Welzijnsbeleid voor werknemers in het onderwijs: aangepast of ander werk

  • referentie
    PERS/2011/06
  • publicatiedatum
    15/07/2011
  • datum laatste wijziging
    20/06/2018
  • Deze omzendbrief geeft een overzicht van de mogelijkheden die binnen de onderwijswetgeving bestaan om aangepast of ander werk op te nemen. Er staan geen nieuwigheden in de omzendbrief, alleen verwijzingen naar de plaats waar de lezer meer informatie kan vinden.
  • De federale wijzigingen aan de re-integratieprocedure brengen enkele wijzigingen met zich mee die met ingang van 1 september 2018 hun vertaling krijgen in de decreten rechtspositie via het decreet betreffende het onderwijs XXVIII. Verder is de omzendbrief aangepast aan de nieuwe verlofstelsels die sinds 1 september 2017 van toepassing zijn.

1. Inleiding

Zoals alle werkgevers zijn ook de besturen in het onderwijs verplicht om een welzijnsbeleid te voeren voor de personeelsleden die zij tewerkstellen.

Meer informatie over de Welzijnswet en de Codex over het welzijn op het werk vindt u op de webpagina's van de Federale Overheidsdienst Werkgelegenheid, Arbeid en Sociaal Overleg: algemene principes betreffende het welzijnsbeleid en welzijn op het werk.

In de Codex over het welzijn op het werk is bepaald welke onderzoeken de preventieadviseur-arbeidsgeneesheer bij de personeelsleden doet, en tot welke adviezen of beslissingen hij daarbij kan komen. Op de webpagina van de Federale Overheidsdienst Werkgelegenheid, Arbeid en Sociaal Overleg vindt u toelichting over het gezondheidstoezicht op de werknemers.

Het decreet van 8 mei 2002 houdende evenredige participatie op de arbeidsmarkt, bepaalt dat het Vlaams werkgelegenheidsbeleid moet georganiseerd worden volgens de principes van evenredige participatie en gelijke behandeling. Dat houdt de afwezigheid in van elke vorm van directe of indirecte discriminatie. Meer in het bijzonder is het verboden om de toegang tot het arbeidsproces te ontzeggen of te belemmeren om redenen die verband houden met - onder meer - functiebeperking. Het decreet van 10 juli 2008 houdende een kader voor het Vlaamse gelijkekansen- en gelijkebehandelingsbeleid, stelt dat het weigeren van redelijke aanpassingen voor personen met een functiebeperking als een vorm van discriminatie gezien kan worden. Meer informatie, bv. over redelijke aanpassingen, vindt u op deze website van UNIA (het Interfederaal Gelijkekansencentrum).

De toepassing van de bovenvermelde principes, regels en aanbevelingen, kan ertoe leiden dat een personeelslid in het onderwijs om redenen van medische aard of omwille van een beperking, aangepast of ander werk moet krijgen. Deze omzendbrief geeft een overzicht van de mogelijkheden die daartoe binnen de onderwijswetgeving bestaan en waar u hierover meer informatie kunt terugvinden.

2. Aangepast of ander werk in het onderwijs

Een belangrijke opmerking vooraf: overleg en afstemming tussen personeelslid, werkgever en preventieadviseur-arbeidsgeneesheer, is essentieel om tot goede oplossingen te komen. De wetgeving over het gezondheidstoezicht op de werknemers schrijft voor dat de werkgever, de preventieadviseur-arbeidsgeneesheer, en in voorkomend geval andere preventieadviseurs, de werknemer en de afgevaardigden van het personeel in het Comité voor Preventie en Bescherming op het werk, of bij ontstentenis van het Comité, de door de werknemer gekozen vertegenwoordigers van de vakbond, voorafgaandelijk overleg plegen over de mogelijkheden voor ander werk en de maatregelen voor aanpassing van de werkposten.

