe gelden deze begrenzingen niet, deze punten kunnen dus integraal vacant verklaard worden.

Aandacht

De punten voor het klas- of schoolvrij maken van een personeelslid dat belast is met het mandaat van algemeen directeur kunnen echter niet worden vacant verklaard want in het mandaat van algemeen directeur is geen vacantverklaring mogelijk.

2.5.2.2. Procedure

De vacantverklaring en vaste benoeming gebeuren volgens de bestaande benoemingsprocedure. Deze procedure en de voorwaarden waaraan zowel de betrekkingen als de personeelseden moeten voldoen, vindt u terug in de omzendbrief 13CC/VB/ml van 29-11-1999 - Vaste benoeming - Procedure, voorwaarden en mededeling aan het Ministerie van Onderwijs en Vorming.

2.5.3. Nieuwe affectatie en mutatie

Personeelsleden die al vastbenoemd waren of via een verlof tijdelijke andere opdracht een betrekking opnamen op het niveau van de scholengemeenschap binnen hetzelfde ambt kunnen via een mutatie of een nieuwe affectatie al vanaf 1 september 2021 als vastbenoemd personeelslid tewerkgesteld worden in de betrekkingen opgericht binnen de scholengemeenschapsinstelling.

Bij een scholengemeenschap waarbij alle scholen (binnen hetzelfde net) tot hetzelfde schoolbestuur behoren en het schoolbestuur bijgevolg ook de bevoegdheid draagt over de scholengemeenschapsinstelling kan dit via een nieuwe affectatie.

Bij een scholengemeenschap waarbij de scholen (binnen hetzelfde net) tot meerdere schoolbesturen behoren en bijgevolg een aparte rechtspersoon moet opgericht worden die de bevoegdheid draagt over de scholengemeenschapsinstelling kan dit via een mutatie.

2.5.4. Functiebeschrijving en evaluatie

De bestaande regels inzake functiebeschrijving en evaluatie zijn van toepassing. U vindt die terug in de omzendbrief PERS/2007/09 van 29-10-2017 – Functiebeschrijving en evaluatie.

Enkel voor de aanduiding van de eerste evaluator geldt een uitzondering.

De eerste evaluator moet in principe een personeelslid zijn van de inrichtende macht waarbij het betrokken personeelslid is tewerkgesteld maar voor een personeelslid dat tewerkgesteld is in een scholengemeenschapsinstelling kan de eerste evaluator ook een personeelslid zijn van een andere inrichtende macht van de scholengemeenschap.

2.5.5. Melding aan AGODI

Meer informatie over het elektronisch melden van opdrachten en dienstonderbrekingen van personeel aan uw werkstation vindt u terug in de omzendbrief PERS/2005/10(ps) van 30-06-2005 - Praktische schikkingen bij de omzendbrief puntenenveloppen voor scholen en scholengemeenschappen basisonderwijs: personeelsformatie en personeelsaspecten.

2.6. Wijziging van de samenstelling van de scholengemeenschap

Voor zover de samenstelling van de scholengemeenschap niet wijzigt kan deze scholengemeenschapsinstelling niet opgeheven worden.

Als de samenstelling van de scholengemeenschap wijzigt zijn er twee mogelijkheden:

  • ofwel wordt de scholengemeenschapsinstelling ontbonden;
  • ofwel blijft deze scholengemeenschapsinstelling bestaan maar wordt de samenstelling van de rechtspersoon die bevoegdheid draagt over deze scholengemeenschapsinstelling gewijzigd.

3. Het secundair onderwijs

3.1. Oprichting

Scholengemeenschappen krijgen de mogelijkheid om een scholengemeenschapsinstelling op te richten.

Er is dus geen verplichting om een scholengemeenschapsinstelling op te richten binnen de scholengemeenschap.

Opgelet

Als een netoverstijgende scholengemeenschap kiest voor de oprichting van een scholengemeenschapsinstelling moet er in de scholengemeenschap evenwel voor ieder net een afzonderlijke scholengemeenschapsinstelling opgericht worden.

Scholengemeenschapsinstellingen kunnen in de loop van een zesjaarlijkse periode van scholengemeenschappen opgericht worden.

