Flexi-jobs

  • referentie
    PERS/2024/01
  • publicatiedatum
    26/03/2024
  • datum laatste wijziging
    10/09/2024
  • wettelijke basis
    Wet van 16 november 2015 houdende diverse bepalingen inzake sociale zaken
  • wettelijke basis
    Koninklijk besluit van 18 april 2024 tot uitvoering van artikel 2, §§ 1 en 2, van de wet van 16 november 2015 houdende diverse bepalingen inzake sociale zaken, met betrekking tot het toepassingsgebied van de flexi-jobs
  • wettelijke basis
  • In deze omzendbrief vindt u de voorwaarden en modaliteiten terug waaronder besturen vanaf 1 april 2024 flexi-jobwerknemers in dienst kunnen nemen in het onderwijs.
  • In het deeltijds kunstonderwijs, de centra voor basiseducatie en de onderwijsinternaten zijn voorlopig geen flexi-jobs mogelijk.
  • Voor ieder onderwijsniveau werd bij de praktische schikkingen een verwijzing opgenomen naar de administratieve instructies van de RSZ
  • In de rubriek bijlagen is een document met veelgestelde vragen en antwoorden terug te vinden.

1. Inleiding

Bij een tekort aan personeel kan een bestuur vanaf 1 april 2024 ook een flexi-jobwerknemer in dienst nemen.

Dit houdt in dat een bestuur met een flexi-jobwerknemer een flexi-jobarbeidsovereenkomst sluit om tijdelijk een (les)opdracht in een onderwijsinstelling te laten opnemen. Daarbij is deze flexi-jobwerknemer tewerkgesteld buiten het reguliere statutaire onderwijskader. Deze flexi-jobwerknemer onderscheidt zich dus expliciet van het proces van de reguliere statutaire instroom in onderwijs, maar ook van zijinstroom waarbij mensen uit de privésector definitief de stap naar het onderwijs zetten via een statutaire aanstelling. Dit concept mikt bijgevolg niet op een duurzame loopbaan in het onderwijs als finaliteit.

Voor de flexi-jobwerknemer die de opdracht opneemt, gelden wel de reguliere aanstellingsvoorwaarden opdat er geen oneerlijk speelveld zou ontstaan met de andere personeelsleden en opdat er toch een kwaliteitsgarantie voor ogen wordt gehouden.

Het blijft voor een schoolbestuur daarnaast ook nog steeds mogelijk om een gastleraar (met of zonder dienstverleningsovereenkomst) aan te stellen. Het ene sluit het andere immers niet uit.

Als werkgever betaalt u voor een flexi-jobwerknemer enkel een patronale bijdrage van 28%. Dat wil zeggen: géén gewone socialezekerheidsbijdragen.

Opgelet, flexi-jobs zijn enkel in de volgende onderwijsniveaus mogelijk:

  • het gewoon en buitengewoon basisonderwijs;
  • het gewoon en buitengewoon secundair onderwijs;
  • de centra voor volwassenenonderwijs.

Daarnaast zijn ook in de zomerscholen flexi-jobs mogelijk.

In de CLB’s, de leersteuncentra, het deeltijds kunstonderwijs, de onderwijsinternaten en de centra voor basiseducatie zijn geen flexi-jobs mogelijk.

De effectieve activatie van flexi-jobs in het onderwijs maakt voorwerp uit van een koninklijk besluit van de federale regering. In dat koninklijk besluit worden sectoren of NACE-codes opgesomd. Een NACE-code is een code die door de Europese Unie en haar lidstaten toegekend wordt aan een bepaalde klasse van commerciële of niet-commerciële economische activiteiten. NACE is dus een officiële Europese lijst van activiteitsomschrijvingen. De RSZ, de BTW-administratie en de ondernemingsloketten gebruiken die om bedrijven in te delen in sectoren. De NACE-codes voor het deeltijds kunstonderwijs, de onderwijsinternaten en de centra voor basiseducatie zijn momenteel niet opgenomen in het koninklijk besluit. Hierdoor zijn de voorstellen in OD XXXIV m.b.t. het deeltijds kunstonderwijs, de onderwijsinternaten en de centra voor basiseducatie zonder voorwerp. We proberen de activatie ook voor deze sectoren zo snel als mogelijk in orde te brengen.

Deze omzendbrief legt enkel de modaliteiten vast voor flexi-jobs in functies waarvoor statutair personeel wordt ingezet (een leerkracht, een administratief medewerker).

Flexi-jobs worden daarnaast ook mogelijk voor contractuele functies in het gesubsidieerd officieel onderwijs en het gemeenschapsonderwijs. Omdat het statuut van contractuele personeelsleden niet geregeld wordt door het Ministerie van Onderwijs en Vorming, worden hier ook geen specifieke bepalingen over opgenomen. Het algemeen regelgevende kader, vermeld in de wet van 16 november 2015 houdende diverse bepalingen inzake sociale zaken, is hier van toepassing.

Voor de contractuele functies in het gesubsidieerd vrij onderwijs zijn op dit ogenblik geen flexi-jobs mogelijk. Voor de paritaire comités 152.01 en 225.01 waaronder de contractuele personeelsleden in het gesubsidieerd vrij onderwijs vallen, heeft de Federale Regering gekozen voor de regeling van de “opt-in”. Dat wil zeggen dat het bevoegde paritaire comité aan de federale overheid moet laten weten voor welke functies flexi-jobwerknemers kunnen ingezet worden. In het systeem van de opt-in – zoals dat onder andere in het gesubsidieerd vrij onderwijs het geval is – is het dus zo dat er geen gebruik kan gemaakt worden van flexi-jobs zolang dat niet door het bevoegde paritaire comité gevraagd is.

2. Basisonderwijs

2.1. Voorwaarden voor de school

2.1.1. Personeelstekort

Een schoolbestuur kan bij een tekort aan onderwijzend of beleids- en ondersteunend personeel op de arbeidsmarkt een flexi-jobwerknemer aannemen.

Het tekort aan onderwijzend of beleids- en ondersteunend personeel op de arbeidsmarkt blijkt uit het feit dat het schoolbestuur in de school waar het de flexi-jobwerknemer in dienst wil nemen voor een vacature in een wervingsambt van het onderwijzend of beleids- en ondersteunend personeel, de voormelde vacature niet kan invullen via een reguliere aanstelling van een personeelslid dat daarvoor beschikt over een vereist of voldoende geacht bekwaamheidsbewijs.

Onder vacature wordt verstaan:

  • een volledige of onvolledige betrekking die vacant is of  
  • een volledige of onvolledige niet-vacante betrekking waarvan de afwezige titularis of zijn vervanger regulier kan worden vervangen.

Onder reguliere vervanging moet worden begrepen een vervanging van een afwezigheid van minder dan een schooljaar die voldoet aan volgende voorwaarden:

  • het te vervangen personeelslid is aangesteld in een gefinancierde of gesubsidieerde betrekking in het onderwijs;
  • het personeelslid dat afwezig is, kan worden vervangen volgens de gangbare financierings- en subsidiëringsregels.

De flexi-job geldt altijd maximaal voor de duur van de afwezigheid van de titularis van de betrekking die in aanmerking komt voor een reguliere vervanging en maximaal voor de duur van het lopende schooljaar.