Voor de herinschakeling van vastbenoemde personeelsleden die definitief arbeidsongeschikt zijn, geldt vanaf 1 september 2014 een nieuwe werkwijze. Het doel is om door meer overleg tussen het bestuur, het personeelslid en eventueel de preventieadviseur-arbeidsgeneesheer, en door deskundig advies, de mogelijkheden tot tewerkstelling van het personeelslid na te gaan en tot een overeenkomst over tewerkstelling te komen. U leest daar meer over in de omzendbrieven
- Werkwijze vanaf 1 september 2014 voor de herinschakeling van een definitief arbeidsongeschikt personeelslid na een beslissing van MEDEX en  
- Werkwijze vanaf 1 september 2014 voor de herinschakeling van een definitief arbeidsongeschikt personeelslid in het kader van een re-integratieprocedure.
De tewerkstelling die het beoogde resultaat is van die procedure, is meestal een toepassing van een van de mogelijkheden die in deze omzendbrieven opgelijst worden.

2.1. Praktische en organisatorische aanpassingen

In het geval van een functiebeperking zijn ergonomische aanpassingen, hulpmiddelen of aanpassingen aan de arbeidspost (bv. toegankelijkheid) mogelijk, eventueel ondersteund met bijzondere tewerkstellingsondersteunende maatregelen (BTOM). U vindt daar meer informatie over op de website van de VDAB over tewerkstellingsmaatregelen.

Mogelijk biedt het aanpassen van de arbeidsomstandigheden, bv. door een klas om te wisselen met een collega, of door het uurrooster aan te passen, een oplossing die ervoor zorgt dat een personeelslid aan het werk kan blijven.

In dit overzicht mag zeker de Vlaamse ondersteuningspremie (VOP) niet ontbreken. De werkgever die een persoon met een arbeidshandicap tewerkstelt, kan in aanmerking komen voor die premie, die tot 60% van de loonkost kan bedragen ter compensatie van het rendementsverlies van het personeelslid. U vindt de nodige informatie op de website van de VDAB over de Vlaamse ondersteunigspremie (VOP).

2.2. Ander werk binnen hetzelfde ambt

Een personeelslid andere taken laten uitvoeren, eventueel gedurende een beperkte periode om de belasting te verminderen, zonder dat er daarom van een ander ambt sprake is, kan een oplossing bieden om aan het werk te blijven.

Dat kan bijvoorbeeld voor een vastbenoemde leerkracht door hem andere taken te geven (bv. een kleuteronderwijzer niet meer belasten met de lessen lichamelijke opvoeding of zwemlessen), of hem andere vakken, opleidingen of modules die binnen de draagwijdte van zijn vaste benoeming vallen, te laten onderwijzen, (bv. een leraar secundair onderwijs die bevoegd is voor lichamelijke opvoeding en biologie niet meer belasten met de lessen lichamelijke opvoeding en hem in de plaats daarvan biologie geven).

Voor een vastbenoemd leraar voor wie een procedure tot herinschakeling na definitieve arbeidsongeschiktheid gevolgd wordt, kan een formele inperking van de draagwijdte van de vaste benoeming gebeuren. Daarover vindt u meer informatie in de omzendbrieven 

- Werkwijze vanaf 1 september 2014 voor de herinschakeling van een definitief arbeidsongeschikt personeelslid na een beslissing van MEDEX en 

- Werkwijze vanaf 1 september 2014 voor de herinschakeling van een definitief arbeidsongeschikt personeelslid in het kader van een re-integratieprocedure.

Voor vakken, opleidingen of modules die buiten de draagwijdte van de vaste benoeming vallen, bv. vakken waarvoor de leerkracht een voldoende geacht bekwaamheidsbewijs heeft, kan in sommige gevallen het verlof voor een tijdelijke andere opdracht een oplossing bieden. U vindt alle informatie over het verlof voor een tijdelijke andere opdracht in de omzendbrief: Administratieve en geldelijke toestand van vast benoemde personeelsleden die tijdelijk belast worden met een andere opdracht - TAO.