Binnen een scholengemeenschap kunnen er geen scholen of schoolbesturen zijn die niet gevat zijn door een scholengemeenschapsinstelling.

3.2. Mogelijke situaties

3.2.1. De scholen van de scholengemeenschap behoren tot hetzelfde onderwijsnet

3.2.1.1. Hetzelfde schoolbestuur

Als de scholen van de scholengemeenschap tot hetzelfde schoolbestuur behoren dan is dat schoolbestuur verantwoordelijk voor de scholengemeenschapsinstelling.

3.2.1.2. Verschillende schoolbesturen

Als de scholen van de scholengemeenschap tot verschillende schoolbesturen behoren, wordt een nieuwe rechtspersoon opgericht die verantwoordelijk is voor deze scholengemeenschapsinstelling. Elk schoolbestuur is dan medeoprichter.

Deze nieuwe rechtspersoon beperkt zich tot en heeft als enige doel om ten aanzien van de personeelsleden aangesteld in of geaffecteerd aan de scholengemeenschapsinstelling de bevoegdheden uit te oefenen die zijn vastgelegd in het decreet rechtspositie personeelsleden gemeenschapsonderwijs of het decreet rechtspositie personeelsleden gesubsidieerd onderwijs.

3.2.2. De scholen van de scholengemeenschap behoren tot verschillende onderwijsnetten

Met onderwijsnet wordt bedoeld:

  • het gemeenschapsonderwijs;
  • het gesubsidieerd officieel onderwijs;
  • het gesubsidieerd vrij onderwijs.

Als de scholen van de scholengemeenschap behoren tot schoolbesturen van verschillende onderwijsnetten wordt er één scholengemeenschapsinstelling opgericht per onderwijsnet. De scholengemeenschapsinstelling behoort tot het betrokken onderwijsnet.

3.2.2.1. Hetzelfde schoolbestuur

Als de scholen van het betrokken onderwijsnet in de scholengemeenschap tot hetzelfde schoolbestuur behoren dan is dat schoolbestuur verantwoordelijk voor de scholengemeenschapsinstelling.

3.2.2.2. Verschillende schoolbesturen

Als de scholen van het betrokken onderwijsnet in de scholengemeenschap tot verschillende schoolbesturen behoren, wordt per onderwijsnet in die scholengemeenschap een rechtspersoon opgericht die verantwoordelijk is voor de betrokken scholengemeenschapsinstelling. Elk schoolbestuur is dan medeoprichter.

Deze nieuwe rechtspersoon beperkt zich tot en heeft als enige doel om ten aanzien van de personeelsleden aangesteld in de scholengemeenschapsinstelling de bevoegdheden uit te oefenen die zijn vastgelegd in het decreet rechtspositie personeelsleden gemeenschapsonderwijs of het decreet rechtspositie personeelsleden gesubsidieerd onderwijs.

3.3. Melding aan AGODI

Voor de personeelsgevolgen verbonden aan de oprichting van een scholengemeenschapsinstelling is het van belang dat de meldingen tot oprichting van een scholengemeenschapsinstelling tijdig aan AGODI worden bezorgd.

De melding gebeurt via het formulier dat als bijlage 3 gevoegd is bij de omzendbrief SO 62 van 30-04-1999 - Scholengemeenschappen secundair onderwijs. Meer informatie over de melding aan AGODI vindt u eveneens in deze omzendbrief.

3.4. Lokale afspraken

In scholengemeenschappen die een scholengemeenschapsinstelling oprichten, maken de betrokken directies van de scholengemeenschap, binnen de geldende regelgeving, afspraken over de werking van deze scholengemeenschapsinstelling. Dat moet de samenwerking tussen de scholen en de directies van de scholengemeenschap bevorderen.

3.5. Personeel

Aandacht

Wanneer een scholengemeenschap ervoor opteert om een scholengemeenschapsinstelling op te richten, heeft dat als gevolg dat alle betrekkingen die ze opricht met de punten uit de voorafname van de globale puntenenveloppe effectief en exclusief worden ingericht in de scholengemeenschapsinstelling.