2.1.2. Enkel voor wervingsambten van het onderwijzend of beleids- en ondersteunend personeel

Een schoolbestuur kan enkel voor wervingsambten van het onderwijzend (bv. kleuteronderwijzer (ASV) en onderwijzer (ASV)) of beleids- en ondersteunend personeel (bv. administratief medewerker en ICT-coördinator) van een of meer van zijn scholen flexi-jobwerknemers aannemen.

Flexi-jobs zijn dus niet mogelijk voor wervingsambten van andere personeelcategorieën of selectie- en bevorderingsambten, zoals bijvoorbeeld adjunct-directeur, directeur en alle paramedische ambten (psycholoog, maatschappelijk werker, …).

Een overzicht van alle wervingsambten die tot de personeelscategorieën van het onderwijzend en beleids- en ondersteunend personeel behoren, vindt u op de website.

2.2. Voorwaarden voor de flexi-jobwerknemer

2.2.1. Algemene voorwaarden

Flexi-jobs zijn er voor:

  • werknemers die al minstens 4/5 werken;
  • gepensioneerden.

Als werknemer mag u elk jaar maar tot een bepaald bedrag bijverdienen met een flexi-job zonder dat u belastingen moet betalen. Op dit ogenblik is dat bedrag beperkt tot 12.000 euro. U betaalt belastingen op alles wat u daarbovenop verdient. Actuele informatie hierover vindt u steeds terug op de website van de sociale zekerheid.

Als gepensioneerde hangt het af van uw leeftijd hoeveel u mag bijverdienen:

  • Bent u 65 jaar of ouder, dan mag u onbeperkt bijverdienen zonder dat u belastingen moet betalen.
  • Bent u jonger dan 65, hou dan rekening met een jaarlijkse limiet. Die is afhankelijk van uw persoonlijke situatie. 

Kan u een loopbaan van 45 jaren aantonen bij aanvang van uw eerste rustpensioen of hebt u een overgangsuitkering, dan mag u onbeperkt bijverdienen zonder dat u belastingen moet betalen.

Meer informatie vindt u terug op de website van de Federale Pensioendienst.

Meer informatie over de algemene voorwaarden om als flexi-jobwerknemer aan de slag te kunnen, vindt u terug op de website van de sociale zekerheid of de FOD WASO.

Opgelet, AGODI komt niet tussen in de controle van de cumulatiegrenzen inzake pensioen.

2.2.2. Specifieke voorwaarden voor onderwijs

2.2.2.1. Voldoen aan de aanstellingsvoorwaarden

De flexi-jobwerknemer die door het schoolbestuur wordt geselecteerd, moet, net zoals elk ander personeelslid, aan de aanstellingsvoorwaarden voldoen die vastgelegd zijn in de rechtspositiedecreten.

Het schoolbestuur controleert of de voorgestelde flexi-jobwerknemer voldoet aan deze aanstellingsvoorwaarden:

  • onderdaan zijn van een lidstaat van de Europese Unie of van de Europese Vrijhandelsassociatie;
  • de burgerlijke en politieke rechten genieten (model 596 SV 2: werken met minderjarigen);
  • van onberispelijk gedrag zijn (model 596 SV 2: werken met minderjarigen);
  • voldoen aan de taalvereisten;
  • houder zijn van een specifiek bekwaamheidsbewijs.

Meer informatie over de aanstellingsvoorwaarden vindt u terug op de website.

Met betrekking tot het specifieke bekwaamheidsbewijs moet de flexi-jobwerknemer in het bezit zijn van een ‘vereist’, ‘voldoend geacht’ of ‘ander’ bekwaamheidsbewijs zoals vastgelegd in de regelgeving voor het ambt dat de flexi-jobwerknemer wenst uit te oefenen. Een overzicht kan u per ambt en onderwijsniveau terugvinden in de databank bekwaamheidsbewijzen.

Een leerkracht levensbeschouwelijk vakken (leermeester godsdienst of leermeester niet-confessionele zedenleer) kan u enkel aanstellen als het personeelslid aan de aanstellingsvoorwaarden voldoet én er daarenboven een voordracht is van de bevoegde instantie van de betrokken godsdienst (leermeester godsdienst) of van de bevoegde instantie van de niet-confessionele zedenleer (leermeester niet-confessionele zedenleer).

2.2.2.2. Geen andere tewerkstelling bij hetzelfde schoolbestuur hebben

De flexi-jobwerknemer mag daarnaast geen andere tewerkstelling bij het schoolbestuur hebben.

2.3. De raamovereenkomst

De wet van 16 november 2015 houdende diverse bepalingen inzake sociale zaken vereist dat een raamovereenkomst wordt gesloten tussen het schoolbestuur en de flexi-jobwerknemer voor de aanvang van de eerste tewerkstelling.

De raamovereenkomst moet ten minste de volgende vermeldingen bevatten:

  • de identiteit van de partijen;
  • of de flexi-jobarbeidsovereenkomst mondeling of schriftelijk zal zijn, en binnen welke termijn ze aan de flexi-jobwerknemer voorgesteld moet worden;
  • een beknopte beschrijving van de uit te oefenen functie(s);
  • het flexiloon, waarbij het basisloon minimaal gelijk is aan het uurloon bepaald op basis van het baremieke loon dat geldt voor de door de flexi-jobwerknemer uitgeoefende functie overeenkomstig de rechtspositieregeling die op hem van toepassing zou zijn. Met andere woorden, het basisloon wordt minimaal bepaald aan de hand van het barema dat van toepassing zou zijn indien het personeelslid als statutair personeelslid aangesteld zou worden. Voor meer informatie over welke barema’s voor welke ambten en diploma’s gelden, kan u de databank bekwaamheidsbewijzen raadplegen. 
    Het flexiloon mag niet meer bedragen dan 150 procent van het voormelde minimale basisloon.

Naast dit basisloon bestaat het flexiloon uit vergoedingen, premies en voordelen uitgekeerd door de werkgever als loon.

Het flexivakantiegeld bedraagt 7,67% van het flexiloon.

Voorbeeld

Het schoolbestuur wil een flexi-jobwerknemer in dienst nemen als onderwijzer. Het personeelslid heeft ooit een diploma van onderwijzer behaald en beschikt hiermee over een vereist bekwaamheidsbewijs voor het ambt van onderwijzer. Hierdoor heeft de flexi-jobwerknemer minstens recht op een basisloon overeenkomstig het barema 148.

  • de hieronder geciteerde tekst van artikel 4, §1, van de voormelde wet van 16 november 2015, meer bepaald de voorwaarde van een tewerkstelling van 4/5 gedurende het referentiekwartaal, tenzij de flexi-jobwerknemer gepensioneerd is:

Een tewerkstelling in het kader van een flexi-job is mogelijk wanneer de betrokken werknemer bij één of meerdere andere werkgever(s) al een tewerkstelling heeft die minimaal gelijk is aan 4/5e van een voltijdse job van een referentiepersoon van de sector waarin de 4/5e tewerkstelling wordt gepresteerd, gedurende het referentiekwartaal T-3, en voor zover de werknemer gedurende dezelfde periode in het kwartaal T:

a) niet voorafgaandelijk, noch bijkomend is tewerkgesteld onder een andere arbeidsovereenkomst of statutaire aanstelling bij de werkgever bij wie hij de flexi-job uitoefent;

b) zich niet in een periode bevindt gedekt door een verbrekingsvergoeding of ontslagcompensatievergoeding ten laste van de werkgever bij wie hij de flexi-job uitoefent;

c) zich niet bevindt in een opzeggingstermijn;

d) niet is tewerkgesteld met een arbeidsovereenkomst bij de gebruiker aan wie hij door een uitzendkantoor ter beschikking wordt gesteld om een flexi-job uit te oefenen;

e) niet is tewerkgesteld bij een onderneming die verbonden is, zoals gedefinieerd in artikel 1.20 van het Wetboek van Vennootschappen en Verenigingen, aan de onderneming waarbij men een arbeidsovereenkomst heeft voor een tewerkstelling van minimaal 4/5e van een voltijdse job van een referentiepersoon van de sector.