Ook voor tijdelijke leerkrachten kan een verschuiving naar andere vakken, opleidingen of modules waar zij lesbevoegdheid voor hebben, een oplossing bieden.

Personeelsleden kunnen ook andere, instellingsgebonden taken opnemen. Daarover vindt u informatie in de omzendbrief: Functiebeschrijving en evaluatie. Het is mogelijk hen daarvoor een opdracht bijzondere pedagogische taken (BPT) (basis- en secundair onderwijs) of (pedagogische) coördinatie (volwassenenonderwijs en deeltijds kunstonderwijs) toe te kennen, met uren-leraar, lestijden of leraarsuren uit het toegekende pakket. Voor meer informatie daarover kunt u terecht in de volgende omzendbrieven.

- Specifieke maatregelen vanaf 1-9-2001 voor het organiseren van bijzondere pedagogische taken in het basisonderwijs;

- Personeelsformatie Scholen in het Gewoon Basisonderwijs, punt 6;

- De personeelsformatie Scholen in het buitengewoon basisonderwijs, punt 7;

- De erkenning en financiering of subsidiëring van de centra voor volwassenenonderwijs en de centra voor basiseducatie, punt 5.4.4.

In het secundair onderwijs biedt uiteraard ook taak- en functiedifferentiatie, waarvoor de globale puntenenveloppe kan aangesproken worden, mogelijkheden om een personeelslid een andere taakinvulling te geven. Meer informatie vindt u in de omzendbrief: Aanwending van de globale puntenenveloppe in het secundair onderwijs.

Voor een vastbenoemd personeelslid voor wie een procedure tot herinschakeling na definitieve arbeidsongeschiktheid gevolgd wordt, kan de overeenkomst over tewerkstelling zijn dat het personeelslid met andere taken belast wordt. Daarvoor wordt de functiebeschrijving in onderling overleg aangepast. Daarover vindt u meer informatie in de omzendbrieven 

- Werkwijze vanaf 1 september 2014 voor de herinschakeling van een definitief arbeidsongeschikt personeelslid na een beslissing van MEDEX en

- Werkwijze vanaf 1 september 2014 voor de herinschakeling van een definitief arbeidsongeschikt personeelslid in het kader van een re-integratieprocedure.

2.3. Werk in een ander ambt, een andere school, een ander onderwijsniveau

Een stap verder is de overstap naar werken in een ander ambt, in een andere instelling of in een ander onderwijsniveau.

De onderwijswetgeving voorziet in een aantal mechanismen die een dergelijke overstap kunnen begeleiden. Daarbij geldt altijd het principe dat het personeelslid bezoldigd wordt voor de opdracht die hij effectief uitoefent.

2.3.1. Via verlof voor tijdelijke andere opdracht of afwezigheid voor verminderde prestaties, gevolgd door een tijdelijke aanstelling

Voor vastbenoemde personeelsleden kan in sommige gevallen het bovenvermelde verlof voor een tijdelijke andere opdracht een oplossing bieden, zie de omzendbrief Administratieve en geldelijke toestand van vast benoemde personeelsleden die tijdelijk belast worden met een andere opdracht - TAO. Een alternatief daarvoor is de afwezigheid voor verminderde prestaties gevolgd door een tijdelijke aanstelling. Meer informatie vindt u in de omzendbrief: Afwezigheid voor verminderde prestaties.

2.3.2. Proefperiode in een ander ambt met het oog op een nieuwe vaste benoeming, na een beslissing van de preventieadviseur-arbeidsgeneesheer in een procedure tot re-integratie

Voor een vastbenoemd personeelslid voor wie een procedure tot herinschakeling na definitieve arbeidsongeschiktheid gevolgd wordt in het kader van een re-integratieprocedure, kan de overeenkomst over tewerkstelling inhouden dat het personeelslid een nieuwe vaste benoeming in een ander ambt beoogt en daartoe eerst een proefperiode in dat ambt uitoefent. Daarover vindt u meer informatie in de omzendbrief Werkwijze vanaf 1 september 2014 voor de herinschakeling van een definitief arbeidsongeschikt personeelslid in het kader van een re-integratieprocedure.