3.5.1. Punten voorafname

Als een scholengemeenschap vanaf het schooljaar 2021-2022 een (of meer) scholengemeenschapsinstelling(en) heeft opgericht, kent ze punten van de voorafname toe aan deze scholengemeenschapsinstelling(en).

De scholengemeenschapsinstelling wordt voor de aanwending van deze punten beschouwd als een school van de scholengemeenschap en past daarbij dezelfde principes toe die gelden voor de scholen van de scholengemeenschap.

De scholengemeenschap kan de punten van de voorafname als volgt aanwenden:

  • voor de oprichting van betrekkingen in de scholengemeenschapsinstelling in ambten van het bestuurspersoneel, het ondersteunend personeel, en in het kader van taak- en functiedifferentiatie in wervingsambten van het onderwijzend, het paramedisch, medisch, sociaal, orthopedagogisch en psychologisch personeel;
  • voor het school- of klasvrij maken van een personeelslid in een school van de scholengemeenschap dat belast is met het mandaat van algemeen directeur en/of van een personeelslid dat belast is met het mandaat van coördinerend directeur (meer informatie vindt u terug in punt 4.2.1.2 in de omzendbrief PERS/2009/06 van 17-08-2009 - aanwending van de globale puntenenveloppe in het secundair onderwijs);
  • voor de tijdelijke verhoging van de puntenwaarde van een betrekking in een ambt van het ondersteunend personeel in de scholengemeenschapsinstelling, waarvan de titularis een dienstonderbreking heeft, zodat aan de vervanger een hogere salarisschaal kan worden toegekend.

Bij aanwending van de punten van de voorafname in de scholengemeenschapsinstelling moet er rekening gehouden worden met volgende principes:

  • vooreerst moeten de punten steeds worden aangewend voor de instandhouding van betrekkingen van vastbenoemde personeelsleden in de voornoemde ambten;
  • als er hierna nog punten over zijn, kan de scholengemeenschapsinstelling die als volgt en naar keuze aanwenden:
  • selectie- en bevorderingsambten van het bestuurs- en onderwijzend personeel kunnen enkel per halftijdse of voltijdse betrekking opgericht worden;
  • als een titularis van een betrekking in een ambt van het ondersteunend personeel bij een dienstonderbreking niet of gedeeltelijk wordt vervangen, kan de scholengemeenschapsinstelling de puntenwaarde van de niet-ingevulde opdracht van de titularis gebruiken om aan een vervanger in een betrekking in een ambt van het ondersteunend personeel een hogere salarisschaal toe te kennen.

3.5.2. Tijdelijke aanstelling

De scholengemeenschapsinstelling kan in de betrekkingen die ze opricht met de punten van de voorafname tijdelijke personeelsleden aanstellen.

De opbouw van dienstanciënniteit en het verwerven van een tijdelijke aanstelling van doorlopende duur gebeuren volgens de bestaande procedure. Deze procedure en de voorwaarden waaraan zowel de betrekkingen als de personeelseden moeten voldoen, vindt u terug in de omzendbrief PERS/2019/03 van 24-09-2019 - De tijdelijke aanstelling van bepaalde duur en van doorlopende duur in een wervingsambt.

3.5.3. Vacantverklaring en vaste benoeming

De betrekkingen die worden opgericht met de punten van de voorafname in een scholengemeenschapsinstelling komen in aanmerking voor vacantverklaring en vaste benoeming.

Aandacht

De toewijzing van de functies van algemeen directeur en coördinerend directeur gebeurt steeds via een mandaat. Het personeelslid dat met een van deze mandaten wordt belast, kan daar nooit in vast benoemd worden. Dit geldt ook als de scholengemeenschap een scholengemeenschapsinstelling heeft opgericht en punten van de voorafname aanwendt om het personeelslid dat belast is met het mandaat van algemeen of coördinerend directeur vrij te stellen van zijn school- of klasopdracht.

3.5.3.1. Vacantverklaring

Wanneer de scholengemeenschap een scholengemeenschapsinstelling opricht, kan ze de betrekkingen die met de voorafname worden opgericht maximaal vacant verklaren tot het percentage dat door de scholengemeenschap op 1 september 2020 werd vooraf genomen van de globale puntenenveloppe. Dit percentage kan verhoogd worden na akkoord binnen het bevoegd lokaal comité, zonder dat het percentage van 10% overschreden kan worden.