Personen die in T-3 4/5de van een voltijdse job van een referentiepersoon van de sector waarin de 4/5de tewerkstelling wordt gepresteerd werkten en in T-4 voltijds werkten, kunnen geen flexi-job uitoefenen in T en T+1.”.

De raamovereenkomst wordt voor bepaalde of onbepaalde duur afgesloten. In het kader van zo’n raamovereenkomst kunnen dan vervolgens één of meerdere flexi-jobarbeidsovereenkomsten afgesloten worden.

Als er geen raamovereenkomst wordt afgesloten die voldoet aan de bovenstaande bepalingen, kan de arbeidsovereenkomst die in dat kader wordt gesloten niet worden beschouwd als een flexi-jobarbeidsovereenkomst. De arbeidsovereenkomst zal bijgevolg worden gekwalificeerd als een gewone arbeidsovereenkomst voor arbeiders of bedienden en naargelang het geval voor bepaalde tijd, voor onbepaalde tijd of voor een duidelijk omschreven werk.

Het schoolbestuur houdt de raamovereenkomst samen met de flexi-jobarbeidsovereenkomst bij op de plaats van de tewerkstelling van de flexi-jobwerknemer.

Voor het bepalen van het flexiloon is het schoolbestuur vrij om te beslissen of eerder gepresteerde diensten in rekening genomen worden voor het bepalen van de geldelijke anciënniteit.

2.4. De flexi-jobarbeidsovereenkomst

Het schoolbestuur sluit met de flexi-jobwerknemer, naast de raamovereenkomst, ook een flexi-jobarbeidsovereenkomst af.

Deze arbeidsovereenkomst valt onder de toepassing van het algemeen arbeidsrecht, behalve voor wat betreft bepaalde bijzondere materies waarvoor de wet van 16 november 2015 een bijzondere bepaling heeft vastgesteld. Die wet bepaalt onder andere het volgende:

  • De flexi-jobarbeidsovereenkomst wordt gesloten voor een bepaalde tijd of voor een duidelijk omschreven werk/opdracht.
  • De flexi-jobarbeidsovereenkomst wordt geregeld door de bepalingen van de wet van 3 juli 1978 betreffende de arbeidsovereenkomsten.
  • De flexi-jobarbeidsovereenkomst kan schriftelijk of mondeling worden gesloten.

Het schoolbestuur houdt de flexi-jobarbeidsovereenkomst samen met de raamovereenkomst bij op de plaats van de tewerkstelling van de flexi-jobwerknemer. 

2.5. Middelen waarmee flexi-jobwerknemers betaald kunnen worden

Het schoolbestuur kan de volgende middelen aanwenden voor het in dienst nemen van een flexi-jobwerknemer:

  • eigen middelen,
  • werkingsbudget (hiermee wordt niet een aanstelling via PWB bedoeld als vermeld in de omzendbrief PERS/2012/08 - Aanwending van het werkingsbudget voor aanwerving van personeel),
  • of een deel van zijn omkadering dat omgezet kan worden naar een krediet voor het aanstellen van een gastleraar zonder dienstverleningsovereenkomst.

Meer informatie over de gastleraar zonder dienstverleningsovereenkomst vindt u terug in:

  • punt 3.4 van de omzendbrief BaO/2005/09 - Personeelsformatie Scholen in het Gewoon Basisonderwijs;
  • punt 3.5 van de omzendbrief BaO/2005/10 - De personeelsformatie Scholen in het buitengewoon basisonderwijs.

De mogelijkheid om het krediet te gebruiken, eindigt:

  • vanaf het ogenblik dat de titularis van de betrekking die in aanmerking komt voor een reguliere vervanging vervroegd terugkeert uit zijn afwezigheid. Hierdoor eindigt ook de aanstelling van de flexi-jobwerknemer;
  • als de flexi-jobwerknemer ontslag neemt.

2.6. Praktische schikkingen

De betaling van de flexi-jobwerknemer verloopt niet via AGODI. De opdracht van een flexi-jobwerknemer wordt dus ook niet gemeld aan AGODI. 

Wanneer u een flexi-jobwerknemer in dienst wil nemen, moet dit wel via andere kanalen gemeld en aangegeven worden. Meer informatie hierover vindt u hier terug.

Het is aangewezen dat u de administratieve instructies van de RSZ raadpleegt vooraleer u een flexi-jobwerknemer in dienst neemt:
- Administratieve instructies RSZ - 2024/2;
- Administratieve instructies RSZ – 2024/3.

Vragen over Wide, Dimona, de dagregistratie, DmfA en algemene vragen kan u stellen aan de Rijksdienst voor Sociale Zekerheid (RSZ).

Voor vragen over de raamovereenkomst, de flexi-jobarbeidsovereenkomst en het flexiloon kan u terecht bij de FOD WASO op het nummer 02/235 55 55 of via e-mail: info.tsw@werk.belgie.be.

Voor het fiscale aspect kan u uw vragen richten aan de FOD Financiën via de contactpagina.

De praktische schikkingen betreffende de omzetting van omkadering naar een krediet voor het aanstellen van een gastleraar zonder dienstverleningsovereenkomst vindt u terug in:

  • punt 3.4 en bijlage 6 van de omzendbrief BaO/2005/09 - Personeelsformatie Scholen in het Gewoon Basisonderwijs;
  • punt 3.5 en bijlage 3 van de omzendbrief BaO/2005/10 - De personeelsformatie Scholen in het buitengewoon basisonderwijs.

3. Secundair onderwijs

3.1. Voorwaarden voor de school

3.1.1. Personeelstekort

Een schoolbestuur kan bij een tekort aan onderwijzend of ondersteunend personeel op de arbeidsmarkt een flexi-jobwerknemer aannemen.

Het tekort aan onderwijzend of ondersteunend personeel op de arbeidsmarkt blijkt uit het feit dat het schoolbestuur in de school waar het de flexi-jobwerknemer in dienst wil nemen voor een vacature in een wervingsambt van het onderwijzend of ondersteunend personeel, de voormelde vacature niet kan invullen via een reguliere aanstelling van een personeelslid dat daarvoor beschikt over een vereist of voldoende geacht bekwaamheidsbewijs.

Onder vacature wordt verstaan:

  • een volledige of onvolledige betrekking die vacant is of  
  • een volledige of onvolledige niet-vacante betrekking waarvan de afwezige titularis of zijn vervanger regulier kan worden vervangen.