(…) 

2.3.3. Proefperiode in een ander ambt met het oog op een nieuwe vaste benoeming, na beslissing van MEDEX

Voor een vastbenoemd personeelslid voor wie een procedure tot herinschakeling gevolgd wordt na een beslissing van MEDEX waarbij hij definitief ongeschikt wordt verklaard voor de uitoefening van zijn gewone werkzaamheden, maar wel geschikt voor specifieke functies die door MEDEX worden bepaald, kan de overeenkomst over tewerkstelling inhouden dat het personeelslid een nieuwe vaste benoeming in een ander ambt beoogt en daartoe eerst een proefperiode in dat ambt uitoefent. Daarover vindt u meer informatie in de omzendbrief Werkwijze vanaf 1 september 2014 voor de herinschakeling van een definitief arbeidsongeschikt personeelslid na een beslissing van MEDEX.

(…) 

2.3.4. Via terbeschikkingstelling wegens ontstentenis van betrekking na arbeidsongeval of beroepsziekte

Een (…) specifieke groep, waarvoor de mogelijkheid om ander werk te krijgen, verloopt via terbeschikkingstelling wegens ontstentenis van betrekking, reaffectatie en wedertewerkstelling, zijn personeelsleden die wegens arbeidsongeval of beroepsziekte ongeschikt verklaard zijn voor hun ambt, maar wel andere ambten kunnen uitoefenen. Deze mogelijk steunt op artikel 5, §1ter, van het decreet van 9 april 1992 betreffende het onderwijs-III.

2.4. Deeltijds werken

Sommige personeelsleden kunnen nog aan het werk blijven op voorwaarde dat ze een opdracht met een kleinere omvang kunnen vervullen. De onderwijswetgeving voorziet in tal van verlofstelsels waar het personeelslid voor kan opteren. Een eerste mogelijkheid is het verlof voor verminderde prestaties. Wie 55 jaar is of ouder, kan ook een verlof voor verminderde prestaties vanaf de leeftijd van 55 jaar opnemen. Daarover vindt u informatie in de volgende omzendbrieven:

Verlof voor verminderde prestaties en Verlof voor verminderde prestaties vanaf de leeftijd van 55 jaar.

Ten slotte bestaat ook de mogelijkheid tot het opnemen van een afwezigheid voor verminderde prestaties. Daarover vindt u informatie in de volgende omzendbrief: Afwezigheid voor verminderde prestaties.

Die stelsels hebben een effect op het salaris.

Volgend op een lange periode van afwezigheid wegens ziekte, kan het verlof voor verminderde prestaties wegens ziekte de oplossing zijn waarmee het personeelslid geleidelijk kan wennen aan het arbeidsritme om binnen een redelijke termijn zijn betrekking weer volledig op te nemen. Meer informatie over dit bijgestuurde verlofstelsel vindt u in punt 5 van de omzendbrief: Het ziekteverlof, het verlof voor verminderde prestaties wegens ziekte en de terbeschikkingstelling wegens ziekte voor bepaalde personeelsleden van het onderwijs en de centra voor leerlingenbegeleiding.

Als een personeelslid wegens langdurige medische ongeschiktheid de totale opdracht van zijn aanstelling en/of vaste benoeming niet meer kan uitoefenen, en de geneesheer-specialist geen volledige hervatting van zijn oorspronkelijke opdracht in het vooruitzicht kan stellen, heeft het personeelslid de mogelijkheid om met verminderde prestaties te werken via een langdurig verlof voor verminderde prestaties wegens medische redenen. Meer informatie over dit nieuwe verlofstelsel vindt u in punt 6 van de omzendbrief: Het ziekteverlof, het verlof voor verminderde prestaties wegens ziekte en de terbeschikkingstelling wegens ziekte voor bepaalde personeelsleden van het onderwijs en de centra voor leerlingenbegeleiding.