Wanneer er evenwel meer dan 10% van de globale puntenenveloppe wordt vooraf genomen, dan komen de betrekkingen die worden ingericht in de scholengemeenschapsinstelling bovenop deze 10% niet in aanmerking voor vacantverklaring en kunnen er dus ook in geen geval personeelsleden in geaffecteerd, tot de proeftijd toegelaten, vast benoemd of gemuteerd worden in deze betrekkingen.

Aandacht

Als de scholengemeenschap punten van de voorafname aanwendt voor het klas- of schoolvrij maken van een personeelslid dat belast is met het mandaat van algemeen directeur of coördinerend directeur tellen deze punten mee voor de bepaling van het percentage van de voorafname. De punten voor deze vrijstelling kunnen echter niet worden vacant verklaard want in het mandaat van algemeen directeur of coördinerend directeur is geen vacantverklaring mogelijk.

Voorbeeld

Een scholengemeenschap heeft op 1 september 2020 10.000 punten toegekend gekregen.

In het schooljaar 2020-2021 neemt de scholengemeenschap 700 punten (< 10%) vooraf om als volgt aan te wenden:

  • 120 punten om de ALDI school- of klasvrij te maken;
  • 120 punten om de CODI school- of klasvrij te maken;
  • 460 punten om betrekkingen in ambten op te richten.

De scholengemeenschap beslist om op 1 september 2021 een scholengemeenschapsinstelling op te richten.

Op 1 september 2021 krijgt de scholengemeenschap opnieuw 10.000 punten toegekend. De punten van de voorafname moeten worden aangewend in de scholengemeenschapsinstelling.

In het schooljaar 2021-2022:

  • moet de scholengemeenschapsinstelling vacant verklaren en benoemen in de betrekkingen die werden opgericht in ambten en dit ten belope van 460 punten;
  • kunnen de punten van de voorafname om de ALDI en CODI school- of klasvrij te maken niet gebruikt worden voor een vaste benoeming en dus ook niet vacant verklaard worden.

3.5.3.2. Procedure

De vacantverklaring en vaste benoeming gebeuren volgens de bestaande benoemingsprocedure. Deze procedure en de voorwaarden waaraan zowel de betrekkingen als de personeelseden moeten voldoen, vindt u terug in de omzendbrief 13CC/VB/ml van 29-11-1999 - Vaste benoeming - Procedure, voorwaarden en mededeling aan het Ministerie van Onderwijs en Vorming.

3.5.4. Nieuwe affectatie en mutatie

Personeelsleden die al vastbenoemd waren of via een verlof tijdelijke andere opdracht een betrekking opnamen op het niveau van de scholengemeenschap binnen hetzelfde ambt kunnen via een mutatie of een nieuwe affectatie al vanaf 1 september 2021 als vastbenoemd personeelslid tewerkgesteld worden in de betrekkingen opgericht binnen de scholengemeenschapsinstelling.

Bij een scholengemeenschap waarbij alle scholen (binnen hetzelfde net) tot hetzelfde schoolbestuur behoren en het schoolbestuur bijgevolg ook de bevoegdheid draagt over de scholengemeenschapsinstelling kan dit via een nieuwe affectatie.

Bij een scholengemeenschap waarbij de scholen (binnen hetzelfde net) tot meerdere schoolbesturen behoren en bijgevolg een aparte rechtspersoon moet opgericht worden die de bevoegdheid draagt over de scholengemeenschapsinstelling kan dit via een mutatie.

3.5.5. Functiebeschrijving en evaluatie

De bestaande regels inzake functiebeschrijving en evaluatie zijn van toepassing. U vindt die terug in de omzendbrief PERS/2007/09 van 29-10-2017 – Functiebeschrijving en evaluatie.

Enkel voor de aanduiding van de eerste evaluator geldt een uitzondering.

De eerste evaluator moet in principe een personeelslid zijn van de inrichtende macht waarbij het betrokken personeelslid is tewerkgesteld maar voor een personeelslid dat tewerkgesteld is in een scholengemeenschapsinstelling kan de eerste evaluator ook een personeelslid zijn van een andere inrichtende macht van de scholengemeenschap.