Onder reguliere vervanging moet worden begrepen een vervanging van een afwezigheid van minder dan een schooljaar die voldoet aan volgende voorwaarden:

  • het te vervangen personeelslid is aangesteld in een gefinancierde of gesubsidieerde betrekking in het onderwijs;
  • het personeelslid dat afwezig is, kan worden vervangen volgens de gangbare financierings- en subsidiëringsregels.

De flexi-job geldt altijd maximaal voor de duur van de afwezigheid van de titularis van de betrekking die in aanmerking komt voor een reguliere vervanging en maximaal voor de duur van het lopende schooljaar.

3.1.2. Enkel voor wervingsambten van het onderwijzend of ondersteunend personeel

Een schoolbestuur kan enkel voor wervingsambten van het onderwijzend (bv. leraar (ASV)) of ondersteunend personeel (bv. administratief medewerker en ICT-coördinator) van een of meer van zijn scholen flexi-jobwerknemers aannemen.

Flexi-jobs zijn dus niet mogelijk voor wervingsambten van andere personeelcategorieën of selectie- en bevorderingsambten, zoals bijvoorbeeld directeur en alle paramedische ambten (psycholoog, maatschappelijk werker, …).

Een overzicht van alle wervingsambten die tot de personeelscategorieën van het onderwijzend en ondersteunend personeel behoren, vindt u op de website.

3.2. Voorwaarden voor de flexi-jobwerknemer

3.2.1. Algemene voorwaarden

Flexi-jobs zijn er voor:

  • werknemers die al minstens 4/5 werken;
  • gepensioneerden.

Als werknemer mag u elk jaar maar tot een bepaald bedrag bijverdienen met een flexi-job zonder dat u belastingen moet betalen. Op dit ogenblik is dat bedrag beperkt tot 12.000 euro. U betaalt belastingen op alles wat u daarbovenop verdient. Actuele informatie hierover vindt u steeds terug op de website van de sociale zekerheid.

Als gepensioneerde hangt het af van uw leeftijd hoeveel u mag bijverdienen:

  • Bent u 65 jaar of ouder, dan mag u onbeperkt bijverdienen zonder dat u belastingen moet betalen.
  • Bent u jonger dan 65, hou dan rekening met een jaarlijkse limiet. Die is afhankelijk van uw persoonlijke situatie. 

Kan u een loopbaan van 45 jaren aantonen bij aanvang van uw eerste rustpensioen of hebt u een overgangsuitkering, dan mag u onbeperkt bijverdienen zonder dat u belastingen moet betalen.

Meer informatie vindt u terug op de website van de Federale Pensioendienst.

Meer informatie over de algemene voorwaarden om als flexi-jobwerknemer aan de slag te kunnen, vindt u terug op de website van de sociale zekerheid of de FOD WASO.

Opgelet, AGODI komt niet tussen in de controle van de cumulatiegrenzen inzake pensioen.

3.2.2. Specifieke voorwaarden voor onderwijs

3.2.2.1. Voldoen aan de aanstellingsvoorwaarden

De flexi-jobwerknemer die door het schoolbestuur wordt geselecteerd, moet, net zoals elk ander personeelslid, aan de aanstellingsvoorwaarden voldoen die vastgelegd zijn in de rechtspositiedecreten.

Het schoolbestuur controleert of de voorgestelde flexi-jobwerknemer voldoet aan deze aanstellingsvoorwaarden:

  • onderdaan zijn van een lidstaat van de Europese Unie of van de Europese Vrijhandelsassociatie;
  • de burgerlijke en politieke rechten genieten (model 596 SV 2: werken met minderjarigen);
  • van onberispelijk gedrag zijn (model 596 SV 2: werken met minderjarigen);
  • voldoen aan de taalvereisten;
  • houder zijn van een specifiek bekwaamheidsbewijs.

Meer informatie over de aanstellingsvoorwaarden vindt u terug op de website.

Met betrekking tot het specifieke bekwaamheidsbewijs moet de flexi-jobwerknemer in het bezit zijn van een ‘vereist’, ‘voldoend geacht’ of ‘ander’ bekwaamheidsbewijs zoals vastgelegd in de regelgeving voor het ambt dat de flexi-jobwerknemer wenst uit te oefenen. Een overzicht kan u per ambt en onderwijsniveau terugvinden in de databank bekwaamheidsbewijzen.

Een leerkracht levensbeschouwelijk vakken (godsdienstleraar of leraar niet-confessionele zedenleer) kan u enkel aanstellen als het personeelslid aan de aanstellingsvoorwaarden voldoet én er daarenboven een voordracht is van de bevoegde instantie van de betrokken godsdienst (godsdienstleraar) of van de bevoegde instantie van de niet-confessionele zedenleer (leraar niet-confessionele zedenleer).

3.2.2.2. Geen andere tewerkstelling bij hetzelfde schoolbestuur hebben

De flexi-jobwerknemer mag daarnaast geen andere tewerkstelling bij het schoolbestuur hebben.

3.3. De raamovereenkomst

De wet van 16 november 2015 houdende diverse bepalingen inzake sociale zaken vereist dat een raamovereenkomst wordt gesloten tussen het schoolbestuur en de flexi-jobwerknemer voor de aanvang van de eerste tewerkstelling.

De raamovereenkomst moet ten minste de volgende vermeldingen bevatten:

  • de identiteit van de partijen;
  • of de flexi-jobarbeidsovereenkomst mondeling of schriftelijk zal zijn, en binnen welke termijn ze aan de flexi-jobwerknemer voorgesteld moet worden;
  • een beknopte beschrijving van de uit te oefenen functie(s);
  • het flexiloon, waarbij het basisloon minimaal gelijk is aan het uurloon bepaald op basis van het baremieke loon dat geldt voor de door de flexi-jobwerknemer uitgeoefende functie overeenkomstig de rechtspositieregeling die op hem van toepassing zou zijn. Met andere woorden, het basisloon wordt minimaal bepaald aan de hand van het barema dat van toepassing zou zijn indien het personeelslid als statutair personeelslid aangesteld zou worden. Voor meer informatie over welke barema’s voor welke ambten en diploma’s gelden, kan u de databank bekwaamheidsbewijzen raadplegen.

Het flexiloon mag niet meer bedragen dan 150 procent van het voormelde minimale basisloon.

Naast dit basisloon bestaat het flexiloon uit vergoedingen, premies en voordelen uitgekeerd door de werkgever als loon.

Het flexivakantiegeld bedraagt 7,67% van het flexiloon.

Voorbeeld

Het schoolbestuur wil een flexi-jobwerknemer in dienst nemen als leraar voor het vak Frans in de eerste graad. Het personeelslid heeft ooit een GLSO Frans-geschiedenis behaald en beschikt hiermee over een vereist bekwaamheidsbewijs voor het vak Frans in het ambt van leraar. Hierdoor heeft de flexi-jobwerknemer minstens recht op een basisloon overeenkomstig het barema 301.

  • de hieronder geciteerde tekst van artikel 4, §1, van de voormelde wet van 16 november 2015, meer bepaald de voorwaarde van een tewerkstelling van 4/5 gedurende het referentiekwartaal, tenzij de flexi-jobwerknemer gepensioneerd is:

Een tewerkstelling in het kader van een flexi-job is mogelijk wanneer de betrokken werknemer bij één of meerdere andere werkgever(s) al een tewerkstelling heeft die minimaal gelijk is aan 4/5e van een voltijdse job van een referentiepersoon van de sector waarin de 4/5e tewerkstelling wordt gepresteerd, gedurende het referentiekwartaal T-3, en voor zover de werknemer gedurende dezelfde periode in het kwartaal T:

a) niet voorafgaandelijk, noch bijkomend is tewerkgesteld onder een andere arbeidsovereenkomst of statutaire aanstelling bij de werkgever bij wie hij de flexi-job uitoefent;

b) zich niet in een periode bevindt gedekt door een verbrekingsvergoeding of ontslagcompensatievergoeding ten laste van de werkgever bij wie hij de flexi-job uitoefent;

c) zich niet bevindt in een opzeggingstermijn;

d) niet is tewerkgesteld met een arbeidsovereenkomst bij de gebruiker aan wie hij door een uitzendkantoor ter beschikking wordt gesteld om een flexi-job uit te oefenen;

e) niet is tewerkgesteld bij een onderneming die verbonden is, zoals gedefinieerd in artikel 1.20 van het Wetboek van Vennootschappen en Verenigingen, aan de onderneming waarbij men een arbeidsovereenkomst heeft voor een tewerkstelling van minimaal 4/5e van een voltijdse job van een referentiepersoon van de sector.

Personen die in T-3 4/5de van een voltijdse job van een referentiepersoon van de sector waarin de 4/5de tewerkstelling wordt gepresteerd werkten en in T-4 voltijds werkten, kunnen geen flexi-job uitoefenen in T en T+1.”.

De raamovereenkomst wordt voor bepaalde of onbepaalde duur afgesloten. In het kader van zo’n raamovereenkomst kunnen dan vervolgens één of meerdere flexi-jobarbeidsovereenkomsten afgesloten worden.

Als er geen raamovereenkomst wordt afgesloten die voldoet aan de bovenstaande bepalingen, kan de arbeidsovereenkomst die in dat kader wordt gesloten niet worden beschouwd als een flexi-jobarbeidsovereenkomst. De arbeidsovereenkomst zal bijgevolg worden gekwalificeerd als een gewone arbeidsovereenkomst voor arbeiders of bedienden en naargelang het geval voor bepaalde tijd, voor onbepaalde tijd of voor een duidelijk omschreven werk.

Het schoolbestuur houdt de raamovereenkomst samen met de flexi-jobarbeidsovereenkomst bij op de plaats van de tewerkstelling van de flexi-jobwerknemer.

Voor het bepalen van het flexiloon is het schoolbestuur vrij om te beslissen of eerder gepresteerde diensten in rekening genomen worden voor het bepalen van de geldelijke anciënniteit.

3.4. De flexi-jobarbeidsovereenkomst

Het schoolbestuur sluit met de flexi-jobwerknemer, naast de raamovereenkomst, ook een flexi-jobarbeidsovereenkomst af.

Deze arbeidsovereenkomst valt onder de toepassing van het algemeen arbeidsrecht, behalve voor wat betreft bepaalde bijzondere materies waarvoor de wet van 16 november 2015 een bijzondere bepaling heeft vastgesteld. Die wet bepaalt onder andere het volgende:

  • De flexi-jobarbeidsovereenkomst wordt gesloten voor een bepaalde tijd of voor een duidelijk omschreven werk/opdracht.
  • De flexi-jobarbeidsovereenkomst wordt geregeld door de bepalingen van de wet van 3 juli 1978 betreffende de arbeidsovereenkomsten.
  • De flexi-jobarbeidsovereenkomst kan schriftelijk of mondeling worden gesloten.

Het schoolbestuur houdt de flexi-jobarbeidsovereenkomst samen met de raamovereenkomst bij op de plaats van de tewerkstelling van de flexi-jobwerknemer.

3.5. Middelen waarmee flexi-jobwerknemers betaald kunnen worden

Het schoolbestuur kan de volgende middelen aanwenden voor het in dienst nemen van een flexi-jobwerknemer:

  • eigen middelen,
  • werkingsbudget (hiermee wordt niet een aanstelling via PWB bedoeld als vermeld in de omzendbrief PERS/2012/08 - Aanwending van het werkingsbudget voor aanwerving van personeel),
  • of een deel van zijn omkadering dat omgezet kan worden naar een krediet voor het aanstellen van een gastleraar zonder dienstverleningsovereenkomst.

Meer informatie over de gastleraar zonder dienstverleningsovereenkomst vindt u terug in:

  • punt 4.6 van de omzendbrief SO 55 - Ambt van directeur en pakket "uren-leraar" in het voltijds gewoon secundair onderwijs;
  • punt 15.2 van de omzendbrief SO/2008/08 – Stelsel van leren en werken;
  • punt 5.11 van de omzendbrief SO/2011/01(buso) – Omkadering in het buitengewoon secundair onderwijs.

De mogelijkheid om het krediet te gebruiken, eindigt:

  • vanaf het ogenblik dat de titularis van de betrekking die in aanmerking komt voor een reguliere vervanging vervroegd terugkeert uit zijn afwezigheid. Hierdoor eindigt ook de aanstelling van de flexi-jobwerknemer;
  • als de flexi-jobwerknemer ontslag neemt.

3.6. Praktische schikkingen

De betaling van de flexi-jobwerknemer verloopt niet via AGODI. De opdracht van een flexi-jobwerknemer wordt dus ook niet gemeld aan AGODI.

Wanneer u een flexi-jobwerknemer in dienst wil nemen, moet dit wel via andere kanalen gemeld en aangegeven worden. Meer informatie hierover vindt u hier terug.

Het is aangewezen dat u de administratieve instructies van de RSZ raadpleegt vooraleer u een flexi-jobwerknemer in dienst neemt:
- Administratieve instructies RSZ - 2024/2;
- Administratieve instructies RSZ – 2024/3.

Vragen over Wide, Dimona, de dagregistratie, DmfA en algemene vragen kan u stellen aan de Rijksdienst voor Sociale Zekerheid (RSZ).

Voor vragen over de raamovereenkomst, de flexi-jobarbeidsovereenkomst en het flexiloon kan u terecht bij de FOD WASO op het nummer 02/235 55 55 of via e-mail: info.tsw@werk.belgie.be.

Voor het fiscale aspect kan u uw vragen richten aan de FOD Financiën via de contactpagina.

4. Centra voor volwassenenonderwijs

4.1. Voorwaarden voor het centrum

4.1.1. Personeelstekort

Een centrumbestuur kan bij een tekort aan onderwijzend of ondersteunend personeel op de arbeidsmarkt een flexi-jobwerknemer aannemen.

Het tekort aan onderwijzend of ondersteunend personeel op de arbeidsmarkt blijkt uit het feit dat het centrumbestuur in het centrum waar het de flexi-jobwerknemer in dienst wil nemen voor een vacature in een wervingsambt van het onderwijzend of ondersteunend personeel, de voormelde vacature niet kan invullen via een reguliere aanstelling van een personeelslid dat daarvoor beschikt over een vereist of voldoende geacht bekwaamheidsbewijs.

Onder vacature wordt verstaan:

  • een volledige of onvolledige betrekking die vacant is of
  • een volledige of onvolledige niet-vacante betrekking waarvan de afwezige titularis of zijn vervanger regulier kan worden vervangen.