3.5.6. Geen bevordering mogelijk tot salarisschaal 106 in een ambt van het ondersteunend personeel

De bevordering tot een hogere salarisschaal als vermeld in punt 6.8.3 in de omzendbrief PERS/2009/07 van 17-08-2009 – Het ondersteunend personeel in het gewoon en buitengewoon secundair onderwijs geldt niet voor een personeelslid dat aangesteld is in een betrekking in een wervingsambt van het ondersteunend personeel in een scholengemeenschapsinstelling.

3.6. Wijziging van de samenstelling van de scholengemeenschap

Voor zover de samenstelling van de scholengemeenschap niet wijzigt kan deze scholengemeenschapsinstelling niet opgeheven worden.

Als de samenstelling van de scholengemeenschap wijzigt zijn er twee mogelijkheden:

  • ofwel wordt de scholengemeenschapsinstelling ontbonden;
  • ofwel blijft deze scholengemeenschapsinstelling bestaan maar wordt de samenstelling van de rechtspersoon die bevoegdheid draagt over deze scholengemeenschapsinstelling gewijzigd.

Een scholengemeenschap die op 1 oktober van twee opeenvolgende schooljaren niet langer voldoet aan de criteria genoemd in Deel III, Titel 1, Hoofdstuk 4 van de Codex Secundair Onderwijs overeenkomstig artikel 56 van de Codex Secundair Onderwijs wordt met ingang van het derde schooljaar van rechtswege niet meer tegenstelbaar aan de overheid. Wanneer een scholengemeenschap niet langer tegenstelbaar is, kan de scholengemeenschapsinstelling ook niet meer verder blijven bestaan.

4. Terbeschikkingstelling wegens ontstentenis van betrekking, reaffectatie en wedertewerkstelling

Voor de principes betreffende terbeschikkingstelling wegens ontstentenis van betrekking, reaffectatie en wedertewerkstelling geldt een scholengemeenschapsinstelling als een school die behoort tot een scholengemeenschap.

U vindt de hierna beschreven informatie ook terug in de omzendbrief PERS/2003/08 van 28-07-2003 - De reaffectatie- en wedertewerkstellingsregeling voor de inrichtende machten en de personeelsleden tewerkgesteld in het niet-tertiair onderwijs.

4.1. Enkel verplichtingen ten aanzien van de eigen terbeschikkinggestelde personeelsleden

De verplichtingen betreffende reaffectatie en wedertewerkstelling van de inrichtende macht van een scholengemeenschapsinstelling zijn echter beperkt tot de eigen terbeschikkinggestelde personeelsleden.

Dit houdt in dat de inrichtende macht van de scholengemeenschapsinstelling niet verplicht is om een personeelslid dat in een andere school van de scholengemeenschap ter beschikking gesteld is wegens ontstentenis van betrekking, bij wijze van reaffectatie of wedertewerkstelling aan te stellen in een betrekking in een ambt in de scholengemeenschapsinstelling.

4.1.1. Personeelslid is TBSOB in een school van de scholengemeenschap

Personeelsleden die in een school van de scholengemeenschap ter beschikking gesteld zijn wegens ontstentenis van betrekking kunnen niet verplicht gereaffecteerd of wedertewerkgesteld worden in een betrekking in een ambt in een scholengemeenschapsinstelling.

4.1.2. Personeelslid is TBSOB in de scholengemeenschapsinstelling van de scholengemeenschap

Personeelsleden die ter beschikking gesteld zijn wegens ontstentenis van betrekking in een ambt in de scholengemeenschapsinstelling moeten, na toepassing van de verplichtingen binnen de eigen scholengemeenschapsinstelling, verplicht gereaffecteerd of wedertewerkgesteld worden in:

  • de scholen van het schoolbestuur die tot dezelfde scholengemeenschap behoren (gesubsidieerd onderwijs);
  • de scholen van de scholengroep die tot dezelfde scholengemeenschap behoren (gemeenschapsonderwijs).