Onder reguliere vervanging moet worden begrepen een vervanging van een afwezigheid van minder dan een schooljaar die voldoet aan volgende voorwaarden:

  • het te vervangen personeelslid is aangesteld in een gefinancierde of gesubsidieerde betrekking in het onderwijs;
  • het personeelslid dat afwezig is, kan worden vervangen volgens de gangbare financierings- en subsidiëringsregels.

De flexi-job geldt altijd maximaal voor de duur van de afwezigheid van de titularis van de betrekking die in aanmerking komt voor een reguliere vervanging en maximaal voor de duur van het lopende schooljaar.

4.1.2. Enkel voor wervingsambten van het onderwijzend of ondersteunend personeel

Een schoolbestuur kan enkel voor wervingsambten van het onderwijzend (bv. leraar secundair volwassenenonderwijs) of ondersteunend personeel (bv. administratief medewerker en ICT-coördinator) van een of meer van zijn centra flexi-jobwerknemers aannemen.

Flexi-jobs zijn dus niet mogelijk voor wervingsambten van andere personeelcategorieën of selectie- en bevorderingsambten, zoals bijvoorbeeld directeur of technisch adviseur.

Een overzicht van alle wervingsambten die tot de personeelscategorieën van het onderwijzend en ondersteunend personeel behoren, vindt u op de website.

4.2. Voorwaarden voor de flexi-jobwerknemer

4.2.1. Algemene voorwaarden

Flexi-jobs zijn er voor:

  • werknemers die al minstens 4/5 werken;
  • gepensioneerden.

Als werknemer mag u elk jaar maar tot een bepaald bedrag bijverdienen met een flexi-job zonder dat u belastingen moet betalen. Op dit ogenblik is dat bedrag beperkt tot 12.000 euro. U betaalt belastingen op alles wat u daarbovenop verdient. Actuele informatie hierover vindt u steeds terug op de website van de sociale zekerheid.

Als gepensioneerde hangt het af van uw leeftijd hoeveel u mag bijverdienen:

  • Bent u 65 jaar of ouder, dan mag u onbeperkt bijverdienen zonder dat u belastingen moet betalen.
  • Bent u jonger dan 65, hou dan rekening met een jaarlijkse limiet. Die is afhankelijk van uw persoonlijke situatie. 

Kan u een loopbaan van 45 jaren aantonen bij aanvang van uw eerste rustpensioen of hebt u een overgangsuitkering, dan mag u onbeperkt bijverdienen zonder dat u belastingen moet betalen.

Meer informatie vindt u terug op de website van de Federale Pensioendienst.

Meer informatie over de algemene voorwaarden om als flexi-jobwerknemer aan de slag te kunnen, vindt u terug op de website van de sociale zekerheid of de FOD WASO.

Opgelet, AHOVOKS komt niet tussen in de controle van de cumulatiegrenzen inzake pensioen.

4.2.2. Specifieke voorwaarden voor onderwijs

4.2.2.1. Voldoen aan de aanstellingsvoorwaarden

De flexi-jobwerknemer die door het centrumbestuur wordt geselecteerd, moet, net zoals elk ander personeelslid, aan de aanstellingsvoorwaarden voldoen die vastgelegd zijn in de rechtspositiedecreten.

Het centrumbestuur controleert of de voorgestelde flexi-jobwerknemer voldoet aan deze aanstellingsvoorwaarden:

  • onderdaan zijn van een lidstaat van de Europese Unie of van de Europese Vrijhandelsassociatie;
  • de burgerlijke en politieke rechten genieten (model 596 SV 2: werken met minderjarigen);
  • van onberispelijk gedrag zijn (model 596 SV 2: werken met minderjarigen);
  • voldoen aan de taalvereisten;
  • houder zijn van een specifiek bekwaamheidsbewijs.

Meer informatie over de aanstellingsvoorwaarden vindt u terug op de website.

Met betrekking tot het specifieke bekwaamheidsbewijs moet de flexi-jobwerknemer in het bezit zijn van een ‘vereist’, ‘voldoend geacht’ of ‘ander’ bekwaamheidsbewijs zoals vastgelegd in de regelgeving voor het ambt dat de flexi-jobwerknemer wenst uit te oefenen. Een overzicht kan u per ambt en onderwijsniveau terugvinden in de databank bekwaamheidsbewijzen.

4.2.2.2. Geen andere tewerkstelling bij hetzelfde centrumbestuur hebben

De flexi-jobwerknemer mag daarnaast geen andere tewerkstelling bij het centrumbestuur hebben.

4.3. De raamovereenkomst

De wet van 16 november 2015 houdende diverse bepalingen inzake sociale zaken vereist dat een raamovereenkomst wordt gesloten tussen het centrumbestuur en de flexi-jobwerknemer voor de aanvang van de eerste tewerkstelling.

De raamovereenkomst moet ten minste de volgende vermeldingen bevatten:

  • de identiteit van de partijen;
  • of de flexi-jobarbeidsovereenkomst mondeling of schriftelijk zal zijn, en binnen welke termijn ze aan de flexi-jobwerknemer voorgesteld moet worden;
  • een beknopte beschrijving van de uit te oefenen functie(s);
  • het flexiloon, waarbij het basisloon minimaal gelijk is aan het uurloon bepaald op basis van het baremieke loon dat geldt voor de door de flexi-jobwerknemer uitgeoefende functie overeenkomstig de rechtspositieregeling die op hem van toepassing zou zijn. Met andere woorden, het basisloon wordt minimaal bepaald aan de hand van het barema dat van toepassing zou zijn indien het personeelslid als statutair personeelslid aangesteld zou worden. Voor meer informatie over welke barema’s voor welke ambten en diploma’s gelden, kan u de databank bekwaamheidsbewijzen raadplegen.

Het flexiloon mag niet meer bedragen dan 150 procent van het voormelde minimale basisloon.

Naast dit basisloon bestaat het flexiloon uit vergoedingen, premies en voordelen uitgekeerd door de werkgever als loon.

Het flexivakantiegeld bedraagt 7,67% van het flexiloon.

Voorbeeld

Het centrumbestuur wil een flexi-jobwerknemer in dienst nemen als leraar voor de module aangepaste voeding. Het personeelslid heeft ooit een bachelor in het onderwijs: secundair onderwijs voeding/verzorging behaald en beschikt hiermee over een vereist bekwaamheidsbewijs voor de module aangepaste voeding in het ambt van leraar. Hierdoor heeft de flexi-jobwerknemer minstens recht op een basisloon overeenkomstig het barema 302.