4.2. De reaffectatiecommissies

4.2.1. De reaffectatiecommissie van de scholengemeenschap

4.2.1.1. Personeelslid is TBSOB in een school

De reaffectatiecommissie van de scholengemeenschap kan personeelsleden van een school die ter beschikking gesteld zijn wegens ontstentenis van betrekking niet reaffecteren of wedertewerkstellen in een betrekking in een scholengemeenschapsinstelling.

4.2.1.2. Personeelslid is TBSOB in een scholengemeenschapsinstelling

De reaffectatiecommissie van de scholengemeenschap moet personeelsleden die ter beschikking gesteld zijn wegens ontstentenis betrekking in een ambt in de scholengemeenschapsinstelling reaffecteren of wedertewerkstellen in een andere instelling van de scholengemeenschap maar niet in een scholengemeenschapsinstelling.

4.2.2. De reaffectatiecommissie van de scholengroep in het gemeenschapsonderwijs

4.2.2.1. Personeelslid is TBSOB in een school

De reaffectatiecommissie van de scholengroep kan personeelsleden van een school die ter beschikking gesteld zijn wegens ontstentenis van betrekking niet reaffecteren of wedertewerkstellen in een betrekking in een scholengemeenschapsinstelling.

4.2.2.2. Personeelslid is TBSOB in de scholengemeenschapsinstelling

De reaffectatiecommissie van de scholengroep moet personeelsleden die ter beschikking gesteld zijn wegens ontstentenis betrekking in een ambt in de scholengemeenschapsinstelling reaffecteren of wedertewerkstellen in een andere instelling van de scholengroep maar niet in een scholengemeenschapsinstelling.

4.2.3. De Vlaamse reaffectatiecommissie

4.2.3.1. Personeelslid is TBSOB in een school

De Vlaamse reaffectatiecommissie kan personeelsleden van een school die ter beschikking gesteld zijn wegens ontstentenis betrekking niet reaffecteren of wedertewerkstellen in een betrekking in een scholengemeenschapsinstelling.

4.2.3.2. Personeelslid is TBSOB in een scholengemeenschapsinstelling

De Vlaamse reaffectatiecommissie moet personeelsleden die ter beschikking gesteld zijn wegens ontstentenis betrekking in een ambt in de scholengemeenschapsinstelling reaffecteren of wedertewerkstellen in andere instellingen maar niet in een scholengemeenschapsinstelling.

4.3. Reaffectatie en wedertewerkstelling van personeelsleden ter beschikking gesteld in een scholengemeenschapsinstelling die opgeheven is

Ten aanzien van scholengemeenschapsinstellingen die niet worden overgedragen naar een andere inrichtende macht en dus opgeheven worden, gelden specifieke bepalingen.

Voor die personeelsleden die ter beschikking gesteld worden wegens ontstentenis van betrekking in een scholengemeenschapsinstelling geldt wat volgt, zonder rekening te houden met net en karakter:

  • ze worden door de Vlaamse Reaffectatiecommissie gereaffecteerd of wedertewerkgesteld in de onderwijsinstellingen van de verschillende netten of buiten het onderwijs of centra;
  • ze zijn verplicht een reaffectatie of wedertewerkstelling van de Vlaamse reaffectatiecommissie te aanvaarden.

De inrichtende machten zijn verplicht de personeelsleden die aan hen toegewezen worden bij wijze van reaffectatie of wedertewerkstelling in dienst te nemen.

Deze personeelsleden die ter beschikking gesteld zijn wegens ontstentenis van betrekking kunnen hun voorkeur voor een reaffectatie of wedertewerkstelling in een bepaald net kenbaar maken aan de voorzitter van de Vlaamse reaffectatiecommissie.

Bij het begin van elk schooljaar kan het personeelslid deze keuze wijzigen als het nog niet werd gereaffecteerd of wedertewerkgesteld of na het regelmatig beëindigen van een reaffectatie of wedertewerkstelling in het gekozen net.

Zowel de inrichtende macht als het personeelslid kunnen eveneens tegen deze toewijzingen een bezwaarschrift indienen bij de voorzitter van de Vlaamse reaffectatiecommissie om de heroverweging van een toewijzing te vragen.