  • de hieronder geciteerde tekst van artikel 4, §1, van de voormelde wet van 16 november 2015, meer bepaald de voorwaarde van een tewerkstelling van 4/5 gedurende het referentiekwartaal, tenzij de flexi-jobwerknemer gepensioneerd is:

Een tewerkstelling in het kader van een flexi-job is mogelijk wanneer de betrokken werknemer bij één of meerdere andere werkgever(s) al een tewerkstelling heeft die minimaal gelijk is aan 4/5e van een voltijdse job van een referentiepersoon van de sector waarin de 4/5e tewerkstelling wordt gepresteerd, gedurende het referentiekwartaal T-3, en voor zover de werknemer gedurende dezelfde periode in het kwartaal T:

a) niet voorafgaandelijk, noch bijkomend is tewerkgesteld onder een andere arbeidsovereenkomst of statutaire aanstelling bij de werkgever bij wie hij de flexi-job uitoefent;

b) zich niet in een periode bevindt gedekt door een verbrekingsvergoeding of ontslagcompensatievergoeding ten laste van de werkgever bij wie hij de flexi-job uitoefent;

c) zich niet bevindt in een opzeggingstermijn;

d) niet is tewerkgesteld met een arbeidsovereenkomst bij de gebruiker aan wie hij door een uitzendkantoor ter beschikking wordt gesteld om een flexi-job uit te oefenen;

e) niet is tewerkgesteld bij een onderneming die verbonden is, zoals gedefinieerd in artikel 1.20 van het Wetboek van Vennootschappen en Verenigingen, aan de onderneming waarbij men een arbeidsovereenkomst heeft voor een tewerkstelling van minimaal 4/5e van een voltijdse job van een referentiepersoon van de sector.

Personen die in T-3 4/5de van een voltijdse job van een referentiepersoon van de sector waarin de 4/5de tewerkstelling wordt gepresteerd werkten en in T-4 voltijds werkten, kunnen geen flexi-job uitoefenen in T en T+1.”.

De raamovereenkomst wordt voor bepaalde of onbepaalde duur afgesloten. In het kader van zo’n raamovereenkomst kunnen dan vervolgens één of meerdere flexi-jobarbeidsovereenkomsten afgesloten worden.

Als er geen raamovereenkomst wordt afgesloten die voldoet aan de bovenstaande bepalingen, kan de arbeidsovereenkomst die in dat kader wordt gesloten niet worden beschouwd als een flexi-jobarbeidsovereenkomst. De arbeidsovereenkomst zal bijgevolg worden gekwalificeerd als een gewone arbeidsovereenkomst voor arbeiders of bedienden en naargelang het geval voor bepaalde tijd, voor onbepaalde tijd of voor een duidelijk omschreven werk.

Het centrumbestuur houdt de raamovereenkomst samen met de flexi-jobarbeidsovereenkomst bij op de plaats van de tewerkstelling van de flexi-jobwerknemer.

Voor het bepalen van het flexiloon is het centrumbestuur vrij om te beslissen of eerder gepresteerde diensten in rekening genomen worden voor het bepalen van de geldelijke anciënniteit.

4.4. De flexi-jobarbeidsovereenkomst

Het centrumbestuur sluit met de flexi-jobwerknemer, naast de raamovereenkomst, ook een flexi-jobarbeidsovereenkomst af.

Deze arbeidsovereenkomst valt onder de toepassing van het algemeen arbeidsrecht, behalve voor wat betreft bepaalde bijzondere materies waarvoor de wet van 16 november 2015 een bijzondere bepaling heeft vastgesteld. Die wet bepaalt onder andere het volgende:

  • De flexi-jobarbeidsovereenkomst wordt gesloten voor een bepaalde tijd of voor een duidelijk omschreven werk/opdracht.
  • De flexi-jobarbeidsovereenkomst wordt geregeld door de bepalingen van de wet van 3 juli 1978 betreffende de arbeidsovereenkomsten.
  • De flexi-jobarbeidsovereenkomst kan schriftelijk of mondeling worden gesloten.

Het centrumbestuur houdt de flexi-jobarbeidsovereenkomst samen met de raamovereenkomst bij op de plaats van de tewerkstelling van de flexi-jobwerknemer.

4.5. Middelen waarmee flexi-jobwerknemers betaald kunnen worden

Het centrumbestuur kan de volgende middelen aanwenden voor het in dienst nemen van een flexi-jobwerknemer:

  • eigen middelen,
  • werkingsmiddelen (hiermee wordt niet een aanstelling via PWB bedoeld als vermeld in de omzendbrief PERS/2012/08 - Aanwending van het werkingsbudget voor aanwerving van personeel),
  • of een deel van zijn omkadering dat omgezet kan worden naar een krediet voor het aanstellen van een gastleraar zonder dienstverleningsovereenkomst.

Meer informatie over de gastleraar zonder dienstverleningsovereenkomst vindt u terug in punt 5.2.6.3 van de omzendbrief VWO/2011/01 – De erkenning en financiering of subsidiëring van de centra voor volwassenenonderwijs en de centra voor basiseducatie.

De mogelijkheid om het krediet te gebruiken, eindigt:

  • vanaf het ogenblik dat de titularis van de betrekking die in aanmerking komt voor een reguliere vervanging vervroegd terugkeert uit zijn afwezigheid. Hierdoor eindigt ook de aanstelling van de flexi-jobwerknemer;
  • als de flexi-jobwerknemer ontslag neemt.

4.6. Praktische schikkingen

De betaling van de flexi-jobwerknemer verloopt niet via AHOVOKS. De opdracht van een flexi-jobwerknemer wordt dus ook niet gemeld aan AHOVOKS.

Wanneer u een flexi-jobwerknemer in dienst wil nemen, moet dit wel via andere kanalen gemeld en aangegeven worden. Meer informatie hierover vindt u hier terug.

Het is aangewezen dat u de administratieve instructies van de RSZ raadpleegt vooraleer u een flexi-jobwerknemer in dienst neemt:
- Administratieve instructies RSZ - 2024/2;
- Administratieve instructies RSZ – 2024/3.

Vragen over Wide, Dimona, de dagregistratie, DmfA en algemene vragen kan u stellen aan de Rijksdienst voor Sociale Zekerheid (RSZ).

Voor vragen over de raamovereenkomst, de flexi-jobarbeidsovereenkomst en het flexiloon kan u terecht bij de FOD WASO op het nummer 02/235 55 55 of via e-mail: info.tsw@werk.belgie.be.

Voor het fiscale aspect kan u uw vragen richten aan de FOD Financiën via de contactpagina.

5. Zomerscholen

5.1. Voorwaarden voor de organisator van de zomerschool

Behalve organisator zijn van een zomerschool hoeft u geen verdere voorwaarden te vervullen.

5.2. Voorwaarden voor de flexi-jobwerknemer

5.2.1. Algemene voorwaarden

Flexi-jobs zijn er voor:

  • werknemers die al minstens 4/5 werken;
  • gepensioneerden.

Als werknemer mag u elk jaar maar tot een bepaald bedrag bijverdienen met een flexi-job zonder dat u belastingen moet betalen. Op dit ogenblik is dat bedrag beperkt tot 12.000 euro. U betaalt belastingen op alles wat u daarbovenop verdient. Actuele informatie hierover vindt u steeds terug op de website van de sociale zekerheid.

Als gepensioneerde hangt het af van uw leeftijd hoeveel u mag bijverdienen:

  • Bent u 65 jaar of ouder, dan mag u onbeperkt bijverdienen zonder dat u belastingen moet betalen.
  • Bent u jonger dan 65, hou dan rekening met een jaarlijkse limiet. Die is afhankelijk van uw persoonlijke situatie. 

Kan u een loopbaan van 45 jaren aantonen bij aanvang van uw eerste rustpensioen of hebt u een overgangsuitkering, dan mag u onbeperkt bijverdienen zonder dat u belastingen moet betalen.

Meer informatie vindt u terug op de website van de Federale Pensioendienst.

Meer informatie over de algemene voorwaarden om als flexi-jobwerknemer aan de slag te kunnen, vindt u terug op de website van de sociale zekerheid of de FOD WASO.

Opgelet, AGODI komt niet tussen in de controle van de cumulatiegrenzen inzake pensioen.

5.2.2. Specifieke voorwaarde voor onderwijs

De flexi-jobwerknemer mag daarnaast geen andere tewerkstelling bij de organisator van de zomerschool hebben.

5.3. De raamovereenkomst

De wet van 16 november 2015 houdende diverse bepalingen inzake sociale zaken vereist dat een raamovereenkomst wordt gesloten tussen de organisator van de zomerschool en de flexi-jobwerknemer voor de aanvang van de eerste tewerkstelling.

De raamovereenkomst moet ten minste de volgende vermeldingen bevatten:

  • de identiteit van de partijen;
  • of de flexi-jobarbeidsovereenkomst mondeling of schriftelijk zal zijn, en binnen welke termijn ze aan de flexi-jobwerknemer voorgesteld moet worden;
  • een beknopte beschrijving van de uit te oefenen functie(s);
  • het flexiloon, waarbij het basisloon minimaal gelijk is aan het uurloon bepaald op basis van het baremieke loon dat geldt voor de door de flexi-jobwerknemer uitgeoefende functie overeenkomstig de rechtspositieregeling die op hem van toepassing zou zijn.

Het flexiloon mag niet meer bedragen dan 150 procent van het voormelde minimale basisloon.

Naast dit basisloon bestaat het flexiloon uit vergoedingen, premies en voordelen uitgekeerd door de werkgever als loon.

Het flexivakantiegeld bedraagt 7,67% van het flexiloon;

  • de hieronder geciteerde tekst van artikel 4, §1, van de voormelde wet van 16 november 2015, meer bepaald de voorwaarde van een tewerkstelling van 4/5 gedurende het referentiekwartaal, tenzij de flexi-jobwerknemer gepensioneerd is:

Een tewerkstelling in het kader van een flexi-job is mogelijk wanneer de betrokken werknemer bij één of meerdere andere werkgever(s) al een tewerkstelling heeft die minimaal gelijk is aan 4/5e van een voltijdse job van een referentiepersoon van de sector waarin de 4/5e tewerkstelling wordt gepresteerd, gedurende het referentiekwartaal T-3, en voor zover de werknemer gedurende dezelfde periode in het kwartaal T:

a) niet voorafgaandelijk, noch bijkomend is tewerkgesteld onder een andere arbeidsovereenkomst of statutaire aanstelling bij de werkgever bij wie hij de flexi-job uitoefent;

b) zich niet in een periode bevindt gedekt door een verbrekingsvergoeding of ontslagcompensatievergoeding ten laste van de werkgever bij wie hij de flexi-job uitoefent;

c) zich niet bevindt in een opzeggingstermijn;

d) niet is tewerkgesteld met een arbeidsovereenkomst bij de gebruiker aan wie hij door een uitzendkantoor ter beschikking wordt gesteld om een flexi-job uit te oefenen;

e) niet is tewerkgesteld bij een onderneming die verbonden is, zoals gedefinieerd in artikel 1.20 van het Wetboek van Vennootschappen en Verenigingen, aan de onderneming waarbij men een arbeidsovereenkomst heeft voor een tewerkstelling van minimaal 4/5e van een voltijdse job van een referentiepersoon van de sector.

Personen die in T-3 4/5de van een voltijdse job van een referentiepersoon van de sector waarin de 4/5de tewerkstelling wordt gepresteerd werkten en in T-4 voltijds werkten, kunnen geen flexi-job uitoefenen in T en T+1.”.

De raamovereenkomst wordt voor bepaalde of onbepaalde duur afgesloten. In het kader van zo’n raamovereenkomst kunnen dan vervolgens één of meerdere flexi-jobarbeidsovereenkomsten afgesloten worden.

Als er geen raamovereenkomst wordt afgesloten die voldoet aan de bovenstaande bepalingen, kan de arbeidsovereenkomst die in dat kader wordt gesloten niet worden beschouwd als een flexi-jobarbeidsovereenkomst. De arbeidsovereenkomst zal bijgevolg worden gekwalificeerd als een gewone arbeidsovereenkomst voor arbeiders of bedienden en naargelang het geval voor bepaalde tijd, voor onbepaalde tijd of voor een duidelijk omschreven werk.

De organisator van de zomerschool houdt de raamovereenkomst samen met de flexi-jobarbeidsovereenkomst bij op de plaats van de tewerkstelling van de flexi-jobwerknemer.

Voor het bepalen van het flexiloon is de organisator van de zomerschool vrij om te beslissen of eerder gepresteerde diensten in rekening genomen worden voor het bepalen van de geldelijke anciënniteit.

5.4. De flexi-jobarbeidsovereenkomst

De organisator van de zomerschool sluit met de flexi-jobwerknemer, naast de raamovereenkomst, ook een flexi-jobarbeidsovereenkomst af.

Deze arbeidsovereenkomst valt onder de toepassing van het algemeen arbeidsrecht, behalve voor wat betreft bepaalde bijzondere materies waarvoor de wet van 16 november 2015 een bijzondere bepaling heeft vastgesteld. Die wet bepaalt onder andere het volgende:

  • De flexi-jobarbeidsovereenkomst wordt gesloten voor een bepaalde tijd of voor een duidelijk omschreven werk/opdracht.
  • De flexi-jobarbeidsovereenkomst wordt geregeld door de bepalingen van de wet van 3 juli 1978 betreffende de arbeidsovereenkomsten.
  • De flexi-jobarbeidsovereenkomst kan schriftelijk of mondeling worden gesloten.

De organisator van de zomerschool houdt de flexi-jobarbeidsovereenkomst samen met de raamovereenkomst bij op de plaats van de tewerkstelling van de flexi-jobwerknemer.

5.5. Middelen waarmee flexi-jobwerknemers betaald kunnen worden

De organisator van de zomerschool kan de projectsubsidies voor zomerscholen aanwenden voor het in dienst nemen van een flexi-jobwerknemer.

5.6. Praktische schikkingen

De betaling van de flexi-jobwerknemer verloopt niet via AGODI. De opdracht van een flexi-jobwerknemer wordt dus ook niet gemeld aan AGODI.

Wanneer u een flexi-jobwerknemer in dienst wil nemen, moet dit wel via andere kanalen gemeld en aangegeven worden. Meer informatie hierover vindt u hier terug.

Het is aangewezen dat u de administratieve instructies van de RSZ raadpleegt vooraleer u een flexi-jobwerknemer in dienst neemt:
- Administratieve instructies RSZ - 2024/2;
- Administratieve instructies RSZ – 2024/3.

Vragen over Wide, Dimona, de dagregistratie, DmfA en algemene vragen kan u stellen aan de Rijksdienst voor Sociale Zekerheid (RSZ).

Voor vragen over de raamovereenkomst, de flexi-jobarbeidsovereenkomst en het flexiloon kan u terecht bij de FOD WASO op het nummer 02/235 55 55 of via e-mail: info.tsw@werk.belgie.be.

Voor het fiscale aspect kan u uw vragen richten aan de FOD Financiën via de contactpagina.

6. Bijlagen